Godskolere-sodeju. Ik hád er toch verdorie gewoon bij moeten zijn. Letterlijk lag ik zaterdagochtend te slapen. En dat terwijl zich op dat moment wellicht een nieuw fenomeen zou aan doen. Of nou, geen fenomeen – maar tóch, het knaagt. In Warnsveld. Op het groene, natte gras. In een groenwit shirt, met échte voetbalschoenen. Mijn neefje Wesley maakte zijn debuut. Niet in het minste team. De F9 mocht er volgens de wél aanwezigen zeker zijn. Mijn neefje Wesley is een aandoenlijk neefje. Hij heeft rood haar, her en der wat sproeten en oogt wat onzeker. Toch is het een vrolijke jongen die graag mag optrekken met zijn oudere neven en zeker niet op zijn mondje is gevallen. ‘Het is een schatje’, zou iedere willekeurige buurvrouw zeggen. Het is echter geen voetballer. Dat wist ik al, lang van tevoren. Wijs geworden uit de voetbalpotjes in de achtertuin. Struikelpartijen over zachtjes aangespeelde ballen vielen hem vaak ten deel. Maakt niet uit, dacht ik toen altijd. Er is niets mis met andere hobby’s, zoals paden vinden bij de scouting of lekker stoeien op judo.

Wesley is echter volhardend. Hij wílde op voetbal en zit op voetbal. Vanaf zaterdagochtend is hij een echte Warnsveldse Boy. Alleen denkbeeldig en uit verhalen van aanwezigen kan ik mij een voorstelling maken van hoe zijn debuut geweest moet zijn. Wesley als pion van een schouwspel dat kluitjesvoetbal heet. Mijn moeder, wel aanwezig, liet weten dat hij het goed had gedaan. Zijn penalty van na de wedstrijd zat er immers feilloos in en het zweet liep letterlijk over zijn rug. Zijn vuurrode hoofd kleurde leuk bij zijn doorweekte haar.

Ik kan er verder niets mee. Het is allemaal nog zo ongewis. Evenals zijn toekomst in het voetbal. Misschien zat ik altijd wel verkeerd en zit er achter al dat vurige enthousiasme wel een begenadigd talent. Misschien reikt Wesley wel ooit tot het eerste van de Warnsveldse Boys. Garrincha, een voetbalheld met kromme benen uit Brazilië, bleek immers in zijn jeugd ook niet altijd even handig te zijn geweest. Wesley als gevreesde flankspeler van de groenwitten uit Warnsveld; ik teken ervoor.

Misschien komt Wesley nog wel veer verder. Van Warnsveld naar FC Twente en van Enschede naar Ajax. Wesley in Oranje. Als de dan lang gekoesterde opvolger van Edgar Davids. Een heus bijtertje. Het cement; de crème fraîche; de verbindende factor op het middenveld. Wesley als spelverdeler; poeh, ik teken ervoor.

Komende zaterdag zien we meer. Dan neemt Warnsveldse Boys F9 het op tegen Warnsveldse Boys F10. Wesley heeft er zin in. Ik ook. En ach, als het niet wil vlotten: een padvinderij zit dichtbij.

Categorieën: Diversen

4 reacties

Trukie · 5 december 2007 op 19:00

Oranje associeerde ik vandaag een beetje met appeltjes van. Maar het nam een andere wending.
Enthousiast verhaaal. Wel veel leestekens en af en toe bespeur ik wat uitdrukkingen die waarschijnlijk uit dialect komen.
Ik kijk uit naar je volgende column.

Grumpy-old · 5 december 2007 op 20:58

Geestige column . Ik had ook heel andere ideeën bij “oranje” ; En bij F9 moest ik spontaan aan één of ander gevechtsvliegtuig denken.

Leuk geschreven.

Dat smaakt naar meer.

Greetz
Grumpy

KawaSutra · 6 december 2007 op 00:27

Leuk verhaal en herkenbaar. Binnen ons gezin hebben we ook de ster zien reizen van enkele profvoetballertjes in spé. Helaas hebben ze het niet gered. Maar de verwachting en de dromen had ik niet willen missen.

weathergir · 6 december 2007 op 00:28

Een lief en sportief verhaal, Judah! Top.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder