Sommige dingen hebben zin, vele zijn domweg stompzinnig. Ongezonde strijd op sportief vlak valt in de laatste categorie. Maar besmet door inborst of omgeving: het is te genezen. Als dubbelgehandicapte spreek ik uit ervaring. Vele sporten heb ik namelijk met liefde bedreven, tot het moment kwam dat ik ziekelijk tekeer ging en mijzelf uitschakelde. Schaatsen was gaaf, maar het ijs zat vol met scheuren en als ik iets met liefde bedrijf, dan wil ik niets tegenkomen wat ik zelf al bezit.

In de tijd dat ik in Zwitserland werkte had ik zat vrije tijd om te zuipen, skiën en die twee te combineren. Tijdens zo’n combinatie zag ik een kerel die op zijn ski piste. Ik kreeg de slappe lach, maar wilde toch technisch perfect van de berg af komen. Dit had ik nog niet geoefend, waardoor ik zeer ongelukkig ten val kwam. Over de dagen in een privé kliniek in St. Moritz voor een operatie aan mijn meniscus kan ik een boek schrijven, maar skiën kon ik helaas afschrijven.

Rukken en trekken aan fitnessapparatuur werd mijn volgende passie. Na afloop was ik gesloopt en mijn stalen tegenstander nog steeds intact – hooguit bedekt door zweet van mij en mijn voorgangers. Ik kreeg er weerstand tegen, of kon de weerstand niet aan. Winnen was onmogelijk.
Cardio-fitness vond ik wel wat leuker. Steppen, fietsen en lopen op een band: best lekker, tot het moment kwam dat ik die metertjes ging begrijpen. ‘Harder, hárder! Hoger, hóger!’ De strijd die ik aanging om het gepiep van die tyfusapparaten af te kappen kun je wel ziekelijk noemen. En dan die stinkende mensen naast mij, die zich met een vette harenlucht in het zweet liepen: walgelijk! Of nog erger: stinkende mensen met een vette harenlucht die zich ondergespoten hadden om die walm te verdoezelen ‘omdat het nog wel een dagje kon’ en dán naast mij liepen te rennen: een kwelling!
Gaandeweg ontdekte ik dat ik een echt buitenvrouwtje was, en kapte met deze sport.

Paardrijden, dat was weergaloos, maar verwoestend voor mijn portemonnee en weekendrust. De wekker ging zondagmorgen om kwart over vier af om de ontbijtrit van zes tot acht te rijden. Ik sliep uit angst om mij te verslapen amper tijdens die toch al korte nacht.
Na de rit ontbeten wij met de groep ruiters, om daarna door de duinen joggen. Af en toe renden we, ons ondertussen uitkledend, op ons hardst op de zee af om er als eerste naakt in te duiken. De anderen waren net zo ziek als ik, dus riep een van ons na een paar seconden genieten: ‘Wie het eerst bovenaan het ruiterpad is, heeft gewonnen!’ Ik had het niet willen missen, maar in- en ontspanning waren uit balans. De dagen die volgden was ik gesloopt, en eenmaal bijgekomen was het weer weekend; tijd voor de volgende uitputtingsslag.

Wandelen, ook dat heb ik intensief gedaan. Georganiseerde wandelingen zijn gezellig. Echt, ik heb het bijna in mijn broek gedaan van het lachen met en om passanten, maar ook leuke gesprekken gehad in de intimiteit van de anonimiteit. Nooit zal ik de hel van de Zeemansloop – een wandeling van 40 kilometer – vergeten. Had ik kleinere stapjes genomen, dan was mij een gemene scheenbeenblessure bespaard gebleven. Deze tocht hoorde bij mijn voorbereidingen op de Nijmeegse Vierdaagse, die ik hierdoor uit mijn agenda moest schrappen.

Sinds een half jaar zit ik op tennis. Het grappige is dat ik met veel sporten gestopt ben doordat ik geblesseerd raakte. Tennis pakte ik juist op vanwege een overbelaste arm en schouder. De conditie had ik wel, maar in het begin ontbrak mij de kracht om het racket vast te houden. Eenmaal gezond ging ik op ouderwets ziekelijke wijze de strijd aan met de techniek. Gèk werd ik ervan.

Ineens vielen er allemaal Oud-Hollandsche kwartjes in de grijze massa onder mijn donker geverfde haren. Een gezonde strijd aangaan met degene aan de andere kant van het net? Daar had ik nog nooit bij stilgestaan. Voor mij waren er altijd minimaal twee tegenstanders: ik, en de ander. Eenmaal door mijzelf betrapt en vervolgens aan anderen getoetst, ben ik aan de slag gegaan om dit stuk in mij te repareren.

Dóórsláán.
Letterlijk bij tennis een must, en figuurlijk mijn valkuil. Door dit inzicht begint sport uiteindelijk te voelen als een gezonde dosis in- en ontspanning. De mensen die ik op de baan tegenkom nemen de tijd voor mij. Ik neem de tijd voor mijn service – zowel aan mijzelf als aan anderen – ongeacht aan welke kant van het net zij staan. Hierdoor ervaar ik dat verliezen niet bestaat. Bijna ongehinderd door een ‘ik kan het niet-blokkade’ of ‘te snel teveel blessure’ gaat het steeds beter. Het dubbelspel beheers ik op bepaalde vlakken, maar ik vergeet niet dat ik pas een beginner ben, door Sportivitijd genezend van Sportyfus.


Pauline

Talent voor tekst, taal en verhaal

15 reacties

arta · 8 juni 2007 op 08:52

Gave woordspelingen.
[quote]door Sportivitijd genezend van Sportyfus.[/quote]
Slim: tennis, nu mag je letterlijk doorslaan, waardoor de drang naar figuurlijk doorslaan afneemt!
Goed geschreven, zeg! 🙂

SIMBA · 8 juni 2007 op 08:59

Fanatiek mens! Leuke column!

Eddy Kielema · 8 juni 2007 op 11:00

[quote]Af en toe renden we, ons ondertussen uitkledend, op ons hardst op de zee af om er als eerste naakt in te duiken. [/quote]

Hoort dat ook bij paardrijden? Interessante sport lijkt me dat dan! 😀

Mooie column, Pauline. Humor en ernst weet je als geen ander uitstekend met elkaar te verbinden.

Li · 8 juni 2007 op 11:55

[quote]Schaatsen was gaaf, maar het ijs zat vol met scheuren en als ik iets met liefde bedrijf, dan wil ik niets tegenkomen wat ik zelf al bezit.[/quote]

[quote]In de tijd dat ik in Zwitserland werkte had ik zat vrije tijd om te zuipen, skiën en die twee te combineren. Tijdens zo’n combinatie zag ik een kerel die op zijn ski piste.[/quote]

Ik kan wel blijven quoten. Ik moet nodig iets aan mijn lachspieren doen want ik heb de slappe giechel van deze column gekregen. 😆

Geweldig geschreven WB (Wielrenners Broek?) 😮

Zwaai van Li

pepe · 8 juni 2007 op 12:35

[quote]Vele sporten heb ik namelijk met liefde bedreven, tot het moment kwam dat ik ziekelijk tekeer ging en mijzelf uitschakelde.[/quote]

Iets met liefde bedrijven is ook een mooie sport;-)
Maar niet als je er kapot aangaat.
Dit is weer een topsportcolumn.

Mup · 8 juni 2007 op 15:51

Jou is niets te do(e)l, over te gesproken, hier mis ik er een, kus op je truffel 😉

[quote]door de duinen joggen[/quote]

Ik heb genoten van een column onder het thema sport, en dat gebeurd niet vaak,

Groet Mup.

WritersBlocq · 8 juni 2007 op 16:29

Eeejjjj Mup! Soms is ’te’ inderdaad beter (alweer ;-)) maar zoals jij hem gequote had, valt ie nog niet eens op dus hierbij mijn vuatdjuh:

[quote]om daarna door de duinen joggen.[/quote]

Er staan er nog een paar in. En Mup, kunt ge gebeurd met een t schrijven :lach: Ge beurt mij op!
Kus terug, tussen je hurken en je lurven!

Quinn · 8 juni 2007 op 17:56

Li heeft de quote er al uitgepikt waarbij ik hard moest lachen, dus dat laat ik maar zitten. Je hebt wel een hoop geprobeerd, petje af hoor. Ik vond paardrijden ook leuk maar reed lekker om 11 uur op zaterdag… veel beter dan dat vroege gedoe.

Succes met tennissen en rustig aan met die biertjes hè 😉

lagarto · 8 juni 2007 op 21:33

Mooi geschreven en een goede les.
Ik geniet het meest van de derde helft (die spelen we in de kantine).

KawaSutra · 9 juni 2007 op 01:16

Wat een ellende allemaal, blij dat ik nog geen bal kan vangen. Maar ik heb zeker respect voor jouw doorzettingsvermogen. Hoewel ik af en toe denk: je spo(o)rt niet. 😀

Mosje · 9 juni 2007 op 12:12

Whaaaah, leuk stukje met leuke woordvondsten!
😆

WritersBlocq · 9 juni 2007 op 20:03

Bedankt allemaal, voor de reactioooones!
Kawa, die rubriek bestond niet, vandaar 😛

DriekOplopers · 9 juni 2007 op 21:58

De laatste keer dat ik een balletje heb geslagen was op het jaarfeest van de JOVD. 😀

Fijne column!

Driek

Ma3anne · 10 juni 2007 op 08:22

Mijn sportcarrière is ooit – lang geleden – gestopt, omdat ik ook altijd veel te fanatiek was en dwars door muren heenliep om ballen te vangen en zo. Kneuzingen, verrekkingen, breuken, scheuren, zwellingen en (schaaf)wonden waren zo vaak aan de orde, dat ik er op een dag genoeg van had en gestopt ben. Rustiger aan lukte gewoon niet.

Nu heb ik mijn Power plate, waar ik stil op kan blijven staan en toch mijn spieren een beetje kan onderhouden. Wel zo veilig.

Met veel plezier jouw verrichtingen gelezen. Ik zie je helemaal voor me, werkend aan je binnen- en buitenkantje.:-D

Trukie · 10 juni 2007 op 12:08

Kijk, zo blijf je slank door sport. Jezelf opvreten door de ergernissen. Het is weer een geweldige doordenker WB en tegelijkertijd worden mijn lachspieren getrained.
Die sport bevalt me wel
😆 :wave: kijk eens wat een intensieve bewegingen daar aan te pas komen. :lach:
En dat heb jij veroorzaakt juffrouw writebeauty.

In de zesde alinea ga ik helemaal me je mee. Ik ben net bezig me op te tuigen voor een expeditie door de IJssel-uiterwaarden vanmiddag.

[quote]Na afloop was ik gesloopt en mijn stalen tegenstander nog steeds intact[/quote]

Wandelschoenen slijten, daar kan je het ooit van winnen.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder