De stemming in huize Seinpoststraat werd grimmiger en groeide langzaam naar die onvermijdelijke climax. Het leefpatroon van ons gezin verzandde in die ene ontmoeting bij het diner, want het ontbijt was reeds geschrapt van het dagschema. En toen het dagelijkse uurtje van het in elkaars armen voor de televisie liggen eveneens werd geschorst, restten alleen nog de liefdeloze, lijdzame formaliteiten. Gelaten wachtte ik op het moment dat we elkaar schaakmat zouden zetten. Voor haar zou dat betekenen dat ze haar buitenechtelijke ontucht zou opbiechten. Van mijn kant had ik haar daar zelf op moeten wijzen. Na een krappe week tijd ervoer ik de grootste liefde van mijn leven als een tweede baan waarnaar ik niet had hoeven
solliciteren.
En de nekslag was nakende. Op een dag in de daarop volgende week meldde de pakketdienst zich aan onze voordeur. De medewerker die mij een pakketje overhandigde was na de aankoopwoede via de tv een tamelijk goede bekende van mij geworden en na een paar woorden van herkenning, tekende ik voor het pakketje. Hij vroeg mij nog hoe het tuinhuis beviel. ‘Misschien ga ik daar binnenkort wel in wonen,’ antwoordde ik hem in weemoedige ernst.
Het cadeautje was geadresseerd aan Debby en ik legde het daarom nietsvermoedend op de tafel. Na thuiskomst van haar werk zou ze het daar wel vinden.

Die avond ruimde ik na een korte ijzige avondmaaltijd de eettafel af. Debby was direct na het avondeten naar boven vertrokken en Lieske zat met haar toetje in haar kinderstoel naar een tekenfilm te kijken.
Een uur later waren de rollen omgedraaid. Liesje lag in bed en ik keek zonder te kijken naar een spelshow op tv. De beelden sijpelden langzaam door naar mijn verdoofde bewustzijn. De spelshow had een hoog gehalte paddestoelenformat en werd gepresenteerd door een tienertutje die haar borstjes gehuld had in een te strak trendy blote buiktruitje. Een tietjestruimeisje.
Ze was duidelijk niet door de ballotage gekomen, omdat ze fysiek begin twintig was, maar vanwege haar uitstraling. Zo lekker jeugdig en los en bovenal badinerend naar haar deelnemers toe. Eigenlijk was ik op dat moment meer toe aan de integriteit van Henny Stoel. Zij meende ook nooit wat ze zei, maar wat ze de kijker meedeelde, dat klopte. Ik was alleen niet meer in staat om mijn behoefte aan Henny om te zetten in het wisselen van kanaal en hield mijzelf in een kunstmatige trance.

Enige tijd later klonk er boven een dof gestommel. Debby had zich na het avondeten niet meer laten zien, maar ze was duidelijk hoorbaar van plan om daar verandering in aan te brengen. Ik hoorde haar de trap aflopen tot aan de huiskamerdeur. Voordat ze de woonkamer inliep, hield ze even halt.
Gekleed in een latex catsuit met bijpassend maskertje betrad ze vervolgens, krakend en knarsend, de woonkamer. In haar hand klemde ze een zweep die ze dreigend heen en weer slingerde. En aan een tuigje zat, achter haar hoofd langs, een bal in haar mond geklemd. Nu had ik mij vaker verslikt in haar spontane uitingen, maar deze actie overtrof zelfs mijn stoutste verwachtingen! Zo achteloos mogelijk vroeg ik haar nuchter; ‘Zo, nieuwe hobby?’

Die opmerking maakte zienderogen nogal wat obstinaatheid bij Debby los. Agressief begon ze met haar zweep naar de grond te wijzen. Alsof ik mij daar bij wijze van spreken per omgaande diende te vervoegen.
Mijn beleving van sadomasochisme was in ieder geval een andere dan die zij voor ogen had. Ik zou niet kunnen leven met een partner die mij bij thuiskomst van mijn werk op stond te wachten met werpsterren of met een plank voorzien van roestige spijkers. Daarnaast had ik al helemaal geen zin om met twee blauwe ogen de volgende ochtend bij de bushalte te staan, omdat het hoogtepunt zo uit de hand was gelopen.
Nee, SM was niet mijn kop thee. Afgezien dan van dat ik haar op dat moment het liefst met één been aan het bed had willen vastbinden, waarna ik hard weg zou rennen. Om nooit meer terug te keren.

En in die verstandhouding stond zij nu als een vreemde voor mij in vol ornaat op kansloze wijze met een zweep naar de grond te wijzen. Het duurde even voordat ik één plus één bij elkaar had opgeteld. Maar na herroeping van de eerder uitgesproken wensen van haar nieuwe liefde, besloot ik het voor gezien te houden.
Hier moest het eindigen. Ik stapte op, pakte een rugtas en vulde die met enkele noodzakelijkheden. Met de zweep wat sullig langs haar benen hangend, nam Debby mijn bedrijvigheid waar.
‘Ik ga naar Luuk! Volgende week kom ik terug om mijn spullen te halen,’ deelde ik haar mee. Voor haar langslopend stapte ik naar de kamer van Liesje. Ik pakte de kleine slapende meid beet en gaf haar een zoen op haar voorhoofd, om daarna over de trap naar beneden, via de gang de voordeur uit te lopen.

Wat ik niet hoopte, gebeurde toch. Bij de hoek aangekomen hoorde ik dat Debby achter mij aan de straat op was gelopen. Het zal wel iets van liefde zijn geweest dat haar deed besluiten om achter mij aan te gaan.
Alhoewel de bal in haar mond haar het vermogen tot communiceren had ontnomen, probeerde ze mij toch verbaal tot stilstaan te manen. Niet meer dan wat fonetische klanken vulden de grauwe, donkere straat. Dat moet een carnavalesk gezicht zijn geweest; een meesteres die wat hulpeloos roepend achter haar vermeende slaaf aanliep. De echo van het venijnige geklik en geklak van haar lakleren hakken klonk als naderend onheil. Na een korte demarrage had ze mij tot vlakbij de bushalte ingehaald.

Zwijgzaam naast elkaar verder lopend, bleek bij aankomst bij de halte dat twee dames op leeftijd reeds voor ons plaats hadden genomen in het bushuisje. Pontificaal zaten ze naast elkaar met de tasjes op hun schoot. Zoals alleen oudere dames dat kunnen namen ze ons, van boven tot onder, schaamteloos waar. Met name Debby daalde bij hun ogenschijnlijk in als een ontsnapt spaarvarken.
‘Goedenavond,’ gaf ik de dames achteloos mee. En ook Debby volgde mijn voorbeeld, maar dan beperkt door haar mondknevel met ‘Hoede-ao.’ De dames waren er daarentegen op het oog al uit en voelden zich betrapt in hun waarneming. Strak draaiden ze synchroon hun gezicht naar de voormalige praktijk van Robert Schumacher tegenover de bushalte.

Onhandig trok Debby aan het riempje van haar mondknevel. Met geweld trok ze haar masker af, zodat ze het mondtuigje met bal over haar gezicht heen af kon schuiven. Ze keek mij aan en het eerste dat ze mij licht hijgend wist te melden was; ‘Ik ben vreemd gegaan.’ De twee dames aanschouwden haar na die biecht als voor het eerst en niets verwonderend, van onder tot boven.
‘Joh..!,’ antwoordde ik haar. De dames verhieven zich van het bankje en stapten in gelijke tred naar het haltepaaltje. De bus arriveerde. Verslagen begeleidde Debby mij tot aan de opstap van de wagen. ‘Ik wil niet dat je weggaat,’ sprak ze gemeend tot mij. Waarop de buschauffeur mij bekeek alsof ik gek was geworden, omdat ik haar negeerde.

Even verderop in het voertuig nam ik plaats en zag dat Debby buiten de bus tot aan mijn hoogte was meegelopen. Haar zwarte pak glom op in het lantaarnlicht. Bij het optrekken van de bus verliet ik een zwarte engel en op het raam van de bus ontsproot zich vrijwel meteen een enorme regenbui. Scheveningen huilt! En ik huilde met haar mee.


3 reacties

Nachtzuster · 12 november 2012 op 10:58

Ik heb weer een klein traantje weggepinkt bij de laatste twee alinea’s. :kus:

Sagita · 12 november 2012 op 19:13

Afgelopen! Zucht! Mooi! Lekker eigentijds!
groet Sa!

Ferrara · 16 november 2012 op 14:32

Over en uit. 🙁

Geef een reactie

Avatar plaatshouder