Het was in een zaal. Vijfentwintig à dertig man. In het midden van het land. Allemaal deskundigen. Op uitnodiging aanwezig. Deskundigheid uitwisselen. Ik was er ook. Met mijn deskundigheid. Geen wereldprobleemoplossende deskundigheid overigens. Een beetje deskundigheid ergens in de marge. Ik zat naast een man met blauwe broek en een gebreide trui met verschillende kleurtjes. Rood, groen en geel in vergelijkbare horizontale patronen. Daaronder een licht blauw overhemd. Voorts een rond hoofd en kleine oren met lel dicht tegen de schedel. Kort haar, blond, kalend vanuit de kruin. Bril met ovale glazen en metalen montuur. Doorsnee zou ik zeggen vanuit mijn perspectief. Uit zijn presentatie dacht ik op te kunnen maken dat hij status gekend heeft. Nadat de bijeenkomst was geopend en de eerste vraag werd gesteld reageerde hij direct. Hij ging staan. Een kuch en een glimlach. De aankondiging van een betoog. Hij had de aandacht; stak van wal, haperde, richtte de blik naar beneden en vervolgde verrassend monotoon. Hij was in aanvang moeilijk te volgen. Hij gebruikte veel woorden in zinnen die nooit helemaal af waren. In pogingen relaties tussen vraag en antwoord te vinden zag ik enkele van de aanwezigen langzaam verdrinken. In een nieuwe brei van woorden liet hij ons weten dat zijn vrouw drie maanden terug was overleden. De zaal keek op en elkaar aan. Na het overlijdensbericht ging het over de verspilling in Nederland. Dozen dure medicijnen had hij over na haar overlijden. Artsen schreven maar voor. Glimlach tussendoor. Het ging over haar longen. Die waren getransplanteerd. Ze had het niet gered. Met hem ging het beter. Korte stilte. Hij deed nu wat klussen. Tot aan zijn pensioen. Hij wordt volgend jaar zestig. Hij keek de zaal even rond en hervatte. Zijn oude baan was ie kwijt. Maar dat gaf niets. Het ging niet meer. Dan kun je er beter mee stoppen. Kuch. Ze hadden een goed huwelijk gehad. Hij en zijn vrouw. Nou ja in ieder huwelijk is er wel eens wat. Maar de kinderen waren goed terecht gekomen. Goede baan. Lieve partners. Ze waren het huis uit. Een aantal jaren. Met z’n tweeën… uh, zo’n huis is dan gauw te groot. Zijn huis stond dan ook te koop. Maar in deze tijd… hij had een appartement gekocht. De buren hadden hun huis vorig jaar voor een ton meer verkocht dan zijn vraagprijs. Maar ja, je hebt geen keuze. Hij hoopte op een andere regering straks. Hij had goede hoop. Met Nederland gaat het niet goed. De belaste kilometervergoeding. U weet het. Bezuinigingen op zorg. Maar in vergelijking met de mensen in Malawi. Hij was daar ooit met zijn vrouw… het verhaal stokte. Er viel een onaangename stilte. Iets te lang. Onder het gezelschap leek een combinatie van gêne en mededogen te overheersen. Iemand moest iets zeggen. Ik had het kunnen zijn. Kwetsbare individuen of verwarde zalen doen op mij over het algemeen geen tevergeefs beroep. Maar ik was het niet. Een van de andere aanwezigen nam het woord: “Aansluitend op het verhaal van meneer en met name de verspilling die meneer noemt… het is een punt waarvan ik ook vind dat …”. Wat volgde was een adequaat betoog. De sfeer was gered. Zucht en verlichting. We gingen door. Geanimeerde deskundigenpraat.
In de pauze stond hij even alleen. De man in de blauwe broek. Het duurde niet lang. Er schoof een vrouw bij hem aan. Een groepsgenote, ook deskundige. Ze sprak en knikte. Hij vertelde. Zij luisterde. Een man in de rouw moet je niet alleen laten rouwen, zei iemand naast mij. Ik humde instemmend.
Af en toe komen dingen zomaar goed.
Ook mooi.


7 reacties

Meralixe · 5 juli 2012 op 14:53

Deskundige aanhef van de column.(vijf keer deskundig)
En verder, nog één witregel, en dan nog verkeerd geplaatst daar deze achter “marge” kon komen daar je dan start met de man naast U.

Volgende witregel bijvoorbeeld achter “betoog” daar het daar stopt met de beschrijving van onze vriend en hij aan het woord komt met zijn levensverhaal dat zo probeer ik het toch te begrijpen, nog al ver naast de kwestie of het “probleem” bij de deskundigen zit.

“……het verhaal stokt.” Nieuwe alinea daar de “zaal” van toehoorders de kans krijgt en grijpt om op een zo beleefd mogelijke manier de mond te snoeren.

Na een overgangsalinia kun je terug starten met “Eén van de aanwezigen nam het woord…”en dan nog een witregel tussen “deskundigengepraat” en” In de pauze… en we zijn er ongeveer.

Zo, dat was de deskundige kritiek van iemand die over enkele maande nog niet eens wist wat een “witregel” is. Als U er nu zo over denkt dat het niet plaatsen van witregels het gevoel van eentonigheid van de woordenwaterval van onze vriend nog verhoogd, dan hebt u ook een punt!

Overigens, voor ik het vergeet, ik vind het een steengoede column waarbij je de lezer op een uitstekende manier mee neemt in een eenvoudig verhaal. Vergeef me mijn “deskundige uitleg en laat ons samen een :pint:drinken!

Yfs · 5 juli 2012 op 22:17

Ongelooflijk mooi en goed geschreven Frank!

Zo herkenbaar dat observeren van een persoon zonder ook maar een idee te hebben wat er allemaal in zo’n trui met verschillende kleurtjes schuilt.

En juist dat heb je schitterend omschreven, net zoals de combi van gêne en mededogen.

[quote]Kwetsbare individuen of verwarde zalen doen op mij over het algemeen geen tevergeefs beroep. Maar ik was het niet[/quote]

Was helemaal opgelucht dat je een vrouw bij de beste man hebt aan laten schuiven vanaf je toetsenbord! Dank daarvoor! 😉 :wave:

Fem · 6 juli 2012 op 07:37

Ik vind dit echt een heel bijzonder verhaal, juist door die korte zinnen. De verdeling zou inderdaad iets beter kunnen, maar dat doet geen afbreuk aan de inhoud.

Toch vraag ik me wel af welke deskundigheid hier bij elkaar is gekomen…

Libelle · 6 juli 2012 op 08:54

Geanimeerde deskundigenpraat. Soms zijn de randverschijnselen veel boeiender, dat is hier op deskundige wijze weergegeven en ook nog eens zorgvuldig en innemend.

Mien · 6 juli 2012 op 08:54

Deskundigheid in het hart getroffen.
Het hart waar alles om draait.
De korte zinnen doen juist naar lucht happen.
Mens en maatschappij ontrafeld.
Mooie column Frank.

Mien

Jip · 6 juli 2012 op 13:11

Heel mooie column Frank! Ja daar hou ik van, van die holle bomen die allemaal deskundig zijn en in de war raken als iemand over het gewone leven begint! Weet je waar ik heel goed in ben? In spoorzoekertje en tegen holle bomen plassen; zo lekker!

Nachtzuster · 8 juli 2012 op 01:05

Late reactie, maar niet minder gemeend. Heel mooie, gevoelige column. Alsof ik erbij was.
Af en toe een spatie had het wat makkelijker leesbaar gemaakt, maar met ‘plezier’ gelezen.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder