Een vloer van triplex heb ik. Een houten zee van vijftig vierkante meter.
Ik kan overal voor anker. Triplex heeft drie laagjes, elk iets meer dan drie millimeter zodat de dikte in totaal een centimeter is. Onder mijn vloer ligt isolatie, drie lagen. Elke laag is ongeveer een centimeter dik zodat er dus drie centimeter groene vezelige matten liggen tot aan de kale oude planken van de woning.
Onder de planken komt een tijdje niks. Om precies te zijn zo’n twintig centimeter. En dan botst de holte tegen de diepste laag van mijn vloer, die ergens halverwege de dwarsdoorsnede verandert in het plafond van mijn buurvrouw.
Als een glad stuk papier draai ik vijfentwintig centimeter dikte steeds weer om en om.

Vandaag heb ik de tijd.
Beneden mij leeft het. De zelfde drie stemmen als altijd.
De man gebruikt het hele huis. Zijn stem zwerft overal rond.
Als ze alleen is is ze net zo onrustig als hij. Dan voert ze gesprekken. Van eetkamer naar keuken, naar woonkamer. En weer terug. Halfgesprekken.
Mobieltje geklemd tussen schouder en oor, vergroeid met haar lichaam. Of misschien vergroeid met haar rechterhand terwijl ze met links haar huishouden regelt.
Ook half.

Ik hoor een vraagteken in zijn stem nu, dicht bij de deur naar het trappenhuis. De deur slaat dicht. Hij smijt zijn energie altijd overal in.
Rommel de bommel de trap af, luide neurie, harde stappen, snel in volume verminderend. Onderdeur gaat piepend open. Béng. Dicht.
Stilte nu, onder me. Waar zou ze zijn?
Zo geruisloos mogelijk sluit ik de ijskast. Ik hou op met kauwen. Als je zelf stiller bent hoor je meer. Já! Haar stem schat ik in de eetkamer. Daar naar toe dus.
Haar stem is stationair. Ze zit misschien. Op de grond? Dat zou kunnen, ze heeft vloerbedekking. Roodbruine luxe.
De stem vertrekt weer. Ik ga mee. Woonkamer. Bank. Stem staat op. Eetkamer. Opnieuw stationair. Haar plekje zal nog wel warm zijn.

Nu moet ik kiezen. Ik mik op deze ruimte. Voeg me aan de kopse kant van het kleed waarop mijn eettafel staat, zonder stoelen. Ik hurk en klem de rand in beide handen.
Ik trek. Ik heb een eiken tafel dus dat schip vaart langzaam. Maar het vaart.
Tussen de vier masten maak ik het me gemakkelijk op het wollen dek.
Verdorie, ze vertrekt weer.
Ver weg. Slaapkamer? Rennen. Kleed weg. Liggen.
Nou gaat ze wéér.
Aha, woonkamer. Snel. Salontafel. Kleed weg. Liggen.
Opstaan.

Eetkamer. Slaapkamer. Woonkamer. Eetkamer. Woonkamer. Woonkamer. Woonkamer.
De deur kraakt, slaat dicht, hij is thuis.

Ik ben moe van het gymmen. Ik sta op en plaats alles weer terug.
Ik ga op de bank zitten, doe oordopjes in, en zet de televisie aan.
Hard.

Categorieën: Vervolg verhalen

9 reacties

WritersBlocq · 18 december 2006 op 23:26

Het is dat jij als auteur boven dit stukje/deze reeks staat, maar ik herken je er niet in. Te haastig, net alsof je het hebt geschreven tussen het gymmen door. Mooie zinnen ook, absoluut. Maar waar ik bij veel cx’ers veel teveel komma’s zie, mis ik er bij jou een paar. Snappie? Of nie? Ciao, Pau.

Anne · 19 december 2006 op 00:20

Tja WB, die haast. Ik weet het zelf niet precies. Deze serie stukjes hoort eigenlijk achter elkaar. Mijn eerste echte korte verhaal. De stijl komt voort uit mijn wens om zo dicht mogelijk bij een in OTT belevende ik-persoon te blijven; die dicteerde dat staccato-schrijven zogezegd. Maar goed, juist vanwege jullie commentaar plaats ik het toch in delen hier. Kortom: ook voor mij is dit andere schrijven een experiment, en dus spannend om te doen, en spannend om jullie reacties te lezen. Over dit specifieke stukje was ik zelf niet helemaal uit, of het er al dan niet in moest. Maar besloot uiteindelijk maar van wel. Weet nog niet of ik het er ooit toch uitgooi.
In ieder geval bedankt voor je reactie.
groet van Anne.

pally · 19 december 2006 op 09:51

Ha Anne,

Een heel mooi begin en dito zinnen hier en daar. En toch wil het maar niet pakken. Alsof het een tussenstukje is in een boek waar je even kan freeweelen om daarna weer heftig door te gaan.
Maar bij een vervolgcolumn werkt het anders, denk ik, daar moet elk stukje even aan iets speciaals raken.
Ik hoop dat ik niet te verward ben.

Groetjes van Pally

arta · 19 december 2006 op 12:23

Ik ben het met Pally eens…
Het valt mij op dat de ene aflevering veel boeiender is dan de andere. Het gaat zo’n beetje om en om!
Na de laatste aflevering ga ik zeker nog een keer het geheel achter elkaar lezen, want het is beslist een mooi verhaal!
🙂

Bitchy · 19 december 2006 op 12:52

Ik ben misschien eigenwijs, maar ik zou het er in laten staan. Het maakt het stuk iets luchtiger in een redelijk zwaar onderwerp. Voor het eerst geglimlacht tijdens het lezen van alle delen. Het maakt de *ik* figuur meer mens.

Maar goed…. wie ben ik 😉

KawaSutra · 19 december 2006 op 13:45

Zeer creatief geschreven maar je valt denk ik teveel in herhaling. Ik kan nog niet zo goed aanvoelen waar je nu eigenlijk naar toe wilt. Ik mis een beetje de opbouw naar een bepaalde climax maar misschien heb je die heel subtiel verborgen. Dus ik blijf toch benieuwd naar het vervolg.

Trukie · 19 december 2006 op 19:36

Ik blijf het verhaal mooi vinden. Sterker, het wordt steeds verfijnder. Dit zijn van die “grijze gebieden verhalen”. De feiten liggen er; en toch kun je er het fijne niet aan ontdekken.

Ik heb 20 jaar een probleemgezin boven me gehad in een gehorig huis. De twee laatste alinea´s zijn voor mij zo helder als wat. De ene keer wandel je door je eigen huis om de geluiden te volgen, een andere keer juist om ze te ontlopen.
Het is al lang geen nieuwschierigheid meer. Het wordt meer en meer een alertheid. Er altijd op beducht zijn dat er echt eens iets onverwachts gaat gebeuren.

(Ik ben inmiddels verhuisd.)

pepe · 21 december 2006 op 08:54

Ik blijf het spannend vinden en ook best heel mooi eenvoudig.

Nana · 21 december 2006 op 14:23

Ik zou het stukje nooit helemaal eruit halen, want het pakt me wel weer.Misschien inkorten. Ik blijf nog steeds erg nieuwsgierig naar het slot. 😉

Geef een reactie

Avatar plaatshouder