Sommige dingen veranderen. Eerst werd de Openbaar Vervoer Studentenjaarkaart in het leven geroepen. Toen werden het er twee, een voor door de week of een voor in het weekend. Toen mocht je hem eens in het jaar kostenloos omruilen. Toen kon je hem als gestolen opgeven, terwijl je hem nog gewoon had, een nieuwe krijgen en deze omruilen, waardoor je feitelijk altijd gratis reizen kon. Toen werd dat ontdenkt en was het niet meer toegestaan je OV te ruilen na diefstal of verlies. Nu kun je hem niet eens meer één maal in het jaar gratis omruilen. €13,61. Feitelijk heeft mijn nieuwe week-OV mij meer gekost dan dertien euro nogwat. Doordat het twee weken duurt voordat ik mijn nieuwe kaart op kunt halen, heb ik al die tijd kaartjes moeten kopen. En nu hebben ze de geldigheid van de kortingskaart zo ingeperkt dat er van dinsdag tot en met vrijdag ’s ochtends voor negen uur voor volledig tarief gereisd moet worden. Gelijktijdig het drukste moment van de dag voor de forens. Voor mij resulteert het in een totale kosten post van maar liefst tweeëntachtig euro eenennegentig. En dat alles van mijn stagevergoeding die mij zeven euro en één cent oplevert. Maar laat ik het geklaag over geld bewaren tot de verkiezingen. Ik ben al lang blij dat ik na drie weken al weet dat ik mijn stage voldoende af zal ronden. Nu allen nog de overige vijfentachtig dagen nog uitzitten. Gelukkig had ik voor die periode een afhaalbericht voor mijn nieuwe ov al in de bus gekregen.

Ik was blijven steken bij nummer 400. Ik vond het grappig dat ik een geheel getal uit het apparaat gespuugd kreeg, terwijl dat natuurlijk een logisch gevolg is van het voorgaande aantal wachtenden. En natuurlijk kom ik er pas achter dat ik een pasfoto ben vergeten op het moment dat de klerk hem van mij verlangt.
Die dag was ik ziek. Van die gelegenheid maakt ik gebruik omdat ik anders tot zaterdag had moeten betalen, omdat ik tijdens kantooruren achter mijn eigen bureau verwacht wordt en tegelijkertijd niet op het postkantoor zijn kan. Met een verlept hoofd diep in een pet gestoken en zwetend van koortsachtige opvliegers of te veel kleding om te voorkomen dat ik ook nog eens kou zou vatten, moest ik een pasfoto laten maken. Te moe om er van te balen, vertrok ik stoïcijns richting polaroid winkel.
Meestal worden daar een aantal foto’s gemaakt. Het is allemaal digitaal, dus kost het niets extra. Op een scherm zoek je dan de leukste of mooiste uit en dan koop je die. Bij mij echter, was het met slechts één diafragmasluiting gebeurt. “Ja, is goed”, zei het meisje dat er verstandig aan deed aan die zijde van de camera te blijven. Nu ik erover nadenk wilde ze, denk ik, niet meer foto’s maken, omdat er een stelletje driftig stond te wachten en niet zachtjes gingen overleggen wat ze allemaal nog moesten gaan doen in die twee korte uren dat de winkels nog geopend waren. Maar het maakte mij niet uit. Ik wilde zo snel mogelijk weer mijn bed in. Toen ik met mijn foto weg liep, hoorde ik nog net hoe het fotograafmeisje aan het meisje uitlegde wat de nieuwe voorschriften zijn voor een pasfoto op een reisdocument. Bij mij had ze dat niet gedaan. Waarschijnlijk zag mijn verzakte gezicht er conform de regels uit.

Sommige dingen veranderen. Lachen mag niet meer. Dat noemen ze in de folder ‘een neutrale blik’. In de praktijk betekent het een imitatie van grafstemmingen. Als je tijdens een date een genante stilte nadert, gooi je frustratie over de nieuwe eis voor lelijke foto’s op je paspoort over tafel. Ik garandeer je dat zij dat ook vindt, want zo kun je het gesprek weer even leven in blazen. Iedereen wil graag leuk op een foto staan. Soms is die drang zo groot dat men er alles aan zal doen om niet op gevoelig papier vastgelegd te worden, als men het vermoeden heeft er niet goed genoeg uit te zien. De pasfotosessie is dan het meest verschrikkelijke moment, omdat dat een verplicht nummer is. Tijdens de klassenfoto bijvoorbeeld. En als het kiekje aan derde wordt laten zien, dan dekt men bij voorbaad al in met de woorden “Hij is niet mooi hoor”.
Zo hoorde ik eens meisjes kletsen. Toen de portefeuilles open gingen en iedereen vriendjes aan elkaar ging laten zien, kwam ook de eigen foto’s aan de orde. Het klonk erg gezellig en complimenteus, maar er was een meisje die zich angstvallig stil hield. Ik ga er geen doekjes omheen winden, ze was lelijk. Na veel zeuren haalde ze toch ook die van haar tevoorschijn. En natuurlijk onder begeleiding van het eerder genoemde commentaar. En toen wilde ik heel hard het gesprek onderbreken met de woorden “DAT LIGT NIET AAN DE FOTO, JIJ BENT ZELF NIET MOOI”. Maar ja, een beleefde man doet dat niet.
Waarom geven de mensen het plaatje altijd de schuld als zij er niet mooi uit zien, of de regen, of korte nacht, of het op raken van mascara? Nou dat zal ik je vertellen, dat heet de [i]fundamentele attributiefout[/i]. Mensen hebben de neiging de schuld van persoonlijke negativiteit, buiten zichzelf te leggen. En zoals de term het zelf al zegt, dat is een fout.
Tot 1 oktober tenminste, want dan moet iedereen lelijk op de foto staan. Dan hoeven we de foto niet meer de schuld te geven, maar de Amerikaanse overheid. Zo houden we de fundamentele attributiefout in ere.
Het is namelijk de Amerikaanse overheid die als oorzaak voor deze maatregel aangewezen kan worden. Door de zogenaamde strijd tegen terrorisme moet iedereen goed van zijn identiteitpapieren te herkennen zijn. De mensen kijken namelijk niet zoals op de foto, wanneer ze de douane passeren. Vind je het gek met al die mannen met geweren die je zouden moeten bewaken. Ik niet.

Daarom stel ik voor de dingen te veranderen en het om te draaien. Laten we allemaal proberen op ons leukst op de pasfoto te komen. En dat we dan verplicht moeten lachen als we een grens over gaan. Dat lijkt me een veel leuker gezicht. Dat er dan in de vertrekhal van die zweverige types lachtherapie staan te geven. Op elk scherm een cabaret voorstelling, met om het kwartier vluchtinformatie. Ik denk dat een glimlachen het beste wapen is tegen terrorisme.

[i]Cor Jan van Zwol[/i]


6 reacties

Dees · 4 oktober 2006 op 14:45

CJvZ, je bent een verhaal apart, dat soms interessant is om te lezen en soms een beetje teveel. Bij deze kon ik de aandacht er niet bijhouden, te.

arta · 4 oktober 2006 op 16:05

Ik vond het ook wat lang, maar wel leuk om te lezen.
Met enige schaamte moet ik toegeven ook altijd te zeggen, wanneer ik een foto laat zien: “Hij is niet zo goed gelukt, want ik houd niet op papier!!”

KawaSutra · 4 oktober 2006 op 18:31

De eerste twee alinea’s samenvatten in een zin, vervolgens hier en daar nog wat schrappen en je houdt best een leuke column over. Dan komt de clou ook wat beter tot zijn recht, want die is leuk!

BrokenHalo · 4 oktober 2006 op 20:19

Ik vind hem helemaal leuk 🙂

pally · 4 oktober 2006 op 22:28

Best leuk, maar oh, wat lang!

Mug · 5 oktober 2006 op 14:14

Wat goed te merken dat je toch tijd vind om columns te schrijven. Ik hoop dat je stage goed verloopt!

Goed, leuke column, leest goed weg, en je maakt in de laatste alinea een goed en leuk punt. Maar ( want er is natuurlijk altijd een maar)je haalt er zoveel bijzaken bij dat het punt niet duidelijk naar voren komt, en dat is jammer. Ook begrijp ik de titel niet helemaal…

Geef een reactie

Avatar plaatshouder