Omwille van zijn programmeerbaarheid is de hond een uiterst bruikbaar en waardevol instrument in de dienstverlening, opsporing, bewaking en therapie. De hond is ook een aas- en vuilniseter, die moeiteloos het leiderschap van een mens accepteert en zijn slaafse afhankelijkheid ervan koestert. In zijn aanpasbaarheid en afhankelijkheid en zijn door de eeuwen vergroeide relatie met de mens is de hond een spiegel der menselijke beschaving. En in die spiegel zie ik dat de – in wezen kwetsbare – hond niet thuishoort in handen van het door gehakt&genmanipulatie gedegenereerde schorriemorrie, waaruit een verontrustend groot bevolkingsaandeel van onze betondelta bestaat. Hondenbezit door zomaar iedereen is een overbodige beschavingsuiting.

Honden springen tegen je op om te laten zien hoe leuk ze je wel vinden uit gebrek aan persoonlijkheid. Elke hond kun je kuttenlikken leren. Hun soortnaam rijmt op stront en dat is het uiteindelijke product dat de meeste stadsbewoners regelrecht beïnvloedt: de stront en vooral de onuitstaanbare vanzelfsprekendheid ervan. Ik heb schijt an je, buurman, zegt die drol op mijn stoep. En ik heb schijt aan iedereen want het is nu afgelopen.

In een oude pan prak ik het half-om- halfgehakt en vul het op een zacht vuur aan met geurende Chappi en Pedigree Pal. Na een half uur pruttelen dik ik de hachee met strychnine en warfarine aan. De pan koelt af op het balkon. De verleidelijke geuren van het dodelijke mengsel verspreiden zich over het binnenterrein; uit een tuin klinkt een zacht, verlangend gejank. Boven de schotelantennes troont blozend de maan.

Pal voor het ochtendkrieken knarst in de doodstille straat een deur. Een voetstap klinkt, stokt om de vier, vijf passen en verdwijnt in de verte, de hoek om. Een kille schaterlach kaatst hol tegen de baksteen van de sluimerende stad. Vragend kwinkeleert een vroege merel. De naderende ochtend spint een roodgrijs waas over de daken van de huurkazernes van de woningbouwcorporatie.

Vijf tot twaalf uur later stuiteren in stedelijke huiskamers, kelders, achtertuinen, en op behandeltafels de in doodsnood verkerende dieren met het schuim op de bek. Door de straten razen toeterend de auto’s van radeloze hondenbezitters met hun stuiptrekkende hond op de schoot van een huilend kind.

Wat nou dierenbeul? Drie honden in een stadstuin houden met twee keer luchten per dag? Dieren gelegitimeerd en ongelegitimeerd een rugbeschadiging kweken? Een pitbull (staffordshire terriër, mastino napolitano, rottweiler) toevertrouwen aan de eerste beste gestoorde gek als bijvoorbeeld ik, die zo’n moordenaar bedoeld of onbedoeld kan africhten?

Het pijnloze alternatief is natuurlijk dat je het zelf doet, of laat doen met een morfinespuitje.

Categorieën: Diversen

8 reacties

melady · 24 juli 2006 op 11:19

OEI!!!! Zo haal je je de woede van Raindog en Mosje op de hals(band).
Hondsdagen is dat hetzelfde als komkommertijd?:-D

Anne · 24 juli 2006 op 12:38

De zachte moordenaar. Mooi verhaal. Nogmaals, ik ben fan.

KawaSutra · 24 juli 2006 op 18:22

Knap schrijfwerk vanlidt.
En ik denk dat ik de achterliggende gedachte wel begrijp.

Dees · 24 juli 2006 op 18:24

Weergaloos geschreven.

Snap alleen niet dat je de baasjes het mengsel niet voert, de honden kunnen er niet bar veel aan doen dat ze bezeten worden door de verkeerde bezitters.

Mosje · 24 juli 2006 op 19:46

Ach melady, vanlidt is een persoon voor wie wij een smeuïge keutel draaien, zo’n lekkere zachte, vlak voor zijn voordeur, zodat hij hem niet kan missen. Zo een die je met een stokje uit de ribbels van je zolen moet verwijderen, en een die je naar een dag of twee nog steeds ruikt.
😛

Ma3anne · 24 juli 2006 op 20:03

Vreemd, dat je de honden een vreselijke dood laat ondergaan, terwijl je de bazen haat.
Goedgeschreven waanzin.

Prlwytskovsky · 26 juli 2006 op 17:58

van Lidt: beter een slap lid dan helemaal geen lid????

vanlidt · 27 juli 2006 op 15:12

Zolang je pen maar overeind staat.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder