Ik ben dol op schrijven. Maar ik ben zo talentloos als het maar zijn kan.
Vol overgave stortte ik mij in de pubertijd dan ook op het schrijven van gedichten. In tranen kon ik uitbarsten bij de gevoelige en mooie regels die ik op papier zette. Keer op keer als ik ze las. Een Beaudelaire in de dop waande ik mij. Zag grote podia voor me waar ik steeds werd uitgenodigd om mijn exquise gedichten voor te mogen lezen. Hoe gauw werd ik ontnuchterd door leraren, medeleerlingen en mijn ouders. “Tja mooi hoor, maar waar gaat het eigenlijk over?” Was nog 1 van de vriendelijkste commentaren die ik mocht ontvangen.

In mijn roaring twenties ben ik me dan ook gaan toeleggen op het schrijven van thrillers. Misschien had ik daar meer succes mee. Als een echte Sherlock Holmes speurde ik en deed ik onderzoek. Ik was in die tijd dan ook helemaal verslingerd aan Agatha Christie. En ik kon mij helemaal identificeren met haar grote held Hercule Poirot. Die kon ook in zijn stoel tot grote dingen komen. Kaartenhuizen bouwde hij bij de vleet om zo zijn grijze cellen aan het werken te zetten. En ….altijd met succes. Ik bedacht mij dan ook: ik ben behoorlijk intelligent, heb de goede opleiding achter de rug. Dit moet een eitje zijn. Gouden stroppen als beste thrillerschrijver lagen voor mij in het verschiet.

Al gauw werd ik wreed uit mijn dagdromen losgerukt. “Eh, tja het leest aardig, maar ik snap er geen hout van”. Of: “ben je van plan hier een vervolg op te schrijven, ben reuze benieuwd wie nou eigenlijk de dader is”. Daar sta je dan met je goede gedrag, het schaamrood zwaar op de kaken, want ik had toch echt geschreven wie het gedaan had?? Dus ik blader terug en lees mijn prachtige boek nog eens door en…raak zwaar in de war. Wel 15 moorden, 10 verdachten, maar geen dader. Neen als thrillerschrijfster was ik dus ook al geen groot succes.

Maar ik geef de moed niet op en tijdens mijn 30-er jaren begeef ik mij op het pad der liefdesromans. Mijn leven was niet over rozen gegaan. Had menig lover zien komen en ook weer zien gaan. Daar moest toch wel een prachtige, spraakmakende, in het geheugen en hart blijven hangen van vele fans, boek uit komen.

In mijn dromen en gedachten kon ik mij dan ook meten met schrijvers als Sidney Sheldon, Elisabeth George en Nora Roberts. Ik werd uitgenodigd voor talkshows tot in het verre Amerika aan toe. Oprah Winfrey roemde mij zelfs in haar boekenclub. Mannen en vrouwen verslonden mijn boeken en smeekten om een nieuw verhaal. Zo levensecht, zo diep, zo vol wijsheid, waren kreten die dagelijks mijn oren bereikten.

Helaas, ook hierin ben ik mislukt. Mensen snikten als ze mijn concepten lazen. Maar dan niet van ontroering. Ik heb menig uitgever in zijn broek zien plassen van het lachen om mijn eerlijke probeersels. Ik heb zelfs de dood van mijn oma op mijn geweten. Het goede mens bleef erin, van het lachen. Nou heeft ze de gezegende leeftijd van 95 mogen bereiken, dus al te schuldig voel ik mij hier niet over. Maar toch….

En nog geef ik het niet op. Nu ik de wijze leeftijd van 40 jaar heb bereikt, ben ik mij gaan toeleggen op het schrijven van jawel…columns. Korte stukjes die kant noch wal hoeven te raken. Ik mag iedereen neersabelen, provoceren zo je wilt. En ja, het is zo ongeveer de natte droom van iedere journalist om dat te mogen doen, zonder daarover verantwoording over hoeven af te leggen. Ik mag roepen wat ik wil, want het is maar een column. Het schrijven van een column lijkt op een soort van cabaret. En…mijn lezers vreten het. Is het niet hier, dan is het wel daar. En als ik wordt aangesproken op mijn column kan ik mij ervan af maken als ware ik Jan Mulder.


16 reacties

WritersBlocq · 4 maart 2005 op 09:12

Hey Prikkeltje! Zoals altijd geldt ook hier weer: zodra je het loslaat, komt het naar je toe.
Maar “maar” een column vind ik wel een beetje min, ze zijn toch geweldig om te schrijven, te lezen? Anders, maar voor mij niet minder dan een goed boek ofzo. Groetje, Pauline.

Dees · 4 maart 2005 op 09:22

Ook in ‘maar’ een column zou ik op spelling letten. Beaudelaire goed spellen en ‘ik word’ met ‘dt’ schrijven, dat is echt jammer van het hele stuk.

Fred · 4 maart 2005 op 09:46

[quote]En ja, het is zo ongeveer de natte droom van iedere journalist om dat te mogen doen[/quote]
Ik beperk me maar tot een diepe zucht

Kees Schilder · 4 maart 2005 op 10:38

[quote]Ik mag roepen wat ik wil, want het is maar een column. [/quote]

Niks mis met jouw column, laat ik dat vooropstellen.Maar het is niet “maar” een column.Hopen mensen leggen bloed zweet en tranen in hun columns.Ik denk dat je dat “maar” daarom niet zo lichtvaardig kunt stellen.

koekoek · 4 maart 2005 op 10:57

Mooi! Ik kan me aansluiten bij Kees Schilder,en….een colmnist kan zeker ter verantwoording worden geroepen als het in strijd is met de wet.

Mosje · 4 maart 2005 op 11:22

Mm, ik proef iets van zelfspot in dit stukje en een lichte ironie, maar te weinig om te kunnen zeggen dat je het allemaal niet echt meent.
Vandaar mijn bemerkingen op je conclusies uit de laatste alinea.
Columns moeten zowel kant als wal raken.
Lang niet alle journalisten dromen er nat van, en hoewel je formeel geen verantwoording hoeft af te leggen kun je er wel degelijk op aangesproken worden.
Je mag roepen wat je wilt, maar dat maakt een schrijfsel nog niet tot een column.
Er worden wel cabarateske columns geschreven, maar er bestaan veel andere vormen.

Enne, wat ga je doen als je 50 wordt?
😉

Louise · 4 maart 2005 op 11:36

Tja, en daar kom ik dan weer aan als mosterd na de maaltijd…
Ik vind ook dat een column niet zomaar wat is. Als columnist kun je namelijk heel erg veel met je column, meer nog dan met een boek. En het is wel degelijk een kunst om net dátgene te bereiken met je stukje, wat je ook voor ogen had.
Niet onderschatten dus, dat schrijven van een column 😉

archangel · 4 maart 2005 op 12:36

Ach ja…. het schrijven van columns… *melancholieke zucht*…
Dat deed ik in vroeger tijden ook nog wel eens 😀 Dat doet me er aan denken; [url=http://www.examedia.nl/columnx/modules/news/article.php?storyid=320]mijn eerste column hier[/url] gíng zelfs over het schrijven van columns.

Jij zegt: [quote]Het schrijven van een column lijkt op een soort van cabaret.[/quote]

Ik zeg in mijn eerste stukje: [quote]Het schrijven van een column is je met behulp van je observatievermogen, je taalgevoel, je pure steroïdhormoon-geïnduceerde spierkracht, en je vlijtige typvingers een weg banen door de wereld om je heen; zin aanbrengen in de zinloosheid, en orde in de entropie. Je baant zelf de paden, beplant de bermen met humor en scherpzinnigheid, en werkt gestaag van A naar B. Het leven kent geen plot, en je column ook niet. Een columnist neemt geen gevangenen. Op volle laxeersnelheid doe je je ding. Ik noem de werkwijze van de columnist: de tactiek van de verschroeide aarde.[/quote]

Ik zal er nog even over nadenken of dit nu betekent dat we het met elkaar eens zijn of niet!

Michaël

KingArthur · 4 maart 2005 op 13:18

Wat kan ik nog toevoegen aan deze feedback?
Met weinig worden kan je heel veel zeggen, Prikkels.

prikkels · 4 maart 2005 op 18:42

Lieve medecolumnisten,

Niets is zo moeilijk als het schrijven van een goede column. Een columnist krijgt meestal maar een beperkte ruimte om een stelling te poneren danwel te ventileren.

Mijn bedoeling was eigenlijk om een spottend en toch humorvol stukje te schrijven aangezien ik buiten de columns hier gepubliceerd nog nooit een gedicht, een thriller of een roman heb geschreven.

Het was geenzins mijn bedoeling om mensen zonder aanziens des persoons te beledigen of zonder nuance neer te sabelen. Vandaar dat ik ook FICTIE boven het stukje heb gezet. Jammer dat dat niet helemaal is overgekomen. 😕

melady · 4 maart 2005 op 20:17

[quote]Ik heb menig uitgever in zijn broek zien plassen [/quote]

[quote]de natte droom van iedere journalist [/quote]

Dat is toch hetzelfde…:lol: 😆

Leest wel lekker weg en dan vallen storende kromme zinnen als deze minder op

[quote]Al gauw werd ik wreed uit mijn dagdromen losgerukt[/quote]

Melady 🙂

jimiNIKS · 4 maart 2005 op 20:44

Mee eens! Het hele leven valt eigenlijk onder de categorie: Fictie
Jammer dat wij mensen onszelf altijd zo serieus nemen, een beetje zelfkennis is altijd goed.
Daarom voel ik mij ook erg thuis bij jouw titel,
Geen talent!

Maurits · 4 maart 2005 op 23:07

Aardige column!

[quote]Korte stukjes die kant noch wal hoeven te raken. [/quote]
Aan de reakties te oordelen is niet iedereen het ermee eens. Op een overtuigende manier een stukje schrijven dat kant noch wal raakt is een kunst op zich. Wel tegen de wal of de kant op varen is een stuk makkelijker. Dat gaat vanzelf als je niet kan sturen. Je hebt de boot aardig recht gehouden maar niet recht genoeg. En je geeft je vermomming (mislukt schrijver) meteen prijs bij een beetje tegenwind. Beetje meer ruggengraat! Maar schrijf vooral verder!

pepe · 5 maart 2005 op 10:38

Gewoon lekker blijven schrijven hier en daar, als je dat leuk blijft vinden.
Er zullen ook altijd mensen zijn die jouw schrijfsels leuk vinden of helemaal niet leuk.
En ook dat mag…

suc6

Ma3anne · 5 maart 2005 op 11:49

Ik vind dat je gelijk hebt: met columns kun je roepen wat je wilt. Er zijn altijd mensen die het niks vinden en mensen die het leuk vinden.

Dus blijf lekker roepen! 😉

Shitonya · 8 maart 2005 op 12:21

Columns zijn meestal zelfs veel leuker om te lezen dan zo’n langdradige roman. Het is wel opvallend hoe bescheiden de meeste mensen zijn. Je kunt duidelijk zien dat je wel over enig talent beschikt in het schrijven. Dat uitgevers en niets in zien, hoeft nog niet te betekenen dat je dan meteen talentloos bent. Misschien is boeken schrijven gewoon niet voor je weggelegd, maar columns bijvoorbeeld wel

Geef een reactie

Avatar plaatshouder