Als ik het gebouw van 2 verdiepingen binnenloop, zie ik rechts van mij trap. Maar die is afgesloten door een glazen deur die op slot zit. Dus neem ik de lift die mij geluidloos naar de enige bovenliggende etage brengt.
Daar aangekomen, zie ik een soort halletje waar meerdere gangen op uitkomen. In het halletje hangt een bord zoals je die op snelwegen ziet. Op het bord worden de namen aangegeven waaronder de gangen daar bekend staan.
De gang rechts blijkt het “dennenpad” te heten. En als ik rechtdoor ga betreed ik de gang die “eikenpad” heet.
Het halletje zelf heeft de naam “Berkenbos”. Om de naam enigszins een zweem van realiteit te geven, zijn er langs de wanden en op het plafond.
, her en der wat plastic boombladeren aangebracht. Het enige waar ze niet aan gedacht hebben is om in de wanden wat microfoons te plaatsen die nagebootste natuurgeluiden voortbrengen. Ik bedoel maar, als ik over een dennenpad loop wil ik toch op z’n minst begeleid worden door het bronstige gehamer van een specht.
Links van mij ligt het berkenpad dat naar de afdeling leidt waar mijn moeder wordt ‘bewaakt’.
Halverwege het dennenpad kom ik nog een bushokje tegen .Het bushokje heeft een bankje en is voorzien van bordjes met rijtijden. Er staat ook op aangegeven welke bussen bij deze halte stoppen. Dat zijn er nogal wat, zo te zien.
Op het bankje in het bushokje zitten drie mensen. Twee vrouwen en een man. De vrouwen hebben een dikke jas aan en een tas op hun schoot. De man zit daar gewoon in zijn pyjama.
Een van de vrouwen vraagt aan mij wanneer de bus eindelijk komt. “Ik zit hier al uren te wachten’, klaagt ze.”Misschien staken ze wel”, antwoord ik. “Dat doen ze tegenwoordig al als de zon een keer niet schijnt” De andere vrouw wiegt heen en weer en vraagt aan mij welke datum het is vandaag.”26 juni”, zeg ik. “Gelukkig”, zucht ze. Ze wiegt met een tevreden glimlach om haar lippen, verder.
Even later begroet ik mijn moeder die aan een tafeltje iets zit te drinken. Ze vraagt of ik haar wil meenemen naar huis. Dat ik op de fiets ben, maakt haar niet uit. Ze wil wel achterop.
Een uurtje later , neem ik afscheid van mijn moeder die door drie verpleegsters in bedwang moet worden gehouden. En terwijl ik snel , via het “Berkenpad” terug loop naar de lift, klinkt in mijn oren de noodkreet van mijn dementerende moeder: “Kees, laat me hier niet alleen!!”
In het bushokje zitten nog steeds drie mensen te wachten op een bus die nooit komt.. Wegwijzers omhangen door plastic bladeren en planten wijzen mij de weg terug naar de lift terwijl de stem van mijn moeder in mijn oren nagalmt.
Buiten gekomen zie ik echte bomen en bussen die rijden. Omhoogkijkend meen ik achter een raam een glimp van mijn moeder op te vangen,nog steeds vastgehouden door 3 verpleegsters. Het lijkt of ze geluidloos gilt. Maar dat kan ik mis hebben. Ik zie nogal wazig de laatste tijd…


10 reacties

Martijn · 18 augustus 2004 op 17:56

Dit zijn geen grappen Kees,

Mooi beschreven. Wachten op een bus die nooit komt, en uiteindelijk toch worden opgepikt. Doet pijn lijkt me. Ik ben overigens niet van mening dat jij wazig ziet. En als dat al zo is, dan is het merendeel van de mensheid stekeblind. Misschien hebben dames en heer daar wel een bijzonder scherpe blik?

Groet Martijn:-D
[b][size=x-large][color=FF0000][font=helvetica]#[/font][/color][/size][/b]

sally · 18 augustus 2004 op 20:49

`sterk hé ,die fischerman`s friend`.
Heel ontroerende column Kees.
Het gaat je door merg en been als je je eigen moeder moet achter laten in die toestand.
liefs Sally

Mosje · 18 augustus 2004 op 22:08

Niet zo gek lang geleden in een huis geweest waar op dezelfde manier “fantasierijke” namen waren toegekend aan afdelingen, gangen en halletjes. Waarschijnlijk bedacht door iemand die dacht op deze manier zaken te kunnen verhullen, maar met als resultaat dat het gevoel van opgeslotenheid van de bewoners alleen maar groter is.
Treurig, erg treurig.
Ik hoop dat je af en toe in de gelegenheid bent om je moeder los te rukken uit de armen van de verplegers.

Anima · 18 augustus 2004 op 22:37

“Ik bedoel maar, als ik over een dennenpad loop wil ik toch op z’n minst begeleid worden door het bronstige gehamer van een specht.”

Aanvankelijk een tikje bitter-amusant-treurig Kees, met een bittere, donkere wolk op de loer, zodat de twijfel over ‘vreugde’ al gauw naar de achtergrond verdwijnt.

Blijft over, ontroerende eerlijkheid en dito kwetsbaarheid.

“Mooi” dekt de lang lading niet en klinkt veel te banaal, maar een ander woord heb ik er voorlopig niet voor.

Groet,
Anima.

ignatius · 19 augustus 2004 op 00:22

Verdomme Kees, zit hier met een brok in mijn keel.

Klasse.

rimram · 19 augustus 2004 op 09:53

Dag Kees,

een aangrijpend schrijnend verhaal. En zeer respectvol gebracht. Ik voel jouw machteloosheid. Ik was 10 jaar lang mantelverzorgerster zoals dat met een mooi woord heet. Mijn moeder had hulp en nog meer hulp…totdat echt niet meer ging. Onverantwoord voor haar en voor de buurt…daarna toch naar een verpleeghuis.Lange lange gangen met fantasierijke namen…en alles op slot! Het is verschrikkelijk je moeder ( en of ander familielid) weg te moeten brengen door die deur. Terwijl je weet ze komt nooit meer terug…naar huis. “ik wil naar huis”…dreint nog jaren door mijn kop! Ze heeft alle afdelingen doorlopen van A…D …het hoogste wat je kon bereiken…eindelijk de verlossing…langer dan tien jaar. Ik had ook zitting in de clienten raad…Ik kan er nog steeds niet over schrijven.

lieve groeten Rim

Ma3anne · 19 augustus 2004 op 11:40

Een zakdoek wil soms beter helpen dan sterkere glazen, Kees…
Gewoon effe een knuf. Weet niet wat ik zeggen moet.

Dees · 19 augustus 2004 op 19:33

[quote]Ze vraagt of ik haar wil meenemen naar huis. Dat ik op de fiets ben, maakt haar niet uit. Ze wil wel achterop.[/quote]

Deze zin alleen al. Ben er ontdaan van. Mooi, herkenbaar en pijnlijk aangrijpend.

Dees

Kees Schilder · 20 augustus 2004 op 00:12

Thanks!!

pepe · 21 augustus 2004 op 07:23

Ik hoorde ze bijna hier huilen, Kees hij is weer triestig leuk geschreven.
En ik las gister weer over het ‘fixeren’dat je geen vastbinden mag noemen.
Ik hoop toch echt niet zo oud te worden…

Geef een reactie

Avatar plaatshouder