Soms kan ik echt met mensen te doen hebben, maar het moet wel te behappen zijn. Bij een opeenstapeling van zieligheden gaat mijn meegevoel ervandoor. Nog erger, het begint op mijn lachspieren te werken. Misschien een ingebouwde afweer. Dat geldt overigens ook voor mijn eigen narigheden. Eén tegelijk, graag. Dan alleen kan ik in eerlijke diepe droefheid vervallen. Een ervaring van jaren geleden komt naar boven als ik hierover nadenk. Een overduidelijk voorbeeld van hoe het werkt. Of, laat ik zeggen: hoe het voor mij werkt.
Zie een zuidelijke zomeravond voor je, de Ardèche om precies te zijn. Met een vriendin samen was ik een paar dagen eerder dwars door Frankrijk gecrost in de oude Mercedes van echtgenoot. We hadden het vieze huurhuis met veel moeite schoongepoetst, bloemen geplukt en boodschappen gedaan. De schildersclub uit Holland kon komen, de volgende dag. We waren er klaar voor. Zij met haar hoofd vol menu’s en ik met een weekprogramma buiten schilderen.

Uit eten gingen we. Hadden we verdiend. Het restaurant was een kwartiertje lopen langs een kronkelige weg. Mooi oud pand. De grandeur van pastorie was precies tot de juiste graad afgebladderd. Voor we bij de deur waren, kwam de eigenaresse al naar buiten sloffen. Ze had het uiterlijk van een aan lager wal geraakte hoerenmadam. Maar ze gebaarde ons naar binnen met een warme welkomstglimlach onder haar droogboekethaar.

We waren de enige gasten. Er hoefde niks besteld te worden. Een karaf wijn stond meteen op tafel. Madame verdween naar de keuken. Even later verscheen ze achter een enorme schaal, bedekt met stukken paté, worst, rauwkost en een Mont Ventoux gesneden stokbrood. Hongerig vielen we aan, we hadden hard gewerkt. Het smaakte heerlijk, al viel het wat tegen dat we niks warms kregen, maar à la.

Madame pakte een stoel en schoof gezellig bij ons aan. Ze vertelde dat haar man was weggelopen.’ C’est dur, zei ze. ‘Ja, dat beaamden we, dat het zwaar moest zijn voor haar. Na een half uur klagen ging ze de leeggegeten schaal wegbrengen. Pff, wij hadden ons buikje vol. Even later klonken er sissende geluiden uit de keuken. Kwam er nog meer? Oh, god, weer zo’n schaal, nu bekleed met een enorme omelet. Hij rook wel erg lekker. Nou ja, een stukje dan.
Madame schoof weer aan. ’Ik heb ook nog twee gehandicapte kinderen, vertelde ze zuchtend. ’cést dur’. ‘Ja, ja, ach, zeker’, zeiden wij meelevend. Er voelde al lichtelijk iets te kriebelen. Ze vertelde details, die we niet echt konden volgen, mede door haar slechte gebit. Maar meewarig je hoofd schudden is altijd goed.

Ze stond op om de resten van de omelet af te ruimen. We wachtten af, maar durfden elkaar niet meer aan te kijken. Daar kwam ze weer, nu met boontjes en karbonades. Oh, nee toch? Ze zat al voor ze de schotel neerzette. ‘Hij heeft ook alle meubels meegenomen, mijn man,’ cést dur, cést dur’. Ik verslikte me bijna in de boontjes. Wat ze daarna vertelde, een heel relaas, was nauwelijks te verstaan. Alleen de terugkeer van het refrein; ‘Cést dur’.

Beleefd, maar beslist, hebben we kaas, tarte maison en koffie afgeslagen. Meer coupletten konden we echt niet aan. Schuddend van het lachen liepen we de donkere weg terug. Was het dan soms niet erg, allemaal?
Ja, maar te veel, te veel…

Categorieën: Algemeen

pally

Genieten van leven en mensen en natuur om mij heen. Schrijven als belangrijke drijfveer om te ordenen, te relativeren en te communiceren.

11 reacties

Mien · 20 november 2010 op 17:07

De liefde gaat hier overduidelijk door de maag!!!

C’est dur!

Ben wel benieuwd hoe het stilleven er daarna uit heeft gezien.

Mien amour est dans le ventre aussi!

LouisP · 20 november 2010 op 19:49

Pally,
wat een origineel verhaal, prachtig verteld..
“Er! voelde al lichtelijk iets te kriebelen.”

De laatste zin…hoe mooi, dat het te veel eten en te veel klagen..bij elkaar komen…

louis

Frans · 21 november 2010 op 00:37

Prachtig geschreven.

arta · 21 november 2010 op 09:35

Erg leuk geschreven, Pally, beeldend, alsof ik zelf aan tafel zat. ‘C’est dur, c’est dur’: Echt heel grappig!

Chantalle · 21 november 2010 op 11:30

Hahaha…hartstikke leuk geschreven.

trawant · 21 november 2010 op 13:45

‘De grandeur van pastorie was precies tot de juiste graad afgebladderd. ‘

Dit soort zinnen, daar houd ik van.
Mooie herinnering,Pally,mooi beschreven.

embee · 21 november 2010 op 16:51

Echt Frans hoor Pally! Mont Ventoux gesneden stokbrood en de rest proefde ik bijna…

Une belle histoire!!!!!! 😉

je te salue, embee

Kwiezel · 21 november 2010 op 22:19

Pally, ik vind dat jij zóóó mooi verhalend kunt schrijven! Dit is ook weer zo’n huzarenstukje, erg goed geschreven en een leuk slot. Top.

SIMBA · 22 november 2010 op 11:19

:duimop:

pally · 22 november 2010 op 17:00

Erg bedankt allemaal weer voor de reacties!

groet van Pally

Avalanche · 24 november 2010 op 13:01

Door allerlei toestanden ben ik niet eerder aan lezen toegekomen. PC stuk: c’est dur! Toch sluit ik me graag nog bij de anderen aan: mooie column, Pally!

Geef een reactie

Avatar plaatshouder