Hans Verschuur

Terwijl de lift arriveert zie ik vanuit mijn ooghoek die blonde de hal inlopen. Ik had haar natuurlijk even moeten toeknikken maar mijn hoofd staat er niet naar. Ik zou haar wel willen doen, komt in me op maar ik duw die gedachte snel weg. Nog meer toestanden thuis kan ik nu niet gebruiken. Na mijn laatste slippertje heb ik Barbara beloofd dat het nooit meer zou gebeuren. Natuurlijk heb ik even mijn best gedaan, bloemen, etentjes en dat soort flauwekul en het leek erop dat ze het had geaccepteerd. Vanmorgen zei ze dat we moesten praten. Ze was er klaar mee. Ik luisterde maar half. De ochtend is niet het moment voor zware gesprekken, zeker niet waar de kinderen bij zijn.
Wat bedoelde ze eigenlijk, klaar met wat?

Ja, dat we elkaar niet zoveel te melden hebben is wel duidelijk. Ik word doodziek van haar overgevoeligheid.
Als ik thuiskom zie ik de bui vaak al hangen. Dan zit ze in die eeuwige joggingbroek op de bank, RTL boulevard aan, glas witte wijn bijna leeg en kijkt ze me met die lijdzame koeienogen aan. Als ik vraag wat we eten haalt ze haar schouders op.
‘Moet ik nog maken’, zegt ze zuchtend.
Je moet eens in mijn schoenen gaan staan wil ik haar toe snauwen, maar houdt het wijselijk voor me. Nee, ik heb mijn les geleerd. Dan brandt ze los en krijg ik al haar worstelingen en twijfels voor mijn kiezen.
Ze heeft geen enkele realiteitszin. Sinds de kinderen zijn geboren heeft ze niet meer gewerkt. Wanneer ik haar wel eens deelgenoot maak van mijn verantwoordelijkheden op de zaak kijkt ze me wezenloos aan. Weinig zinvol dus.

Als ik de lift uitkom zie ik dat de deur van de vergaderzaal gesloten is. Ze zijn al begonnen. Ik loop mijn kantoor binnen en hang mijn jas aan het haakje van de deur, pak mijn werkmap en zet alvast de computer aan. Zo kan ik na de vergadering gelijk aan het werk.
Als ik de deur open van de vergaderzaal zie ik dat het voltallige directieteam aanwezig is. Wat is hier aan de hand?
Aarzelend blijf ik in de deuropening staan want alle stoelen zijn bezet.
‘Ah, Hans, daar ben je dan. Pak even een stoel uit de andere kamer wil je?’
Ergernis komt op en driftig loop ik naar de naastgelegen kamer waar ik een stoel meesleur die door de stroeve wieltjes in het rulle tapijt blijft haken. Iedereen staart me aan terwijl ik met moeite de halsstarrige stoel door de ruimte duw. Ik schuif naast de voorzitter aan en deponeer mijn werkmap demonstratief op tafel.
‘Zo heren, wat is de reden voor deze bijeenkomst’, zeg ik hautain met een verzachtende omhoog gekrulde mondhoek.
Ze hoeven niet te weten dat ik me geïntimideerd voel. Als je het zakelijk ver wil schoppen toon je geen emoties. Van binnen ben ik nu even niet zo zeker. Er hangt een dreigende sfeer in de zaal en alle ogen zijn op mij gericht.
De voorzitter schraapt zijn keel.

‘Beste Hans, we zijn hier vandaag bijeen om het een en ander te bespreken. De zaken staan er op dit moment niet zo goed voor. Het verloop van grondpersoneel is te groot en de resultaten zijn zorgwekkend. Het afgelopen jaar dat jij de afdeling onder je hoede hebt genomen zijn er wel veranderingen doorgevoerd maar de winst blijft uit. We hebben dan ook besloten iemand anders aan te trekken voor jouw functie. Er moeten slagen gemaakt worden want anders kunnen we de tent wel sluiten.’

Verbijsterd luister ik naar de voorzitter, maar zijn woorden dringen nog niet echt door.
‘Wij begrijpen dat dit nieuws je overvalt en stellen dan ook voor dat je op je post blijft tot we een goede kandidaat hebben gevonden. Daarna kun je diegene wegwijs maken binnen het bedrijf. Mocht je niet tijdig een andere functie kunnen vinden bieden we je een plek aan op de werkvloer beneden. Gewoon met de handen in de klei zogezegd’, grijnst de voorzitter.

Het lijkt alsof de grond onder mijn voeten wegzakt en ik weet niet wat ik moet zeggen.
Terwijl ik opsta, mijn map onder mijn arm steek en richting deur loop pers ik er met moeite enkele woorden uit, ‘Heren, u begrijpt dat ik dit even op me moet laten inwerken. U hoort van mij’. Zo gauw de deur achter mij dicht valt hoor ik een koor van stemmen, alsof ze allen tegelijkertijd het woord nemen.

Verslagen neem ik plaats achter mijn computer en klik mijn mailbox open. De woorden galmen nog na, ‘andere functie’..’nieuwe kandidaat’…’handen in de klei’ en een paniekgevoel maakt zich bijna van mij meester.
Hoe ga ik dit thuis verkopen? Ik denk aan de hypotheek die net is omgezet, de leaseauto, de vakantieplannen naar Lanzarote en de tennislessen van de kinderen.
Terwijl mijn brein op volle toeren draait en ik de paniekaanval weiger toe te laten, klik ik de bovenste mail open.

Hai Hans,

We hebben elkaar net gekruist dus daarom dit berichtje.
Enkele weken geleden heb ik met jou mijn sollicitatiegesprek gevoerd en daarin liet jij doorschemeren dat er voor mij binnen het bedrijf kansen lagen.
Met veel plezier ben ik nu werkzaam als teamleider maar ik vraag mij inmiddels af wat de plannen zijn. Je weet dat ik een goede CV heb en veel kennis van zaken. Ik zou het op prijs stellen om een gesprek met je aan te gaan over mijn mogelijkheden.
Is het een idee om dat na werktijd te doen? Misschien kunnen we samen ergens een drankje drinken en deze zaak even bespreken.
Vanavond zou mij goed uitkomen dus ik stel voor dat we elkaar treffen in de ‘De Gouden Koets’.
Het ligt in een zijstraatje aan de Grote Markt en is vrij rustig en anoniem.
Ik zal er rond 19.30 zijn en hoop je daar te zien.

Tot straks,
Lisa


Esther Suzanna

Ik schrijf omdat ik het niet laten kan op https://www.facebook.com/esthersuzanna/ en http://suzannaesther.nl/

11 reacties

Mien · 11 november 2016 op 07:19

Leest weer lekker weg. A day at the life. Met hoofdstem dit keer.

NicoleS · 11 november 2016 op 08:10

Ik vind die Hans wel interessant. Klein dingetje : houdt het wijselijk voor me.. zonder t. ?

StreekSteek · 11 november 2016 op 09:29

Lekker stuk. Wat zal hij zich genaaid voelen!

van Gellekom · 11 november 2016 op 10:12

Dat zal hij zeker; genaaid voelen/Prima geschreven

Karen.2.0 · 11 november 2016 op 10:21

‘Hoe mannen denken’, geweldig 😉

Meralixe · 11 november 2016 op 10:25

Tja, de ene dag is de andere niet.

Helaas, in deze ‘columnvorm’ is het toch een beetje minder overzichtelijk.
Hopelijk kun jij het overzicht bewaren. Ik meen eens ergens begrepen te hebben dat je nu ter plekke aan dit verhaal aan ’t schrijven bent en dat je bij wijze van spreken nog bezig bent aan De stem 5 en 6. Dat lijkt me een niet voor de hand liggende methode richting volwaardig verhaal.
Ach, de beste stuurmannen staan aan wal hoor maar het zou doodjammer zijn dat zoveel energie dan toch ergens verloren gaat.

Yfs · 11 november 2016 op 11:14

Het tafereel in de tweede alinea heb je buitengewoon goed geschetst. (net als in de overige alinea’s) Heerlijk om me voor te stellen hoe de personages eruitzien.
Ik zag haar zo op de bank zitten.
Ik heb de vorige delen (nog) niet gelezen, maar ga dat alsnog doen.
Waanzinnig goed, beeldend en boeiend geschreven! 🙂

Ferrara · 11 november 2016 op 11:17

Es, goed bezig. Prachtig conflict heb je in de week gelegd. Wat betreft het overzicht gaat het nog prima en mocht dat misgaan dan is juist CX de plek om uit te proberen. Stel dat Oklahoma goed verkoopt (wat ik voor je hoop) dan wil je lezerspubliek al snel een nieuw boek van je zien. Is zo te zien al in de maak.

Snarf · 11 november 2016 op 13:05

Om het verhaal goed te kunnen volgen heb ik de delen 1 t/m 4 nogmaals gelezen. Slimme vondst (!) om de persoonlijke beleving van de hoofdrolspelers Maarten, Lisa en Hans weer te geven, om vervolgens de verteller aan het woord te laten voor verdieping van de karakters. Ik vind het een boeiend verhaal en uitstekend geschreven. Met belangstelling kijk ik uit naar deel 5. Compliment, Esther Suzanna!

Esther Suzanna · 11 november 2016 op 14:41

Wat een mooie, goede, aanmoedigende reacties!

Dank jullie wel 🙂

@Meralixe; Ik heb Oklahoma ook zo geschreven. Blijkbaar is het beginpunt en een Thema voor mij de manier. Als dit ooit een boek zou worden weet ik nu, dat je dan nog máánden bezig bent om bij te schrijven, te verbeteren, schrappen, aanvullen, veranderen enz…

Vooralsnog is dit verhaal fijn om te doen omdat ik vrij mag schrijven. Oklahoma is bijna klaar maar het schrijven in mijn eigen keurslijf valt me zwaar.

Graag hoor ik jullie opmerkingen, schroom kritiek niet want daar leer ik juist van. Het maakt niet uit wat. 🙂

Nachtzuster · 11 november 2016 op 18:57

Wat ik erg prettig vind, is dat het op een lome manier geschreven is. Heel beeldend. Ik zie het zo voor me als zijnde een serie. Goed Esther! Je schrijft in de juiste versnelling en in de juiste consistentie.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder