Als ik bezoek had en iemand een sigaretje rookte bij de openslaande deuren van het Frans balkonnetje, dan wist ik het al. Binnen drie minuten kwam er een opmerking over een vent die onderin de tuin bloot rondliep. Altijd hetzelfde commentaar: Ik zou met de politie bellen, dat kan toch niet, jeetje, er bukt een naakte man daar beneden. Maar ik deed niks, vond het wel spannend eigenlijk. Daarnaast een vorm van sociale controle: als ik hem niet zag was ik bang dat hij ziek was, of erger. Hij was namelijk niet meer de jongste. Toch even in de gaten houden en morgen opnieuw kijken. Maar hij trotseerde drie winters in volle glorie.
Vanavond had ik ouwe buren in mijn nieuwe huis en we zitten even uit te buiken in de tuin. Hoe zijn de nieuwe? Prima, rechts is doof en links is zelden thuis. Ideaal toch? Ja, klinkt goed. Je hebt geen achterburen. Nee, heerlijk, ik word wakker van vogels en loeiende koeien. Lijkt me niks, ik wil wel wat te zien hebben. Is het niet saai? Nee joh, ik heb vanmorgen naakt koffie gezet. Dat bedoel ik niet, zegt ze. Zal ik wat uittrekken, zegt hij.
Nee, niet doen, zeggen we tegelijkertijd.
Dat mag ik toch zelf weten.
0 reacties