De muziek van de maan huilde om me heen en het enige wat ik kon doen was luisteren, luisteren zonder ook maar een vinger te bewegen. Ze was dood, en met haar sterven was er ook een deel van mij opgelost. Zij, degene die me altijd opving. De enige persoon die ik, zelfs wanneer iedereen om mij heen in een diepe slaap verkeerde, wakker kon maken. Al was het alleen maar om te horen dat zij me begreep en dat alles heus weer goed zou komen. Vanaf kilometers afstand zag ik de pijn al aankomen. Rollend. Bulderend. Dreigend. Zich vermenigvuldigend. Met een doffe klap zou ik achterover geslagen worden en ik wist niet of ik ooit weer overeind zou komen. Ik moest en zou gaan voelen. Nog één seconde in deze staat van zijn en ik zou uiteen spatten in duizenden, nee, miljoenen stukjes levenloos mens. Twee vogels raasden over me heen en ik schreeuwde zonder geluid te maken. Verdoofd wreef ik over mijn gezicht en voor het eerst voelde ik iets wat een combinatie leek te zijn van zowel tranen als regen.

Ik dacht aan Stella. Aan haar gevecht dat eeuwig leek te duren. Aan de dag waarop ze doodziek aan mijn deur stond en toch de moed had gevonden om kleding te gaan kopen. De dag waarop ze trots in mijn kamer paradeerde met zongebruinde benen in een turquoise jurk van zijde bewerkt met een weelderig bloemenpatroon. Slechts een paar dagen daarna kreeg ze te horen dat ze deze jurk nog maar drie maanden zou kunnen dragen.

Ik kijk omhoog, een hagelbui van glas en stukvallende woede. De dood doet niet aan een voorkeursselectie, maar ik daag hem uit. Ik daag hem uit om ook mij te grijpen. Rollend. Bulderend. Dreigend. Mezelf vermenigvuldigend. Met een doffe klap zou ik hem achterover slaan en Stella voorgoed bevrijden uit zijn klauwen. Ik zou haar terugbrengen naar haar kinderen en haar het recht teruggeven om een moeder voor hen te zijn.

Een voorzichtige ochtendzon doet de nacht langzaamaan verdwijnen. Bliksem, hagel en regen lossen op in een bleke grijns van lichtstralen.

Stella neemt afscheid, maar haar jurk neemt ze met zich mee. Vandaag zal ik haar nog eenmaal zien, nog eenmaal zal ik haar aanraken, haar bedanken en haar beloven goed op haar kinderen te passen.

Categorieën: Overig

11 reacties

lisa-marie · 6 augustus 2007 op 12:32

het raakt me recht in mijn hart.
De opbouw en de zinskeuze zijn overweldigend.
Erg mooi.

lagarto · 6 augustus 2007 op 13:13

Kippevel en prikkende ogen, krijg ik hiervan.
Wauw. Lagarto

pally · 6 augustus 2007 op 14:41

Een prachtige en ontroerende column, Troy. Zonder opsmuk, maar erg prachtig geschreven.
Verdriet gesublimeerd tot een literair stukje werk.

compliment en sterkte,

Pally

senahponex · 6 augustus 2007 op 14:48

Ik weet niets te zeggen

SIMBA · 6 augustus 2007 op 14:59

Pffff Troy, ik zat erbij te huilen. Wat heb je dit ontzettend mooi verwoordt!
:kus:

arta · 6 augustus 2007 op 15:18

Ook ik ben diep onder de indruk van deze column, die recht uit het hart lijkt te komen.
[quote] De dood doet niet aan een voorkeursselectie[/quote]
*kippenvel*
Heel veel sterkte, Troy!

edit:Wat mij betreft: CvdM!

Quinn · 6 augustus 2007 op 16:43

Pijnlijk mooi, zoals alleen jij ze schrijven kan, Troy!

pepe · 6 augustus 2007 op 21:55

Kippenvel hier, bijzondere column.
Snijdend mooi zou ik het willen noemen.

Ik hoop je die belofte kunt waarmaken, dat zal niet mee vallen. Sterkte bij het verlies en weer verder gaan.

vanlidt · 6 augustus 2007 op 23:46

Ik doop je bij deze Orpheus

DriekOplopers · 7 augustus 2007 op 10:03

*zit met mond vol tanden*

Erg ontroerend. Ik hoop dat het niet autobiografisch is, trouwens.

Groot compliment!

Driek

DreamOn · 7 augustus 2007 op 11:30

Prachtig geschreven. Triest.

Groetjes DO.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder