Give the man a sigar…

Toegegeven, ik heb niets met schaatsen maar toch vraag ik mij af wat zoveel mensen beweegt om op een paar ijzers op bevroren water rond te gaan toeren. Helemaal te dol wordt het als gòlfers gaan schaatsen. Nee echt! Ik zie het vanuit de auto! Rijdend langs een golfveld, in vakkringen “de golfaccommodatie” geheten, zie ik een meute Captains of Industry enig teambuilding bedrijven in de naastgelegen prutsloot. Precies de locatie waar elke zichzelf respecterende captain of industry kantoor zou moeten houden, maar dat terzijde. Gehesen in de bekende ruitjespantalon krioelen zij met hun cougar en bullet putters in de hand,op de schaats door de bevroren prutsloot. Wat cougar en bulletputters zijn? Golfsticks!
Golfsticks ja! Golfstòk is veel te gewoon.
Hoe dan ook, met de golfsticks in de hand jagen zij achter een golfballetjes aan dat moet doorgaan voor een hockeystick.
De heren spelen ijshockey.Alsof zij niets beters te doen hebben. Alsof er niet af en toe ook nog eens een bouwfraudetje gepleegd moet worden vanwege de schoorsteen die moet roken.
Nee hoor.De ruitjesbrigade speelt ijshockey in een prutsloot. Jezus waar gaat het heen met de wereld.
En kijk eens aan, daar zie ik ook de heer van den Smallenboord tussen het gepeupel rondschaatsen. De heer van den Smallenboord is in het dagelijks leven directeur van een cementmolenfabriek. “Zijn toko”, noemt hij dat vertedert. Daarnaast is de heer van den Smallenboord voorzitter van de plaatselijke anti-rook maffia. Dik betaald natuurlijk maar soit..

De heer van den Smallenboord is fel tegen roken en in de salon van zijn Herenclub weet hij smakelijk te vertellen over alle nadelen van roken. Met name de details weet hij smeuïg over het voetlicht te tillen heb ik mij laten vertellen.
“Rokers zijn zelfmoordenaars” is zijn meest geliefde uitspraak. “Zo dom als een roker”, is ook een uitspraak waar hij de lachers mee op zijn hand krijgt, zo schijnt het.
Helaas heeft de heer van den Smallenboord nu even minder tijd voor dergelijke frivole uitdrukkingen omdat hij druk doende is een wak in te schaatsen om vervolgens geheel onder het ijs te schuiven. Dat zal mevrouw van den Smallenboord niet geestig vinden want een beetje ruitjesbroek kost toch al gauw tegen de 400 euro en een onderdompeling in een prutsloot komt zo’n broek beslist niet ten goede.

De club hockeygolfers of golfhockeyers zo je wilt, bestudeert het tafereel in stilzwijgend afgrijzen. Tja, hier voorziet het handboek voor de gearriveerde captain of industry niet in.
Geen enkele alinea in het hoofdstuk “managing by fooling around” behandelt deze spijker op de weg naar succes.
Dus staan de heren in een kringetje om het wak, waarin wat gorgelende bellen omhoog schieten, te beraadslagen wie van de aanwezigen de voorzittershamer ter hand moet nemen. Want een plenaire vergadering teneinde dit catastrofale ongemak in kaart te brengen om vervolgens een beleidsplan op te stellen om collega van den Smallenboord op het droge te krijgen, is toch het minste dat een beetje captain of industry voor elkaar zou moeten krijgen.

Als ik uit mijn auto stap en de vergadering verstoor hoor ik één van de captains vòòr stellen om collega van den Smallenboord met een golfstick genaamd bulletputter, uit zijn benarde positie te vissen. Ik vermoed dat hier over gestemd moet worden en besluit het resultaat niet af te wachten. Ik stap het wak in, voel onder het ijs en trek de heer van den Smallenboord aan zijn haar onder het ijs vandaan.
Proestend en naar adem snakkend gelijk een kettingroker, komt de heer van den Smallenboord tot zijn positieven. ‘Foei!, meneer van den Smallenboord’, berisp ik hem op zijn rug kloppend.
‘Wist u niet dat schaatsen dodelijk is? Dat je er impotent van kunt worden en dat het slecht is voor het hart? Vindt u ook niet dat er een waarschuwing op een schaats zou moeten staan om de waaghals op deze gevaren te wijzen?’
‘Give the man a sigar’, fluistert de heer van den Smallenboord schor.
In het wak zie ik een verloren golfstick drijven. Zo te zien de bullet putter..