Je beseft ineens dat de stad waar je woont, niet meer jouw stad is. Het zijn de herinneringen die kleven aan de kleine dingen. Het straatmeubilair, het parkje in de buurt, de winkelstraat; ze kwalificeren stuk voor stuk. Je werpt een blik en denkt aan wat ooit was. Maar pijnlijker is de gedachte aan wat had kunnen zijn. Op weg naar de plaats waar het gebeurde, vermoedt je al dat het tijd is om te gaan. Als je kokhalzend de stille getuigen op het wegdek waarneemt, weet je het zeker. Je huis is je huis niet meer, je stad je stad niet meer. Nadat de grote en daarna de kleine kist in de oven zijn verdwenen, stelt het verbranden van de overige schepen achter je niet veel meer voor. In deze stad rest alleen verdriet. Maar ook de angst voor wat je zal doen wanneer je hem toevallig tegenkomt. De stad waar je studeerde, masturbeerde, een soort van bierbuik genereerde, een voetbalclub vereerde, over het leven leerde, keer je nu je rug. Voor iedereen gloort er hoop aan de horizon, al zullen sommigen wat beter moeten kijken. Jennifer en Jordy waren al geen wederkerende voornaamwoorden, maar in dit geval is dat extra cru.
Schrijven om te kunnen janken. Schrijven om eerlijk tegen mezelf te kunnen zijn. Dat doe ik al heel lang. Vroeger waren een paar biertjes voldoende, nu lukt het pas na een halve liter Jack. Laatst, toen ik door haar spullen ging, zag ik dat ze het had bewaard. Een afgescheurd stukje papier met daarop een gedichtje:
met een grote schep
spitten in verhulde gaten
alles wat ik verdrongen heb
en eigenlijk wilde laten
dreggen van de ziel
doet pijn
niet fijn
oppassen dat ik niets verniel
zelfreiniging
allemaal door jou
sinds jij in mijn leven bent
de eerste vrouw
voor wie ik niet ben weggerend
zelfpijniging
door jou wil ik een beter mens worden
Dingen die ik niet gewoon kon zeggen en daarom, overigens met het schaamrood op mijn kaken, aan haar gaf. Pa, ma, Jen, Jor? Het ene moment heb je alles, minder dan een half jaar later helemaal niks. That’s life, zeggen ze dan. Ik ga hier in ieder geval weg en kom nooit weer terug.
Saluté Cruoninga
4 reacties
Ma3anne · 30 juni 2008 op 14:07
Zo verging het mij ook ongeveer, nu 33 jaar geleden, in dezelfde stad. Ben er na 28 jaar pas weer teruggegaan en voelde toen alsnog dat er langvergeten wonden opensprongen.
Cruoninga: in mijn herinnnering een intensieve stad, die voor een groot deel het verdere verloop van mijn leven bepaalde, althans, de dingen die ik er had meegemaakt en doorleefd in mijn studententijd.
Niet echt een column, maar voor mij heel bijzonder om dit te lezen.
Troy · 2 juli 2008 op 16:23
Een werkelijk prachtige tekst vol gevoel, verlies en sentiment. Het verbaast mij dat je niet meer reacties hebt gekregen. Een verborgen juweeltje. Veel sterkte gewenst in ieder geval.
Yuri · 2 juli 2008 op 17:47
Dank je wel. Ik lees al een tijd mee op deze site en als ik wat kwijt wil post ik wel eens wat.
(Ik ben overigens van plan om meer te gaan schrijven maar dan over vrolijkere onderwerpen. Absurditeit ligt meer in mijn straatje. Er zijn gelukkig nog genoeg dingen om te lachen, je over te verbazen en om je boos over te maken.)
Maar door mee te lezen weet ik dat jij en ma3ianne redelijk prominente figuren zijn hier. Een positieve reactie van jullie zegt me dan ook wel wat. Kwaliteit boven kwantiteit dan maar 😉
Troy · 2 juli 2008 op 19:25
Absurde humor, ook leuk. Ik ben benieuwd waar je ons mee gaat verrassen. Maar ik moet toegeven dat dit soort ‘regenachtige’ teksten, mits goed geschreven, mij heel erg bevallen.
En ja, Ma3anne en ik zijn oude rotten hier op CX inmiddels. Het aantal reacties is nu overigens toch wat minder vanwege vakanties en het hoge aantal plaatsingen en dergelijke. Blijf inderdaad vooral insturen!