In eerste instantie dacht ik: die Guusje zit helemaal in de roos met die kledingvoorschriften van d’r die ze er door wil jassen.
Het idee erachter is dat de Hermandad een neutrale en onafhankelijke uitstraling moet hebben. En met de parafernalia die er verder aan hangen, moet het ook maar ’s afgelopen zijn. Dus kappen met die politionele tatoeages, piercings, religieuze accessoires en creatieve kapsels.
Mij heeft ze. Een discreet oorbelletje? O.k. Ik ben ook jong geweest. In de zestiger jaren zochten wij als adolescenten natuurlijk óók al naar wegen om ons een beetje alternatief te onderscheiden van de grote grijze massa. De zoektocht naar zeg maar het individuele, naar wie of wat je bent, zal ook toen de oudere generatie wel eens een doorn in het oog geweest zijn. We waren jong. En zulke zaken zijn van alle tijden.
Maar een smeris die mij aanhoudt omdat ik weer ’s een kilometertje of tien over de schreef gegaan ben? Die verliest toch iedere geloofwaardigheid met dat verrekte tattootje van z’n halfontklede vriendin die onder z’n opgestroopte overhemdmouw vandaan naar z’n onderarm afdaalt. Als ik de gore moed heb met een mobieltje tegen m’n oor geklemd door de spits te laveren, kan ik die diender met een trosje ringen door z’n neus die me voor een eurootje op 180 op de bon slingert toch amper serieus nemen?
Hoezo uitstraling?
En als we dan toch bezig zijn: ik kan me mateloos ergeren aan die plaatjesdraaiende sidekick met die honkbalpet in DWDD bij Matthijs. Chiel heet ie geloof ik. Een beetje alternatief doen? Mijn zegen heeft ie. Als ie verdorie nog an toe dan ook maar eens iets wat een beetje riekt naar originaliteit of humor te berde heeft te brengen. Maar dat blijkt elke keer weer iets te veel van het goede. Afgelopen zomer heb ik er toch al gauw een uurtje voor moeten uittrekken om die Zomergast, ook al met zo’n pet op, in m’n hart te kunnen sluiten. Maar die had tenminste nog wat te melden.
Van Oom Agent verwacht ik weinig humor. Die moet onafhankelijk en neutraal z’n bonnetjes uitschrijven, het verkeer regelen en als ie wat tijd over heeft zou ik het bijzonder op prijs stellen als ie en passant ’s aan het boeven vangen slaat. Want het aantal jeugdbendes schijnt de pan uit te rijzen.
Dacht ik.
Maar gisteren kwam dit allemaal behoorlijk op losse schroeven te staan. Terugkomend van een feestje dat regelrecht aangesloten leek op de Kelders van Verbunt, stuurde ik ver na het middernachtelijk uur m’n bolide regelrecht de fuik in van een grootscheepse alcoholcontrole door de afdeling Gooi en Vechtstreek. Een meer dan indrukwekkende dijk van een agente douwde me namens Guusje, die in haar Nijmeegse tijd zélf qua innemen altijd behoorlijk van wanten wist, een blaaspijpje onder m’n neus.
Een prachtwijf.
In het veel te korte dialoogje dat we voerden – ik scoorde trouwens tot m’n niet geringe verbazing de P van Prima- meende ik toch écht een 18 karaats tongpiercing van het zuiverste water te bespeuren.
Pure sensualiteit.
De onafhankelijkheid en neutraliteit konden wat mij betreft plotseling de boom in.

Thuisgekomen heb ik het voorzichtig in de groep gegooid. Ik mag dan met Vriendin onlangs de bikkelharde strijd tegen haar dreigende navelpiercing in m’n voordeel beslecht hebben (over vergelijkbare tierlantijnen in de schaamstreek viel wat mij betreft al helemáál niet te onderhandelen), zo’n zinnenprikkelend ornamentje op de tong zou ons seksleven wel eens die extra dimensie kunnen geven waar we na een troosteloze periode van semi-echtelijke verveling aan toe zijn.
Als het aan mij ligt, wordt Guusje door de politievakbonden teruggefloten.
De neutrale en onafhankelijk uitstraling ten spijt.

Categorieën: Media

5 reacties

Troy · 6 november 2008 op 09:01

Jeetje, ik ben net drie seconden wakker en ik word nu al bekogeld met woorden als ‘parafernalia’. Verder heb ik nog nooit eerder van het woord ‘Hermandad’ gehoord en raakte ik hier en daar de draad kwijt, maar ik wijt het allemaal aan het feit dat ik geen ochtendmens ben en ik een van die mensen ben wier verstand met de loop van de dag steeds groter groeit 😉 *Ik laat mezelf wel weer kennen, zucht.

lisa-marie · 6 november 2008 op 18:49

In de eerste alinea moest ik wel wat opzoeken zoals Hermandad en parafernalia maar dan begrijp ik het ook beter.
En ook je twijfel van wel of niet.
Tja je hebt nu eenmaal van die dilemma’s 😀

Mien · 7 november 2008 op 09:37

Ik weet het niet.
Ik moest af en toe parkeren onder het lezen.
Had het idee dat mijn taximeter van geen meter liep.
Maar tussen de brij door zaten wel leuke stukjes.

En ja, ik heb het toch maar even opgezocht, dat [url=http://nl.wikipedia.org/wiki/Hermandad]Hermandad[/url].

Een bijnaam voor politie dus :stom:

Mien

pally · 7 november 2008 op 22:31

Eigenlijk kende ik al je ‘ moeilijke’ woorden wel, Mut, maar toch ben ik er niet stuk van. Ik zou willen pleiten voor wat simpeler taal, het leest gewoon lekkerder.

groet van Pally

Mut · 8 november 2008 op 11:31

Het is een simpele zaak. Als je een keer of 4 het woord politie in een stukkie gebruikt, is het handig om over wat synoniemen te beschikken. Dat Hermandad geen dagelijks gebruikt woord is, geef ik toe. Het mag echter wat mij betreft wel als bekend worden verondersteld. Jullie probleem zie ik dus niet zo 1,2,3.
En zo moeilijk is de rest toch niet? 😆

Geef een reactie

Avatar plaatshouder