Op het busstation van Santa Cruz ontspan ik me eindelijk. Ik ben zojuist ingevlogen, ontsnapt aan de Wateroorlog in Cochabamba, aan Boliviaanse boeren. ‘Mij maak je de pis niet lauw’, lijken ze uit te stralen. Maar als Amerikaanse lookalike, ben ik die dag op weg naar het vliegveld drie keer ternauwernood ontsnapt aan doorrijgende hooivorken en katholieke stenigingspraktijken.

Ik wil per direct weg uit Bolivia. In Bolivia voel ik me lichaamsvreemd, afstootmateriaal.

De twee Argentijnse mannen wachten ook op de bus naar Campo Grande, Brazilië. Ze zijn sympathiek, lurken ontspannen aan hun mate. Een Israëlische dame voegt zich bij ons. We deinen gevieren op eb en vloed van het heerlijke reisbestaan.

De mannen vertrekken met de eerste bus, wij met de tweede. We spreken alvast met ze af om bij aankomst samen een hostel te zoeken.

De bus heeft een echte wc en een stoel met standen, ongekende luxe. Geen vloer vol menselijke urine, geen uitgespuugde cocabladeren. Zelfs geen telenovela. Wel airco en verwarming. De Israëlische Avigail en ik vallen vrijwel direct in slaap.

’s Nachts schrik ik wakker doordat de bus stopt. Er staat een groepje mensen langs de kant van de weg. Boeren met hooivorken en lampen. Ze schijnen naar beneden, in wat een diepe afgrond lijkt. Korte, hevige angst overvalt me. Is dit ook de Wateroorlog? We rijden verder.

Als we slaapwakend aankomen zijn de Argentijnen nog niet gearriveerd. Wij zoeken alvast een hostel uit en regelen vervoer. Avigail vertelt me dat ze de grootneusargentijn leuk vindt. Na nog een tijd wachten begeef ik me naar het loket. De man schrikt van mijn vraag en vuurt rap Portugees op me af. Mijn hersenen kronkelen van de vreemdklankige taal, die mij toch ‘bus’, ‘ongeluk’, ‘afgrond’, ‘iedereen dood’ weet te serveren.

“When will they arrive?”, vraagt Avigail met een glimlach.


17 reacties

troubadour · 16 april 2015 op 08:27

Quote: ‘Ik ben zojuist ingevlogen, ontsnapt aan de Wateroorlog in Cochabamba, aan Boliviaanse boeren. ‘Mij maak je de pis niet lauw’, lijken z..’
Met zo’n eerste zin wordt meteen een boel parate kennis van de lezer verwacht en draai je meteen je rug naar het gros. Het is een gave, maar ik haat het.

    D's · 16 april 2015 op 16:13

    Je hebt gelijk, het is een draak van een openingszin, met teveel informatie. Deels ligt dat aan de beperking van 300, deels ook aan het feit dat ik vind dat het er niet toe doet wat de Wateroorlog precies is, het was een dreigende situatie met mannen met hooivorken. Maar rechtstreeks in je allergie, begrijp ik. Jammer!

Meralixe · 16 april 2015 op 10:12

Moedige poging om de Latijns Amerikaanse sfeer en het ‘anders reizen’ in de column te verwerken. 🙂
Autobiografisch? Ook een ervaring waar men stil van wordt.

Ferrara · 16 april 2015 op 15:23

Wateroorlog even opgezocht, daarna begreep ik waarom je zo snel mogelijk weg wilde.
‘We deinen gevieren op eb en vloed van het heerlijk reisbestaan’
Zegt alles over de sfeer. Hoe snel dat kan omslaan bewijst je verhaal.

Peter Peek · 16 april 2015 op 20:58

Ik zou sowieso de Wateroorlog uit 2000 eruit laten; dit feit is geen gebeurtenis in de wereldgeschiedenis waarbij er een aha erlebnis ontstaat bij de gemiddelde lezer.

Ik heb deze column met plezier gelezen maar die m.i. beter kan, vooral het begin. Sta mij toe om een suggestie te doen :heh:

Het begin:
Ik wil per direct weg uit Bolivia. Als Amerikaanse lookalike ben ik ternauwernood ontsnapt aan doorrijgende hooivorken en katholieke stenigingspraktijken. Op het busstation van Santa Cruz ontspan ik me eindelijk.
Twee Argentijnse mannen wachten ook op de bus…enz.

Door de openingszin is de kans groot dat je gelijk de nieuwsgierigheid van de lezer hebt gewekt zodat hij wil weten hoe de vork in de steel zit.

Mooi is de tegenstelling ‘deinen op eb en vloed van het heerlijke reisbestaan’ met de suggestie dat de meeste bussen goor zijn met vloeren met menselijke urine, enz.

Ook de slotzin bevalt me: er is een vreselijk ongeluk gebeurd maar wordt afgesloten met een glimlach 🙂

Yfs · 16 april 2015 op 21:46

In het begin had ik even een “huh?” momentje vanwege de vele verschillende landen/nationaliteiten die genoemd worden : Boliviaans, Amerikaans, Argentijns, Israëlisch, Brazilië!

“In Bolivia voel ik me lichaamsvreemd, afstootmateriaal”
Wow!!

De laatste zin “smijt” hét moment er genadeloos naar in!!

Mooi gedaan D’s! :yes: :rose:

arta · 16 april 2015 op 21:49

Bij mij wekte de eerste zin juist nieuwsgierigheid op.
Ik houd van de eigenheid van jouw schrijven. Ik weet zeker dat ik dit stuk uit honderd uitdagingen eruit zou pikken als zijnde van jou. Er zijn er weinig die zo goed schrijven als jij.

Hier heb je een dreigende situatie voelbaar neergezet.
Mooi.

*Edit* De titel is ge-wel-dig.

Pierken · 16 april 2015 op 23:44

Juist door er niet algemeen bekende feiten in te verwerken komt het voor mij los. Vertel mij maar wat nieuws. Dat is je zeker gelukt (moest hier en daar even googelen 🙂 ). Daarnaast is het jouw beleving in jouw setting. Die zouden mij bij een fictief verhaal (is het non-fictie?) ook niet storen, als het verhaal maar in balans staat. En op dat punt ben ik er nog niet uit. Als je zoveel informatie in 300 woorden samenvat, dan is de heen- en weervorm waarin je dit gegoten hebt voor mij wat complex om het relaxt in één keer uit te lezen. Hoeft ook niet, daarom heb ik het twee keer gelezen, maar het laat mij achter met de vraag of dat nodig was (voor mij blijkbaar wel). Je hield mij in ieder geval tijdens het lezen wel wakker en nieuwsgierig. Eén vraagje nog; wie is/was de grootneusargentijn?

Esther Suzanna · 16 april 2015 op 23:57

Het is de bijzondere schrijfstijl, dus juist niet een chronologie die mij nieuwsgierig maakte. Spannend staccato geschreven. Wél meer keren gelezen en google…ook. 😉

Mien · 16 april 2015 op 23:57

Een knappe uitdaging voor zowel de lezer als de schrijver. Een klein moment groot vertaald. :yes:

trawant · 17 april 2015 op 00:15

Als ik ooit al de aandrang had gevoeld om in Zuid Amerika met de bus te gaan … Een mooi suggestief begin, laat de hersentjes maar kraken.
Ijzingwekkend slot, ik keek even heel voorzichtig mee over de rand van het ravijn. ( ramptoeristje …)

Sagita · 17 april 2015 op 12:19

Mooie opening! Je neemt me direct mee in je verhaal. De beschrijving van de bus: dat wat er niet is! Fijn!
Slot hartbrekend!
groet Sa

Nachtzuster · 17 april 2015 op 18:11

Heel knap dat je een hele reis inclusief sappige details in 300 woorden kunt proppen. Er staat niets teveel of te weinig in. Heel mooi, D’s! :yes: :rose:

D's · 17 april 2015 op 18:29

Later een inhoudelijke reactie. Gisteren dacht ik, pittig spul, de huidige front. Maar nu wil ik kwijt dat dit het cx is waar ik iig dol op ben. Waardevolle en eigen reacties. Zo zou het voor mij altijd mogen. Ik zal moeten achterwege laten 😀

D's · 18 april 2015 op 20:31

Bedankt voor alle reacties. Zoals gisteren tijdens het wachten op een afhaalmaaltijd al snel op de smartphone gemeld, zo vind ik CX het leukst. Gemengde reacties van allerlei kanten. Zelfs als ze niet allemaal even positief zijn, eigenlijk maakt dat het lezen van reacties ook interessanter.

Het is echt gebeurd, Meralixe en vloed kan ook springtij zijn Ferrara. Bedankt voor de moeite van het verzinnen van een alternatieve opening Peter. Ik ben er nog niet helemaal over uit, de jouwe lijkt ook weer zo abrupt. Yfs, snap ik, zo is het wel als je met je rugzak rondtrekt, de nationaliteiten buitelen om je heen. Arta, ben blij dat jij de titel er nog even uittrekt en benoemt. Misschien wel het beste van dit stuk, de titel. En je complimenten kwamen warm binnen.

De grootneusargentijn was een van de twee Argentijnen, Pierken. Je raadt het daarmee mogelijk al, de grootneusargentijn was degene met de grootste neus. Beschamend, we konden ons allebei niet meer herinneren hoe de beide heren heetten. Vandaar het behelpen met dergelijke beschrijvingen. Dank Esther Suzanna. Handig, die twee aan elkaar geknoopte namen. Geen verwarring meer mogelijk. Dank ook Mien, hoewel het geen klein moment was, eigenlijk, tenzij je het tijdsbestek bedoelt? Trawant, de chauffeurs rijden altijd maar door en kauwen coca om wakker en actief te blijven. Mensen laten de boel lopen. Ramen kunnen niet open, Bolivia is namelijk steenkoud. Veel wegen gaan pal langs de afgrond. En er valt er af en toe een over de rand. Zoals die nacht.

Ach, wie weet is het nu allemaal anders trouwens, dit speelde in 2000.

Sa dank en Nachtzuster dank voor de mooie complimenten.

pally · 27 april 2015 op 21:53

Nu pas gelezen door allerlei drukte om mij heen. Wel twee keer om het precies te kunnen vatten. Maar toen kwam hij ook stevig binnen.
Heftig verhaal in een vreemde, intrigerende setting. Op de een of andere manier heeft het ook humor. Knap, want het is een eng verhaal.

pepe · 9 mei 2015 op 21:41

Heerlijk een dees te mogen lezen. Ik lust er meer zo

Geef een reactie

Avatar plaatshouder