Als best nog jonge hippie loop ik in korte jurkjes, schoenen met hoge plateauzolen en lang wapperhaar achter de wandelwagen door het dorp waar wij wonen. s’Zomers fiets ik heel graag naar zee met kleine zoon neuriënd achterop in zijn fietsstoeltje. Het is dichtbij, hoogstens een kwartiertje trappen door een prachtig duingebied.
Geen boulevard heeft dit strand, alleen een paar eenvoudige strandtenten op het zand, omzoomd door een plankier. Ik heb alle tijd. Veel heb ik thuis toch niet omhanden, behalve dan koken en een beetje schoonmaken. Eigenlijk heeft alleen het eerste mijn belangstelling.
Samen met een vriendin, die vlakbij ons een groot huis bewoont, begin ik op een gegeven moment een crèche. We zetten wat kindermeubeltjes, een paar plastic bekers en een bak speelgoed neer op een van haar ongebruikte slaapkamers op de eerste verdieping.

Zo, we zijn klaar om te starten. We laten mensen in de buurt weten dat ze twee vaste ochtenden per week hun kinderen bij ons kunnen brengen. Het loopt al gauw prima en er is niemand die naar diploma’s of ervaring vraagt. Aan erg bezorgd uitziende moeders – vaders zien we zelden – meld ik mijn verpleegstersdiploma en dat wekt meteen vertrouwen. We vragen twee gulden vijftig per kind voor een ochtend. Dat lijkt ons redelijk. De ouders waarvan de meesten in de chique villawijk een eindje verderop wonen, vinden dat ook. Al ‘vergeten’ altijd de dezelfde mensen geregeld om te betalen en moeten wij erom vragen.

De vriendin is vindingrijk, zò vindingrijk, dat ze bijna elke week de meubeltjes anders neer zet, waardoor onze pupillen wat in de war raken. Ik zeg er niks van. Haar stralende enthousiasme, zelf verzonnen verhaaltjes en leuke spelletjes doen dat euvel in mijn ogen teniet. Ach, ik laat haar maar schuiven.
Wat ik ook niet zeg, is dat ik griezel van haar koffie: een klein laagje koffie met veel hete melk en een dik vel er op. In het midden ligt een vettige ster van de klont boter, die ze in het pannetje doet om aanbranden te voorkomen. Ik kan er nog van over mijn nek gaan, nou ik het opschrijf. Avant la lettre heb ik de term ‘koffie verkeerd’ begrepen. Vlak daarna is mijn zwarte – koffieperiode begonnen, om nooit meer te veranderen.

In het familiebedrijf waar echtgenoot werkt, doen ze veel zaken met Duitsland en de boekhouder kan goed rekenen, maar is bepaald geen talenwonder. Aangezien dat bij mij extreem omgekeerd ligt, geef ik me op voor een cursus Duitse handelscorrespondentie. Dat betekent twee avonden in de week naar de avondschool, een ouderwets parochiegebouwtje aan de overkant van onze straat. We zijn met vier cursisten, maar drie haken er al na een paar maanden af. Daarna krijg ik gezellig thuis privéles.

Het gaat helemaal prima. Jammer, dat ik mij in de dag vergis, als ik naar Rotterdam afreis voor het examen. Het is verdacht stil op dat adres, logisch, het blijkt een dag eerder te zijn geweest.
Mijn leraar vindt dat spijtiger dan ik, omdat het zo goed ging. Ik laat het verder zitten. Die correspondentie doe ik toch wel.

Later hoor ik dat hij op de avondschool vertelt een jong meisje te hebben lesgegeven, op plateauzolen en soms met kniekousen aan, die getrouwd bleek te zijn en zelfs al een kind had.

Kaplaarzen

Onze oudste zoon is ruim twee en een half jaar en we willen dolgraag nog een kind. Maar met de supersnelle matches is het blijkbaar gedaan. Elke maand is het weer spannend of de menstruatie uitblijft. Steeds zo teleurstellend als er toch bloeddruppels in het toilet vallen. Ik probeer mij er niet doorlopend mee bezig te houden. Dat lukt maar matig.
Echtgenoot heeft meer afleiding, hij heeft het heel druk in het familiebedrijf met 7 broers, waar het lang niet altijd soepel loopt. Als een van de jongste en de enige die heeft gestudeerd, gaat hij na een paar jaar leiding geven, na overigens eerst onder aan begonnen te zijn net als zijn broers. Toch een moeizaam te verteren zaak voor hen, die van jongs af aan met hun nu overleden vader, deze kistenfabriek met hun eigen handen hebben opgebouwd.

We praten daar vaak samen over. Maar deze zorgen en mijn activiteiten, zoals de crèche beheren, Duitse zakenbrieven schrijven, jurken naaien en beginnen met schilderen, nemen niet weg, dat ik veel bezig blijf met het gedroomde kind dat zich maar niet wil aankondigen. Het maakt dat onze seks niet meer zoals eerst een lekker ontspannen exercitie is. Zorgvuldig de vruchtbare dagen in de maand bijhouden, haalt veel van de spontaniteit weg. Op andere dagen waag ik mij niet aan seks, dat vind ik verspilling. Het is geen gelukkige periode, al geniet ik van de oudste hummel, die gaat praten en een eigen wil ontwikkelt.
Maar het grondgevoel van teleurstelling en verlangen blijft.

In Februari worden we voor een Limburgs carnavalsweekend uitgenodigd. Ik heb nooit gedacht me zo volledig te kunnen overgeven aan deze pret, rondhobbelend als een soort versierde jutezak en echtgenoot in zeeroversoutfit, compleet met ooglap en houten poot. We ontspannen ons heerlijk samen, deinen en zingen mee met de hossende massa en genieten.
En ik, ik kom zwanger thuis, blijkt later bij het terugrekenen.

Net als bij de vorige zwangerschappen voel ik me goed, al wordt het een extreem warme zomer. Er blijft in de eerste maanden wel de angst dat het weer mis kan gaan. Na zes maanden haal ik opgelucht adem. Het gaat goed komen, deze keer. Met bijna kleuterzoon aan de hand dans ik door die laatste tijd heen, mijn steeds bollere buikje trots vooruitgestoken. We schoppen lekker samen, met kaplaarzen aan, de gevallen herfstbladeren omhoog in het bos om hun ruisgeluid te horen en komen met jaszakken vol eikels en beukennootjes thuis.

Dan vind er een dramatische gebeurtenis plaats binnen onze familie. Een dochtertje van mijn oudste zus, de helft van een tweeling, overlijdt tijdens haar hartoperatie, pas vijf jaar oud. Haar zusje logeert bij ons. Ik sta juist pannenkoeken voor de kinderen te bakken, als mijn vader opbelt om te vertellen, dat haar hartje, ondanks de gelukte operatie, het ritme van de hart-longmachine niet meer over wil nemen. De pannenkoeken blakeren zwart. Ik merk het niet eens. Gisteren zag ik mijn nichtje nog trots wijzen naar het nieuwe nachtponnetje in de bagageruimte van hun auto en daarna vrolijk zwaaiend naar haar zusje wegrijden richting ziekenhuis met haar ouders. Dat beeld overheerst dag en nacht tijdens de rest van mijn zwangerschap.

Ik ben twee weken over tijd maar nog geen baby die zich meldt. Onze huisarts verwijst me door naar een gynaecoloog, die een oud- jaargenoot uit de studententijd van echtgenoot blijkt te zijn. Deze Jan – een lange, vriendelijke slager met grote handen – zegt geruststellend mij wel even te willen toucheren, zodanig, dat ik me die avond absoluut weer zal melden bij het ziekenhuis voor de bevalling. Daar denk ik even over na, zeg oké en klem mijn kaken op elkaar. Het gaat niet bepaald zachtzinnig. Maar warempel, hij krijgt gelijk, dezelfde avond beginnen de bekende weeën. Alleen ben ik vergeten hoe pijnlijk ze zijn. Een natuurlijk gegeven, vermoed ik, anders kiest niemand voor nog een kind.

‘Onze’ Jan begeleidt vakkundig de bevalling – net als de vorige keer weer een langdurige geschiedenis die verder normaal verloopt.
Op het laatst gaat de bevalling erg moeizaam, want onze zonen hebben nou eenmaal de flinke hoofden, die later bij hele lange mannen blijken te horen. Het geboortekanaal protesteert heftig, maar werkt uiteindelijk goeiig mee.
We zijn weer heel blij met de geboorte van dit manneke.

Soms doet herhaling niks af aan de intensiviteit van een ervaring. Ontspannen gaan we het leven met twee zonen in.


pally

Genieten van leven en mensen en natuur om mij heen. Schrijven als belangrijke drijfveer om te ordenen, te relativeren en te communiceren.

19 reacties

SIMBA · 1 januari 2013 op 08:30

Heerlijk om te lezen, dit schoenen-ver-volg-verhaal!

Meralixe · 1 januari 2013 op 11:32

Mooi in die tegenwoordige tijd.
Alledaagse autobiografische gebeurtenissen zodanig vertellen dat het aangenaam leesbaar wordt is een kunst die niet aan iedereen gegeven is. Het lijkt allemaal zó simpel. :eh:

Yfs · 1 januari 2013 op 11:41

Ongewtijfeld een column uit het ‘juwelenkistje’ van Pally.

Toch overviel me even een thema-column-gevoel waarin 6 alinea’s gebruikt zijn van andere columns die aan elkaar zijn gebreid.

Net als ik me als lezer heerlijk wil nestelen in een onderwerp, gaat het over in een ander onderwerp. Zo is er het hippie gedeelte, de créche, de Duitse les, de nog steeds aanwezige wens om zwanger te worden, het overlijden van het kindje en uiteindelijk de moeizame bevalling. Eigenlijk zouden het 6 columms op zich kunnen zijn.

Echter de intensiteit waarmee je hebt geschreven zorgde er voor dat ik tijdens het lezen over de bevalling een schietgebedje deed en mezelf zachtjes hoorde zeggen : ‘oh God, laat het asjeblieft goed aflopen.

[quote]Ik sta juist pannenkoeken voor de kinderen te bakken, als mijn vader opbelt om te vertellen, dat haar hartje, ondanks de gelukte operatie, het ritme van de hart-longmachine niet meer over wil nemen. De pannenkoeken blakeren zwart[/quote]

Prachtig! :wave:

Mien · 1 januari 2013 op 11:58

[quote]Soms doet herhaling niks af aan de intensiviteit van een ervaring. [/quote]
Sterker nog. Het geeft de ervaring voeding en aarde.

Mien

Kees Schilder · 1 januari 2013 op 12:04

Het maakt de intensiviteit zelfs groter.
Mooie column

Harrie · 1 januari 2013 op 12:57

Meerdere malen intens genoten. Mooie column.

arta · 1 januari 2013 op 14:05

[quote]De pannenkoeken blakeren zwart.[/quote]

Dit is zo’n typische zin die bij mij, als lezer erin hakt, op de één of andere manier.

Heel mooi deze twee schoenverhalen, al ben ik het wel met Yfs eens dat er uitgeplozen meerdere columns inzaten, maar dat doet niets af aan het feit dat het héél goed geschreven is! (Waarschijnlijk is dat gewoon de hoop op méér schoenverhalen :-D)

pally · 1 januari 2013 op 15:52

Jullie hebben wel gelijk, Yfs en Arta, met jullie opmerking, hoewel het absoluut geen aan elkaar gebreide columns zijn, maar twee hoofdstukken van het schoenenboek in wording. (Er volgt alleen nog één slothoofdstuk).Ik was al van plan bepaalde details nog wat verder uit te werken en jij en Arta sterken mij in dat idee…Bedankt! :kus: :kus:

pally

Ferrara · 1 januari 2013 op 17:43

Wat mij betreft had je de Kaplaarzen ook in februari mogen plaatsen, zo zijn we snel door de schoenenkast heen 😉

WritersBlocq · 2 januari 2013 op 01:31

Hee Pally, ook voor jou begin ik met de allerbeste wensen voor dit jaar natuurlijk!

Je vertelt hierboven heel veel, en kwalitatief heel weinig. Eigenlijk zie ik tussen de regels door schrijfvoer genoeg om een jaar mee te vullen, maar je kiest bewust voor je ‘schoenenreeks’, en het onderliggende is als ik het goed begrijp bijzaak? Persoonlijk vind ik dat jammer, maar doordat het gewaagd is en je daarin volhoudt, heb ik er ook zeker veel respect voor.

Groetjes, Pauline.

pally · 2 januari 2013 op 09:49

Ook een fijn 2013 voor jou, Plien!

Ach, elk mensje loopt zoals het geschoeid is en daar hou je van of niet…En over kwaliteit valt te twisten, maar ook dat is een kwestie van smaak.
Bedankt voor je eerlijke commentaar. :kus:

groet van pally

lisa-marie · 2 januari 2013 op 10:37

Wat ik heel mooi vind is de plateauzolen en de kaplaarzen tegenover elkaar.
Het zijn twee hele verscillende schoenen en toch hebben ze zoveel met elkaar gemeen.

ik heb genoten!!

Wayan · 3 januari 2013 op 11:59

Daar hou ik nu van zie, nostalgische mooi verwoorde columns !

embee · 3 januari 2013 op 13:33

Natuurlijk en mooi weergegeven Sis.
Ontroering….

:kus: Embee

Dees · 3 januari 2013 op 16:38

Twee mooie columns voor de prijs van één! Raak je tegen je deadline aan dat je ze per meter plaatst, ipv per column? 😀

Maar mij maakt het niet uit. Dubbel genoten. Net iets meer van de tweede!

pally · 4 januari 2013 op 14:49

Als je met deadline het zicht op het slot bedoelt, dan klopt dat wel, Dees. 😉 Er volgt nog één laatste hoofdstuk. Dan heb ik 20 jaar ‘schoenen’ in twintig hoofdstukken beschreven.(en veel tussengevoegd, veranderd en geschrapt, mede n.a.v. de reacties, hier)
Dat het er nu twee tegelijk zijn, komt omdat ik de eerste column apart, qua inhoud te mager vond..

Een fijn 2013 voor jou, Dees en voor iedereen die hier nog leest. :kus:

groet van pally

Nachtzuster · 5 januari 2013 op 18:09

Er is al een hoop gezegd over het splitsen van deze column, maar ik heb ook dubbel genoten. Mooi, Pally!

Sagita · 14 januari 2013 op 12:01

Hallo Pally,
Bijna halverwege januari 2013! Niettemin een fijn en goed 2013. Eindelijk tijd gevonden om je column rustig te lezen. Inhoudelijk – de thema’s – spreekt hij mij erg aan; kindercrèchesjes, avondscholen. verpleging en over je nek van koffie met melkvellen! De tijd is voor mij herkenbaar en dierbaar. In een reactie ergens zei je zelf al dat je verschillende thema’s verder wil uitdiepen. Daardoor zal het naar de vorm: veel opsomming aan kracht winnen. Succes met de volgende!
groet Sa!

pally · 14 januari 2013 op 22:37

Allemaal erg bedankt voor de reacties op dit dubbele schoenhoofdstuk!
:kus: pally

Geef een reactie

Avatar plaatshouder