Al meer dan honderd jaar komt de Prins Carnaval (die daar altijd Amadeiro schijnt te heten, maar dat Smeets-weetje terzijde) naar Den Bosch per trein. Dan zou je zeggen dat er enige ervaring is met het binnenhalen van grootheden. Ik heb zestien dagen liggen kwijlen voor de buis en alles in me opgezogen wat met de Olympische Spelen te maken had. Voor zover het de sport betrof dan. Twee weken ongebreideld vermaak in de vorm van top- en wanprestaties en heen en weer flitsende emoties die steevast ‘s avonds laat in Studio Sportzomer weer werden weggerelativeerd. Maar we mogen weer huilen van Mart. Gelukkig.

Naast de sport waren de opening- en sluitingsceremonie één grote viering van Groot Brittannië. Het is toch fantastisch dat Ray Davies ‘Waterloo Sunset’, wellicht de mooiste ode aan London ooit gemaakt, komt zingen en dat de grote Nick Mason zelf ‘Wish You Were Here’ op de drums begeleidt terwijl hoog boven in het stadion de beroemde foto op de hoes van de elpee -met de brandende pop- tot leven komt. En ook niet te vergeten Eric Idle, The Who en al die andere sterren. Dan ben je op maandagmiddag toch zo weer nuchter zodra je op een tot medaille omgebouwde fontein in Oeteldonk staat, waar je wordt opgewacht door Ali B tezamen met twee leden van de Volendamse muziekmaffia – die ik allemaal niet uit elkaar kan houden. Het eindigde allemaal, zoals het hoort, met het extatisch uitstoten van oer hollandse onomatopeeën. Het was weer gezellig op het plein.

Nestor Cor van der Geest had het mooi verwoord: we vieren vooraf al dat, waar gedurende of achteraf geen aanleiding toe bestaat. De tragiek van de Olympiër is niet dat hij geen medaille wint. Ik vind dat deelnemen niet belangrijker is dan winnen maar dat deelnemen op zich al een prestatie is. De tragiek is het best uit te leggen met een voorbeeld. Een paar maanden terug zat ik in een seminar waar Pieter van den Hoogenband ons toe zou spreken over de geheimen van zijn succes. Ik had me erop verheugd een echte Olympisch kampioen te mogen zien en horen. Voor hij de zaal betrad ging ik er al voor klaar zitten want ik ging er echt vanuit mijn hart van uit dat iemand die zoveel Olympisch goud heeft verzameld, op een oorverdovend ovationeel applaus zou worden onthaald. Maar niets daarvan. Het bleef stil. Hij was blijkbaar voor ons gekomen.

Ik ben er dan ook niet zo voor om de Spelen naar Nederland te halen. Uiterlijk lijken we misschien op elkaar maar, in tegenstelling tot ons, bezitten de Britten de gave dat ze om zichzelf kunnen lachen omdat ze zichzelf, elkaar, het land en de geschiedenis in de kern grenzeloos koesteren en daardoor en daarvoor alles in een positief perspectief zetten. Dat lukt ons niet omdat we als collectief van geen enkele sensibiliteit gespeend zijn. Als het dan moet, dan moet het zich maar afspelen op niveau, Aan de Dijk met Saar Boerlage in de rol van Lord Coe.

14 augustus 2012
Robert

www.robertbeernink.nl

Categorieën: Algemeen

3 reacties

Sagita · 18 augustus 2012 op 22:28

Sorry Robert maar ik ben die spelen meer dan zat!
Groet Sa!

Libelle · 22 augustus 2012 op 18:09

Toch is het een diepzinnig analytisch verhaal dat hout snijdt. Misschien op het verkeerde moment?
Toen Pieter van den Hoogenband het toneel betrad had jij toch als eerste kunnen klappen? Soms durf ik het niet, ok. Maar jij?

Geef een reactie

Avatar plaatshouder