Elke Zaterdagmiddag om twee uur precies komt Sauro naar het dorpscafé om zijn zoon te ontmoeten. Buiten dat wekelijkse halfuurtje zien vader en zoon elkaar niet. Dat is ook niet nodig, alles wat er gezegd moet worden, kan rustig onder het genot van een kopje koffie. Deze week waren mijn dochter en ik ook van de partij. Wij zien onze Italiaanse vriend Sauro ongeveer één keer per jaar en ook dat is ruim voldoende. Het was schitterend weer, dus we stonden buiten op de stoep, vlak voor de ingang. Dat is handig, want zo zie je iedereen die langskomt ook meteen.

Zo ontmoetten we de plaatselijke timmerman, ooit de oudste en beste vriend van mijn man, de eigenaar van de winkel in huishoudelijke artikelen aan de overkant van de straat, de pastoor die vriendelijk informeerde of we zondag wel naar de mis kwamen, de slager, de kaasboer en de oude apotheker. Of we alleen maar mannen ontmoetten? Ja, daar wel! Maar van het café liepen we naar de begraafplaats, en dat is bij uitstek de plek om de vrouwen van het dorp te ontmoeten.

Op Zaterdagmiddag is het een drukte van belang op het kerkhof. De graven van overleden familieleden worden dan liefdevol verzorgd door de dames van San Vito. Ze zetten er verse bloemen neer en stoffen de grafstenen een beetje af, zodat ook de doden er de volgende dag op ‘hun Zondags’ bijliggen.

Op een stralende lentedag als deze zaterdag, is het sociale aspect echter minstens zo belangrijk. Men bewondert elkaars bloemetjes, wisselt wat roddels uit en houdt tegelijkertijd goed in de gaten wie bij welk graf komt treuren. Vandaag kwam dat mooi uit want ‘de Nederlanders’ liepen rond.

De eerste die ons zag was Elida, dertig jaar geleden mijn eerste vriendin in het dorp. Zij en haar man, die inmiddels ook niet meer leeft, waren getuigen bij mijn huwelijk. Twintig minuten praat je dan snel vol als je van elkaar wilt weten wat er het afgelopen jaar is gebeurd! We waren nauwelijks uigepraat of Piera, de vrouw van de kaasboer zag ons.

Na Piera kwamen Laura de kapster, Patrizia de vrouw van de slager, Edis de onderwijzeres en Gloriana de vroedvrouw langs. We hebben met allemaal een praatje gemaakt en kunnen er weer een jaar tegen. Want “zolang het goed gaat, heb je elkaar niet nodig!” vinden de dorpelingen van San Vito.

Maar op het moment dat er iets gebeurt in het leven van iemand die ‘erbij’ hoort, staan al die mensen in een kring om je heen. Het is dus ook niet zo verbazingwekkend dat het graf van mijn man er net zo netjes en verzorgd bij ligt als dat van hun ‘eigen’ geliefden.

Elke dag van de week gaat er iemand anders langs om plantjes water te geven, onkruid te wieden of af te stoffen. Of zoals op deze stralende zaterdag een nieuw plantje neer te zetten. Want eenmaal een dorpeling, altijd een dorpeling!


5 reacties

Avalanche · 13 maart 2010 op 15:10

Zo mooi, hoe jij telkens weer een stukje Italiaanse warmte met ons deelt!

SIMBA · 13 maart 2010 op 17:46

Moeten de dagen van de week nou wel of niet met een hoofdletter? JIj bent er niet consequent in en ik weet het niet….
Mooi stukje.

Emiliever · 13 maart 2010 op 20:24

Nee….ik ben helemaal niet consequent, nooit. Ik schaam me daar wel een beetje voor. Maar volgens mij moeten de namen van de dagen met een kleine letter. Bij mij zit de hoofdletter er nog zo in, ik moet er echt bij nadenken om het goed te doen. :oeps:

pally · 14 maart 2010 op 15:08

Een fijn, rustig stukje om te lezen, Emiliever. Je kleurt de film van het dorp, met daarin de dorpelingen waar je voor altijd bijhoort.
Een kritiekpuntje in de eerste alinea:
[quote] onder het genot van een kopje koffie[/quote]
vond ik wel erg cliché. Dat kun jij wel wat origineler zeggen, dacht ik, toen ik het las.

groet van Pally

Emiliever · 14 maart 2010 op 19:21

Ja, nou je het zegt! Is me volledig ontgaan terwijl het me bij anderen altijd wel opvalt…. Shame on me!

Geef een reactie

Avatar plaatshouder