Wekker. Gaar. Douche. Op naar school. Nog half slaperig stap ik de trein in die mij elke dag weer naar school vervoert. De trein. Eigenlijk een hele aparte gebeurtenis op zichzelf. Nog even lekker ontspannen voordat het werken weer begint. Tenminste, als je geluk hebt en de trein niet weer zo overvol zit dat je ergens in het gangpad moet gaan staan samen met 15 anderen. Waarna je je gedurende de hele rit bezig moet houden met deze andere mensen niet aan te staren, ook al zou je dat o zo graag willen.
Verblijd kijk ik als ik de coupé binnen stap en ik maar een paar mensen beken. Welgeteld drie. Ik heb een vier-stoels, zoniet acht-stoels als ik de overkant ook zou willen gebruiken, zitplek voor mij alleen. Onder het genot van een rustig muziekje op mijn mp3 speler pak ik de krant die op het tafeltje voor mij ligt. “Groepering Verdonk goed voor 15 kamerzetels”, “Opnieuw autobranden in Amsterdam-West”, “Illegalen blijven aantrekkelijk voor werkgevers” staat in vette grote letters op de voorpagina gedrukt. Hah. Met een zucht leg ik de krant weer terug. Hier heb ik helemaal geen zin in. Geen zin om mijn treinritje te verpesten met het lezen van een krant. Liever verdwaal ik in mijn gedachten en maak ik tenminste nog nuttig gebruik van mijn tijd. De krant lezen doe ik wel een andere keer.

Ik werp mijn blik door het treinraampje heen naar buiten. Even kijken waar we ons nu bevinden. We zijn al vertrokken en rijden net het station uit. Ik kijk of ik nog ergens een mooi graffiti kunstwerk kan bespeuren langs de rails, want de lelijke gebouwen die zich een stukje verder op bevinden vind ik mijn aandacht niet waard. Weinig fraais te bekennen op de hekjes of elektriciteit kastjes rondom de treinbaan. Allemaal lelijk geklad, of werken die ik al eerder gezien heb. Niks nieuws, niks noemenswaardigs.

Ah. We rijden de stad uit, laten de lelijke gebouwen achter ons en komen in het weiland terecht. Schapen, Koeien, af en toe wat paarden maar vooral veel vierkante lappen gras en bos waar zo nu en dan een verdwaald industrieel gebouw, of in ieder geval iets wat daar op lijkt, in te vinden is. Een echt mooi landschap kan je het niet noemen, nu ik er zo bij nadenk. Vorig jaar, toen ik nog de andere kant op moest voor school, was het landschap waar je door heen reed een stuk prettiger om naar te kijken. Ik vind het toch eigenlijk wel jammer dat ik niet meer die richting uit moet. Ja, vorig jaar. Mooie velden vol met bloemen gekleurd in zoveel kleuren je maar kan bedenken. Ver uitgestrekte weiden met de eerder genoemde boerderijdieren en als je geluk had nog een voorbij huppend konijntje of een haas. In de verte een loofbos wat het daar achter liggende landschap verstopte, waarschijnlijk maar goed ook, achter zijn dikke stammen en ontelbare blaadjes. Dan af en toe een gigantische uit de vijftiende eeuw stammende villa op een idyllisch plekje in het landschap. Dat daar wel geplaatst moet zijn door een werkelijk genie, want het leek haast wel of het omringende landschap zich in perfecte harmonie aan de villa had aangepast. Als dan de zon zich nog net boven de bomen uit rees en de mistige douw op het grasland goed zichtbaar was, was er toch eigenlijk weinig meer te wensen zo tè vroeg in de ochtend in de trein. De verdwaalde betonblokken waren dan makkelijk voor lief te nemen.

Wat zou ik toch eigenlijk graag weer die richting op willen gaan en lekker kunnen turen naar het landschap. Ik kijk voor me uit naar buiten, en besteed geen aandacht aan waar ik mij nu tussendoor beweeg. Ik zit nog steeds met mijn gedachte bij dat prachtige landschap van vorig jaar. Blij blijf ik voor me uit zitten kijken, en waan me door het landschap dat er nu niet is. De bloemenvelden, de bossen, de dieren, de gigant.. –

“Over enkele ogenblikken arriveren wij op station Den Haag Hollands Spoor” schalt er opeens uit de speakers van de trein. Het duurt enkele seconde voordat ik de juiste weg weer terug heb gevonden naar de realiteit na de gehele treinreis in mijn gedachte verdwaald te zijn. Met een ietwat geïrriteerde zucht sta ik op en loop richting de deur van de trein. Eigenlijk zou ik liever nog een tijdje blijven zitten. Weinig aan te doen. De trein stopt. De deuren gaan open. School kan weer beginnen.

Categorieën: Reisverhalen

5 reacties

dj_Eddy · 26 oktober 2007 op 16:59

[quote]Eigenlijk zou ik liever nog een tijdje blijven zitten. Weinig aan te doen. De trein stopt. De deuren gaan open. School kan weer beginnen.[/quote]

Heerlijk om te lezen zo’n positieve treincolumn!

Jippas · 26 oktober 2007 op 18:27

Dank u Dank u 🙂
Dit is m’n eerste column… dus feedback en kritiek is welkom

SIMBA · 26 oktober 2007 op 18:47

[quote]laten de lelijke gebouwen achter ons en komen in het weiland terecht. [/quote]
Agossie, waren jullie ontspoord? 😀
Leuk debuut, wel hier en daar wat slordigheidsfoutjes.
Welkom op CX!

KawaSutra · 27 oktober 2007 op 02:12

Leuk om te lezen deze extraverte treincolumn, nu eens het uitzicht belicht. Alleen de vijftiende eeuwse villa viel me wat rauw op mijn dak, lijkt me wat overdreven gedateerd. 😀

Jippas · 27 oktober 2007 op 05:13

Och ’t was aardig ver weg , lastig te zien maar het leek op iets van eeuwen geleden 😀 Misschien is uit de 15e eeuw ietwat lang geleden, maar ik denk dat ik er niet ver naast zat 😉

@ SIMBA
Wat voor slordigheids foutjes bedoel je precies? Zoals dat de trein in een keer door het weiland heen reed? Of spellings foutjes?

Bedankt voor de reacties 🙂

Geef een reactie

Avatar plaatshouder