Als 4 jarigen zaten we samen op de kleuterschool, het liefst speelden we in de zandbak.
Ik maakte taartjes en Alex sloeg ze met satanisch genoegen aan gort.
Een voorrecht alleen aan Alex verleend want verder was een schalkse blik voldoende om een mep te ontvangen met mijn schep.
Alex ging mee naar de lagere school, waarbij me voor het eerst duidelijk werd dat hij anders was. Mijn eerst geschreven letters werden door hem met luid applaus ontvangen, zelf bakte hij er niks van.
Uren zat ik naast hem om hem de hanepoterige letters aan te leren maar het bleef water naar de zee dragen.
Waar Alex wel erg goed in bleek te zijn was trommelen.
Uren liep hij rondjes door ons dorp met zijn blikken trommeltje, tong uit de mond en een gelukzalige glimlach op z’n eeuwige schrale smoeltje.
Hoogtepunten van het jaar waren de dorpsfeesten die opgeluisterd werden door de plaatselijke fanfare.
Direct achter de tamboer Maître was zijn plaats.
Dan stond zijn gezicht op volle concentratie en kregen zijn ogen een glazige blik.
Zijn reactie toen hij door het corps tot erelid werd bevorderd en het fel begeerde uniform met
de glimmende knopen in ontvangst mocht nemen, staan op mijn netvlies gegrift.
Nooit heb ik iemand gelukkiger gezien!
Eigenlijk denk ik dat er geen gelukkiger mens was dan Alex, want wat werd er van hem gehouden en hij hield van iedereen.
Hij werd door héél het dorp gekoesterd als een zeldzaam zuivere diamant.
Na de lagere school verminderde het contact.
Met veel spijt herinner ik me het moment dat ik met een stel vriendinnen van buiten het dorp aan het geiten was en Alex me van achter besloop, zijn handen voor m’n ogen sloeg en hard ‘HOI!’ riep.
Ik snauwde hem af omdat ik me op dat moment doodschaamde.
De blik die hij me toen toewierp, liet me krimpen tot het kleinst deelbare element.
Al mijn pogingen om het weer goed te maken liepen weken op niets uit.
Hij was te gekwetst.
Met een chocolade-ijsje kreeg ik hem uiteindelijk weer een beetje om.
“Je was niet lief”, zei hij, terwijl de chocolade langs zijn kin droop.
“k’Zal het nooit meer doen”, bezwoer ik hem vanuit het diepst van m’n hart.
Toen Alex 16 was stierf zijn moeder en hij ging naar een tehuis ver van het dorp.
Het viel hem héél zwaar en weken heeft hij trommelend in de tuin doorgebracht.
Misschien in de hoop dat iemand hem zou horen.
Toch vond hij daar zijn draai en zijn eerste en laatste liefde, Marieke.
Een meisje met dezelfde scheve oogjes als hij en blonde piekerige haartjes.
Het contact verwaterde tot een jaarlijks bezoekje en een verjaardagskaart.
Vorige week viel er een rouwkaart in de bus. Alex is er niet meer, overleden in zijn slaap op 42 jarige leeftijd.
De begrafenis vond plaats op het idyllische kerkhof van ons dorp.
Het was druk, héél druk en de fanfare speelde zijn favoriete nummer.
‘Syndroom van Down’, waar de term vandaan komt?
Geen idee, maar voor Alex ging het zeker niet op!
Op zijn steen staat, “Drum zo hard als je kan, daar blijven ze wakker van!”.
[b][size=xx-small]Naschrift:[/b]
Hoe bijzonder het is dat hij zijn hele lagere schooltijd met ons in de klas mocht doorbrengen verdient alsnog een pluim aan het toenmalig bestuur en leerkrachten![/size]
17 reacties
Ma3anne · 14 mei 2005 op 08:18
Met heel veel warmte geschreven. Prachtig!
WritersBlocq · 14 mei 2005 op 08:36
Onwijs mooi geschreven Wright.
Herinneringen aan Babette vliegen door mijn hoofd. Overleden toen ze 11 was, mijn minder bedeelde klasgenootje. Ze had een te groot hart, letterlijk helaas. Liefs, Pauline.
Eddy Kielema · 14 mei 2005 op 11:38
Mooi portret van Alex!
champagne · 14 mei 2005 op 11:45
Mooi geschreven Wright!
Raindog · 14 mei 2005 op 11:46
Inderdaad, een heel mooi portret. De ervaring zelf op te groeien en ouder te worden terwijl mensen als Alex lijken achter te blijven is vrij onwezenlijk. Tenminste, deze column voerde me terug naar mijn herinneringen aan Andre uit mijn vroegere dorp. Mooi beschreven.
KawaSutra · 14 mei 2005 op 11:53
[quote]Up Syndroom[/quote]
Wat een uitstekende titel, wat een mooi verhaal en wat een bijzondere school. Daar wordt je warm van. 🙂
Mup · 14 mei 2005 op 14:15
[quote]Hij werd door héél het dorp gekoesterd als een zeldzaam zuivere diamant[/quote]
De column is voor mij, net zoals de titel ook heel zuiver!
Groet Mup.
vanlidt · 14 mei 2005 op 16:40
Die trommel, het is bijna Günther Grass …
🙂
Kees Schilder · 14 mei 2005 op 17:48
Koud en warm tegelijk, word ik hier van.Zo gaaf geschreven!
iris · 14 mei 2005 op 18:56
heel erg mooi!!
liefs
Iris
Louise · 15 mei 2005 op 08:54
Wat mooi, wright!
En dan die titel…
Mosje · 15 mei 2005 op 11:59
Ik geloof dat ieder dorp wel zijn eigen Alex heeft, en allemaal hebben ze wat met fanfare’s.
Prachtig verteld.
Li · 15 mei 2005 op 12:50
Kippenvel. Centimeters hoog.
Li
pepe · 15 mei 2005 op 17:15
Alles wat iedereen hier al heeft geschreven in reacties, maar dan het dubbele.
Ik was er door ontroerd.
Wright · 15 mei 2005 op 18:50
Dank voor jullie reacties!
(Maar de volgende keer wel iets kritischer lezen,
want er zaten toch een aantal taalfouten in) 😉
sally · 15 mei 2005 op 22:55
Hier lopen ook meerdere schatten met het “Up syndroom”.(in ons stadje)
Volledig geaccepteerd en een normaal leven.
Prachtig dat dat kan…
erg mooi geschreven
WritersBlocq · 22 januari 2006 op 10:48
Je staat in de Column Top 3 2005 van Troy, ik ben blij dat ik daardoor nog een keertje dit prachtverhaal te lezen krijg. Wéér ontroerd, wéér dat aantal taalfouten niet gezien 😉