Hoeveel keer heb ik dit jaar een kerk van binnen gezien? In ieder geval heel vaak. Ik heb er de deur plat gelopen. En het was altijd voor een uitvaartplechtigheid. Nog nooit heb ik zo vaak afscheid moeten nemen als afgelopen jaar. Van mensen die ik nooit heb gehoord of gezien. Van heel veel mensen en het jaar is nog niet voorbij. Bij een uitvaart met een urn verzorgen we de dienst met drie man. Als het een plechtigheid is met een kist zijn we met vier dragers. Het is tijdens die momenten dat ik me écht onmisbaar voel.
In de nis achter het hekwerk staat Maria. Ze heeft gezien dat ik drie kaarsjes heb laten branden. Drie kaarsjes voor mijn beste maatje. Maria let erop dat de andere mensen ook vijftig cent in de gleuf stoppen voor het kaarsje en ze waakt over onze zwarte jassen die netjes over de leuning van de reserve kerkstoelen hangen.

Zittend op de laatste rij, luisterend naar het koor, het evangelie en de lezingen, heb ik nogal wat inspiratie opgedaan. Inspiratie om te schrijven. Voor de vaste columns op ColumnX. Ook het idee van deze laatste column is tijdens een kerkdienst ontstaan. Een stukje tekst over mijn werk in de kerk. Over verdriet bij het afscheid nemen en over doodsprentjesjagers die uitvaarten afschuimen. De bid- of doodsprentjes van overleden honderdjarigen en kinderen zijn erg gewild. Op beurzen brengen ze veel geld op.

Tijdens de plechtigheid kan ik goed nadenken. In de kerk is me al veel duidelijk geworden. Dat het niet altijd kan gaan zoals ik wil. Hoe en vooral door wie ik met mijn boekje ben begonnen. De titel van het boekje. De reden waarom mijn maatje boos op me is en waarom ik dat ene kleintje niet had mogen schrijven. Hoe bijzonder mijn maat is. Dat ik mijn maat toch niet kan houden en dat afscheid nemen wel degelijk bestaat.

Van het kleine groepje uitvaartbegeleiders ben ik de benjamin. De jongste, de bengel, het boefje, de vrouwenzot, de motorracer, de stoere, de rocker, de schrijver, de kunstenaar. Dat ik de jongste ben, dat weet ik in ieder geval zeker.
Na de eerste lezing is het tijd voor de collecte. Mijn collega’s zeggen dat ik de jongste benen heb. ‘Doe jij de collecte?’ Wanneer ik langs de banken loop, klikken mijn hakken op de oude plavuizen. Voor het altaar wacht ik even om de mensen de gelegenheid te geven hun klein geld boven te halen. Alle kerkgangers doen een duit in het zakje.
Bij de doodsprentjesverzamelaars houd ik het broodmandje wat langer en dichter voor hun neus. Ik ken ze inmiddels één voor één en weet hoe het zit, waarvoor ze in de kerk zijn.
De collecte is een succes. Meneer pastoor kan tevreden zijn. Na de laatste groet aan de overledene krijgt iedereen in de kerk een doodsprentje.

Voor je medeleven, je aanwezigheid, je reacties en warme vriendschap, veel dank.


12 reacties

Mien · 1 augustus 2011 op 07:24

Een waardig afscheid dat in herinnering blijft.
Thank you too. 😉

Mien

arta · 1 augustus 2011 op 11:23

Verfijnd, deze…
Weet je, ik denk dat ik dit zelfs één van jouw besten vind.
Dank je wel voor een jaar lang pareltjes op de hoofdpagina!

SIMBA · 1 augustus 2011 op 13:41

Wat een mooie VC :wave: Is dit je laatste?

Meralixe · 1 augustus 2011 op 14:31

Ik kan niet anders dan , om in de sfeer te blijven, U enkel maar “bewieroken” met een schrijven waarin ik, als we al van “stijlen” mogen spreken, de eigen schrijfstijl soms herken.
Als U geen medewerker bent van begrafenisdiensten maar er toch in slaagt om een dergelijk verhaal te schrijven en van uit de pure observatie een typetje neer zet dan stijgt mijn bewondering.
Ben je wel werkzaam in die “sector” dan wens ik U het allerbeste toe voor deze moeilijke en moedige taak.

sylvia1 · 1 augustus 2011 op 15:06

Hoe snel kan een jaar gaan! Jij ook bedankt Louis voor twaalf mooie VC’s, stuk voor stuk in je eigen stijl en toch telkens anders. Ik vind deze ook soberder en daardoor proef ik zelfs een stukje kwetsbaarheid, maar dat kan ik me verbeelden. Ik kan geen citaat kiezen, ik vind ‘m gewoon mooi, deze laatste.

Libelle · 1 augustus 2011 op 17:37

Je hebt vast een streepje voor bij Maria.
En bij vele woordkunstenaars en “would be” figuren met een hoog “fake it, till you make it”, gehalte. Zoals ik bijvoorbeeld.
Eén troost is er, als ik honderd word zitten er tenminste mensen in de kerk.

pluisvndkkr · 1 augustus 2011 op 21:10

De inhoud van je slotcolumn vindt ik boeiend en maakt me een beetje weemoedig. Dat laatste komt puur door het onderwerp afscheid en de wijze waarop je hierover geschreven hebt en niet omdat ik jouw columns zal missen. Ik ken je columns amper dus dat zou niet kloppen, maar deze heeft wel mijn nieuwsgierigheid gewekt en ik ga ze dan ook met terugwerkende kracht lezen.

Chantalle · 4 augustus 2011 op 01:58

Zo mooi! Afscheid van de vaste column, maar ik hoop niet van al het andere dat je schrijft.

Ferrara · 4 augustus 2011 op 22:12

Stoere Louis is ook uitvaartbegeleider, mooi vind ik dat. Stop je echt helemaal met schrijven hier? Ook met reageren? Jammer!

Harrie · 5 augustus 2011 op 11:13

Louis, ik weet dat je geen grote fan van mijn schrijven bent maar dat is niet wederzijds. Jammer dat je hier het einde aankondigt. Ik heb je altijd graag gelezen.

pally · 10 augustus 2011 op 17:13

[quote]hoe bijzonder mijn maat is[/quote]
Deze zin kun je op veel manieren interpreteren. Jouw maat is en was zeker bijzonder: rekbaar, lenig en vol, nooit overvol. ik heb er van genoten. Bedankt voor alle maten VEC,s!

groet van Pally :kus:

embee · 31 augustus 2011 op 13:55

Merci Louis!

Embee

Geef een reactie

Avatar plaatshouder