De Vakschool voor Goudsmeden in Schoonhoven. Het is alweer een hele poos geleden, maar ik was daar vanwege mijn studie en woonde een aantal jaren samen met Charlie. In onze vrije tijd deden we samen leuke dingen. Rennen, vliegen, knuffelen, spacecake eten en dan zwemmen in de Lek. Daarna iets lekkers halen bij de bakker. Net als die ene keer. Moe en stoned stonden we tegen elkaar en de met heerlijkheden gevulde toonbank geleund. ,,Meneer, meneer’’ verward kijk ik op en wrijf mijn handen door mijn gezicht ,,ja u, kan ik u helpen’’ klinkt het vanachter de tompouces. Ik land weer terug op aarde en kijk naar haar rode appelwangen gezicht. Glimlachend antwoord ik in een opwelling ,,jaah twee appelflappen alstublieft.’’ Ze pakt twee appelbeignets en terwijl ze die in een papieren zak wil laten glijden, roep ik wijzend ,,hé de appelflappen staan daar hoor.’’ Met haar saucijzen vinger meewijzend zegt ze dat die dingen appelenveloppen heten ,,bij ons zien de appelflappen er anders uit’’ bijt ze me geïrriteerd toe. Dat is een intikkertje. Al bij voorbaat om mezelf lachend kaats ik terug ,,bij ons in Zeeland zien de enveloppen er anders uit.’’ Ze kijkt me vernietigend aan en pakt zwijgend 2 appeldingen in.

Om de verpestte sfeer te breken vraagt een andere klant, wijzend op Charlie. ,,Is dat uw hond meneer? Wat een leukerd!’’ Mijn mondhoeken trekken naar achter en ik sluit mijn ogen een paar seconden. (Doe dit maar niet na voor de spiegel, want je ziet toch niet wat ik bedoel) Charlie is een mede-aardwezen. Die bezit je niet. Hij is net zo min van mij als ik van hem. We zijn vaak samen en ik hou van hem, dat wel. Maar hij is van zichzelf.

Zo overkomt het me tegenwoordig ook wel eens dat er gevraagd wordt: ,,was dat je vrouw die ik van de week zag.’’ Mondhoeken trekkend, ogen dicht en hoofdschuddend denk ik, mijn vouw ? Ik zeg dan, nog altijd even opstandig als vroeger dat ik niet weet welke ze bedoelen. Er zijn zoveel vrouwen waar ik iets mee doe of heb. Er zijn er minstens acht waar ik van hou. Twee waar mee ik werk, een aantal waarover ik droom en op sommige dagen zie ik er wel tachtig waar ik wel meer mee zou willen. Maar zelfs die ene waarmee ik al 25 jaar dezelfde ring draag is niet van mij. Ik hou van haar dat wel. Maar ook zij is van zichzelf.

Categorieën: Liefde

14 reacties

pepe · 2 juni 2007 op 08:55

[quote]Maar ook zij is van zichzelf.[/quote]

Erg mooie column, ook ik ben van mening dat je nooit het bezit kan zijn van iemand anders. Een ander bezitten kan dus ook niet.

Er zou eens een mooier woord moeten komen in plaats van ‘Mijn’.

WritersBlocq · 2 juni 2007 op 09:21

Als je toen je jong was spacecake hebt gegeten, blijf je de rest van je leven een bepaalde ruimte geven en nemen.
Je schrijft mooi en goed.

Klein puntje van kritiek:
[quote]verpestte sfeer[/quote] -t, het is een bijvoeglijk naamwoord. Verderop stond een spatie voor een ‘?’.

Ciao, Pau.

SIMBA · 2 juni 2007 op 09:38

Leuke column! Ik ging er even van uit dat Charlie een vriendinnetje was 😀
[quote]mijn vouw ? [/quote]
Oepsss, “r” vergeten. (en dat is vast die spatie die eerder werd genoemd)

pally · 2 juni 2007 op 10:50

Lekker recalcitrant geschreven en de inhoud zo wáár! Niemand is van iemand….behalve van zichzelf.

groet van Pally

Trukie · 2 juni 2007 op 12:26

En hoe zit het dan met de tekst van Herman van Veen:

Alles wat je hebt,
kreeg je van een ander.
Alleen je naam is van jezelf;
en die kreeg je van een ander…..

Mooie column overigens. De foutjes vallen weg in de mooie inhoud :lach:

Quinn · 2 juni 2007 op 18:31

[quote]Moe en stoned stonden we tegen elkaar [/quote]

Gaf je dat arme beest ook spacecake dan? 🙄

Leuk stuk 🙂 Die appelflappen doen me denken aan de eerste keer dat ik met mijn ex naar mijn ouders ging en hij iets lekkers voor bij de koffie mee wilde nemen. “Mag ik vier abrikozenbroodjes?” kwam totáál niet aan bij de dame achter de toonbank, vanwege het andere accent (hij kwam uit het westen van het land, ik uit het oosten). Zijn repliek: “mag ik vier abrikozenbroodjes ALSTUBLIEFT”? 😉

Mup · 2 juni 2007 op 18:47

Niets aan toe te voegen, helemaal mee eens,

Groet Mup.

KawaSutra · 2 juni 2007 op 20:47

En hoe zit dat dan met ‘echtgenote van’? Klopt dat dan ook niet? Maar je boodschap is duidelijk, van bezit kan in ieder geval geen sprake zijn. Prima gebracht in een leuk verhaal.

lagarto · 3 juni 2007 op 09:14

Pepe: Wat is er mis met het woordje ‘mijn’?

W.B. & Simba & Trukie: zelfs na 10 keer overlezen blijk ik mijn foutjes niet te zien. Was vroeger op school ook al zo. Daar baal ik van. Ik zal het volgende stukje 15 keer overlezen. Er wordt aan gewerkt. Blijf ondertussen gewoon corrigeren aub.

Quinn: Wat ik schrijf is niet altijd waar, en wat waar is schrijf ik niet altijd.

Kawasutra: Of dat klopt weet ik niet. Ik gebruik dat woord nooit.

WIL
wil meer van jou in mij
samen los en toch dicht bij
laat me los, hou me vast, geef me wie je bent
wil je vriendje zijn dat alles kent
wil je voelen, al je gedachten en je lijf
ik wil Wil, dat jij wil, dat ik bij je blijf

Mup, Pally, en iedereen. Jullie reacties doen me veel plezier. Bedankt. Lagarto

WritersBlocq · 3 juni 2007 op 13:20

[quote]zelfs na 10 keer overlezen blijk ik mijn foutjes niet te zien.[/quote]
Grrr, dat heb ik nou ook… vandaar dat ik mijn stukkies soms naar een ander stuur om dat eruit te fietsen.
Hagtop leise helpt ook nog weleens, maar niet 100% 😡
Lachen hè, iedereen lijdt aan die kwaal en baalt 😀

Tot de volgende!

arta · 3 juni 2007 op 19:51

Helemaal eens met jouw stelling. Mensen mag je af en toe ff lenen, soms hoop je voor altijd, soms ben je al blij met even!
Goed geschreven, ondanks de spelfoutjes!
🙂

pepe · 3 juni 2007 op 20:08

‘Mijn’ klinkt zo bezitterig Lagarto, ik ben van niemand en ik bezit geen anderen.
Dat er mensen willen samen-zijn of samen-leven met mij is leuk, maar het maakt niet dat ze van mij zijn.

Li · 3 juni 2007 op 21:57

Wat een smakelijk verhaal is dit.
En dat van die voutjes herken ik maar al te goed. Balen is dat!

[quote]Doe dit maar niet na voor de spiegel, want je ziet toch niet wat ik bedoel) [/quote]

Deze toevoeging haalde de vaart uit het verhaal. Althans voor mij.

Zwaai van Li

lagarto · 4 juni 2007 op 07:44

W.B.: Hagtop leise ??

Arta: Die regels van jou. zit een gedichtje in.

Pepe: Ohh, ja, dattu.

Li: Ik vond het juist leuk Li, ik zag je in gedachten al staan bekken trekken.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder