Na een drukke werkweek kruip ik achter de laptop want er broeit een stukje. Even nadat ik heb opgestart merk ik dat het apparaat traag reageert. Een update. Deel zevenentwintig deze week, Microsoft is er druk mee. En ik ook.

Vloekend parkeer ik de laptop ergens op het aanrecht. Geen zin in comploeteren. Zo jammer, er zat net een lekker stukje in mijn hoofd en dat moet nu wachten. Ik zou het in mijn schriftje kunnen schrijven maar het tempo van mijn penschrijverij valt in het niet in vergelijking waarin mijn vingers over het toetsenbord dansen tijdens een flinke brainwave.

De laptop zoemt en bromt. Ergens vanuit zijn binnenste floept een diepe zucht naar buiten. Ik start het zaakje opnieuw op in de hoop mijn stukje opnieuw te kunnen beginnen. Er ruist namelijk een strak begin van een alinea door mijn hoofd. Terwijl ik begin hoor ik iets rammelen en haperen in het binnenste van de laptop. Even later hoor ik een zachte ruis. De ventilator van de harde schijf in het hart van de machine is blijkbaar toch weer op gang gekomen. Eigenlijk is het ook best hard ploeteren voor mijn vijfjarige laptop, om mijn stukjes ergens op te slaan.

Zachtjes doe ik een schietgebedje. Ergens in de hemel heeft er vast iemand dienst vandaag. Het kan niet zo zijn dat mijn schrijfcarrière voorbij is voor ze is begonnen. De stilte gaat over in een floep en het scherm gaat uit. Vloekend ram ik met mijn linkerwijsvinger op het aan/uit knopje en zowaar het scherm floept weer netjes aan. Gerustgesteld typ ik verder in mijn stukje, dat wonder boven wonder bewaard is gebleven zonder krochten van een eerste of dertiende versie vanwege de storing. In een meesterlijke zin schiet het scherm opnieuw op zwart en er is geen geluidje meer te horen. Zelfs de witte knipoog onder het toetsenbord, als teken dat het apparaat wordt opgeladen, is verdwenen.

Je suis de lul. In gedachten koop ik een staatslot, meer nog,  een straatje, in de hoop een vervanging van mijn laptop te kunnen bewerkstelligen. Een wijk, voor mijn part. Mogelijk kan ik na winst uit de trekking een laptop aanschaffen met een intern geheugen ter grootte van een Olympisch dorp, teneinde mijn stukjes te kunnen bewaren. Plus mijn administratie. Laptops zouden moeten zijn als een vrouwenlijf. Vloeiend, met liever een pondje meer dan te weinig hersencellen.

Ik wend mijn blik naar het plafond, prevel zacht een tweede schietgebedje en druk liefdevol op het “aan” knopje van de laptop. Druk ratelend begint mijn digitale vriend alsof hij nooit is opgehouden en werkt zijn welkomstboodschappen af. Even later krijg ik mijn eigen selfie op het startscherm met het verzoek het wachtwoord in te geven. Ik tik het in en wonderwel opent zich het vervolgscherm. Ik klik op Word en wonder boven wonder komt mijn stukje boven water. Versie 1.0, alsof er niets gebeurd is.

Er is een god en hij houdt van mij. Ik besluit eieren voor mijn geld te kiezen en het stukje correct op te slaan. Opdat ik het weer terugvind, later op een ander moment. Zuchtend sluit ik de laptop af en berg het apparaat liefdevol op. Hij moet het toch echt nog even volhouden.

Categorieën: Overig

Odette

Overtuigd twijfelaar. Boetseert woordjes tot sprekende beelden.

5 reacties

Chucky · 7 mei 2015 op 16:12

Met een grote, herkenbare, glimlach gelezen :rotfl:

Mien · 7 mei 2015 op 16:29

Leuk en herkenbaar stukje.
Zo’n lèp wordt steeds leper.
Voor je het weet gaat ie spontaan lèpdensen.
Dan wordt het pas echt oppassen geblazen.

Esther Suzanna · 7 mei 2015 op 22:17

‘Je suis de lul’.. 😀

Gelezen met een grote grijns! Superleuk verwoord, dit drama in 27 updates. :yes:

trawant · 9 mei 2015 op 00:08

We moeten even streng zijn Mw.O.
En dat mag, want we gaan qua bekendheid met elkaars stukjes al heel ver terug.
Natuurlijk is dit een leuk verhaal en kunt u uitstekend schrijven. Daarover geen discussie.
Maar ik vind het onderwerp en de uitwerking wat obligaat en beneden
uw gebuikelijke niveau. Een kapotte lep, ik heb het idee dat ik zoiets
al vele malen in vele vormen heb gelezen.
Ik herinner me voorgaande columns die mij ontroerden, prachtige inkijkjes
in de turbulente jaren die aan u voorbij gingen.
Dit kan daar niet aan tippen.
Bij een ander had ik niet gereageerd of een laf duimpje opgestoken.
Maar noblesse oblige…toch?

Odette · 9 mei 2015 op 12:18

Point taken, meneer T.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder