Helaas kan ik mij niet meer herinneren wanneer het tot mij doordrong dat de wereldbevolking uit twee soorten bestond. Voor zover ik er al bewust van was, speelde het toen nog geen grote rol in mijn leven. Dat mijn zusje anders, vriendelijker en toegeeflijker werd behandeld dan ik, weet ik aan het feit dat ze twee jaar jonger was. Als oudste diende ik, zo werd mij steeds verteld, het goede voorbeeld te geven en als ik dat niet deed en mijn zusje daarom een fout maakte, werd ik daardoor gestraft.

Zo wandelde ik, een jaar of acht oud bij de boerderij van mijn ouders naar een sloot, waarover een smalle plank lag. Aan de rand van de sloot had mijn vader de mestvaalt gebouwd, daar waar al het poep en pies van de koeien en de varkens werd opgestapeld tot een keurige vierkantige hoop. Het gevolg was dat het vloeibare gedeelte zich een weg baande middels de zwaartekracht richting sloot.

Mijn zusje volgde mij tegen mijn zin. Voorzichtig schuifelde ik over de plank naar het erf van de buren. Niet dat het aan de andere kant beter was, daar bevond zich een nog hoger exemplaar, omringd door plassen zwart water, dat later wel erg bleek te stinken.

Het domme kind schuifelde ook over de plank, ondanks mijn geroep dat ze terug moest gaan. Het kind wist van geen ophouden en voetje voor voetje, kwam ze dichter bij me. Ja, en dan op een meter afstand verloor ze haar even wicht en viel in de stinkende bagger.

Terwijl ik luid om hulp schreeuwde, snelde mijn vader toe, die vlakbij in de schuur bezig was. Mijn bemodderde zusje werd op de wal van de buren gehesen, ondanks dat ze vreselijk stonk door het zwarte water, werd ze getroost, geknuffeld en naar binnen vervoerd, waar moeder een warm bad voor haar klaarmaakte.

Maar hoewel ik om hulp had geroepen, kreeg ik van mijn vader een pak slaag die er niet om loog. Omdat ik over die plank was gelopen en dus mijn zusje het voorbeeld had gegeven, ik had haar mee gelokt. Toen ik jammerend uitschreeuwde, dat ik haar helemaal niet had meegenomen, dat ze achter me aangelopen was, kreeg ik nog een paar oorvijgen extra.

Vanaf dat moment moet het geweest zijn dat ik door begon te krijgen dat meisjes altijd voorgetrokken worden.

Categorieën: Mannen & Vrouwen

5 reacties

Meralixe · 27 december 2011 op 07:56

Die laatste zin zal natuurlijk reacties uitlokken.

Wie heeft die glibberige plank daar aangebracht? Dat is de ware schuldige. Was dat toevallig niet dezelfde persoon die u een pak slaag gaf?:hammer:

pally · 27 december 2011 op 10:48

Ach, dat arme Dokter Bluesje, dat zo wordt achtergesteld…Mooi stukje.
En, nee bij ons thuis waren de jongens de prinsjes die nauwelijks hoefden mee te werken.
Maarre,
[quote]..kreeg ik van mijn vader een pakslaag die er niet om loog[/quote],
Moet, denk ik, wel zijn: een pak slaag dat er niet om loog.

groet van Pally

Libelle · 27 december 2011 op 13:24

Ik wist het, meisjes worden altijd voorgetrokken, zeker als ze stinken. Dat ze daar niet meer gebruik van maken?

Ashley · 28 december 2011 op 09:37

Niet het feit dat je jongen bent gaf reden tot slaag, maar feit dat je de oudste was, en dus verantwoordelijk. Daar weten oudste meisjes ook vast van mee te praten. Verder sluit ik me aan bij de reactie dat de ‘planklegger’ de echte schuldige is. :kus:

Harrie · 28 december 2011 op 16:44

Ooit komt nog eens de dag dat je je kunt verschuilen achter een meisje. Och arme.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder