Behendig omzeilen zijn dure sportschoenen de plassen. Gel druipt uit zijn haar, maar door de grote hoeveelheid die hij gebruikt heeft, blijven zijn krullen strak achterovergekamd zitten zoals hij het wil. Ap’s uiterlijk is zijn belangrijkste bezit. Zonder dat zou hij een ‘niemand’ zijn. Dat is zijn grootste angst. Hij huivert als hij het woord alleen al denkt. Stoer trotseert hij de regen tot hij de kroeg bereikt, waar hij met zijn vriend heeft afgesproken. De kat bij de deur krijgt zijn traditionele trap en verdwijnt luid miauwend onder de bar. Mensen kijken hem verwijtend aan, maar hij lacht ze uitdagend uit, terwijl hij zijn vriend met een klap op zijn schouder begroet. Uitgebreid kijkt hij de kroeg rond en gebiedt zijn vriend Mo een biertje voor hem te bestellen. Met tegenzin wordt aan zijn wens gehoor gegeven.

“Die kutwijven van mij neuken veel te weinig de laatste tijd.” Bijna schreeuwend verkondigt Ap dat hij op zoek is naar betere vrouwen, die voor hem meer geld in het laatje zullen brengen. Luidkeels lacht hij als Mo zegt dat hij misschien zelf een baantje kan gaan zoeken. Waarom zou hij moeten werken als vier wijven een driedubbel salaris voor hem bij elkaar vozen? Mo oppert dat het hem meer zelfvoldoening zal geven, maar Ap zegt hem zijn bek te houden. Hij heeft zijn zaakjes goed onder controle. Vanavond zal hij die hoeren eens flink onder handen nemen.

Tegen beter weten in vraagt Mo hoe hij dat gaat doen. Ap legt uit dat hij de enige juiste taal spreekt met hen. Die van zijn vuisten. Hij slaat ze alleen maar tegen hun hoofd, zodat er geen blauwe plekken zichtbaar worden. Blauwe plekken verkopen niet. Trots kijkt hij zijn vriend na deze woorden aan. Mo vraagt zich af hoe het zover met zijn vriend heeft kunnen komen. Ooit leken zij een Siamese tweeling. Nu lijkt de afstand tussen hen groter dan ooit. Waar Ap elke zijweg van het criminele pad al verkend heeft, is Mo een keurige student rechten, die het gedrag van zijn vriend sterk afkeurt. Nog steeds heeft hij de ijdele hoop zijn vriend ooit uit de onderwereld te trekken om hem het licht te laten zien.

Ap heeft ondertussen een man naast hem bij zijn revers gepakt, omdat deze zijn biertje omgegooid heeft. “Maar het glas was leeg,” sputtert de man, die overduidelijk Ap’s reputatie niet kent, tegen. Na wat dreigementen bestelt hij twee biertjes voor Ap. Als de man weg loopt -na uitgebreide excuses- krijgt hij een duw en valt over een barkruk. Niemand haalt het in zijn hoofd er iets van te zeggen. Zelfs Mo zucht diep en kijkt de andere kant op. Hij wil alleen maar weg. Ap zegt een stukje met hem mee te lopen.

Onderweg probeert Mo met Ap te praten, zodat hij inziet hoe verkeerd hij bezig is. “Probeer eens een andere kant op te gaan, Ap, doe het voor mij, voor onze vriendschap?” Plots ontsteekt Ap in woede. Gillend vraagt hij of dat een dreigement is. Mo probeert hem weer rustig te krijgen. Het heeft een averechts effect. Onverwacht heft Ap zijn hand op. Met een doffe dreun komt hij op Mo’s hoofd terecht. Mo wankelt en valt. Zijn hoofd raakt het stoepje van een winkel. Een straaltje bloed loopt uit zijn mond en sijpelt op de tegels.

Het geluid van de wegstervende voetstappen dringt niet meer tot hem door.

Categorieën: Fictie

Arta

Zijn. bewonderen, verwonderen, notuleren, opwaarderen; Het zijn zomaar wat steekwoorden, die voor mij onlosmakelijk zijn verbonden aan 'Schrijven'. *Overigens schrijf en reageer ik als arta natuurlijk op persoonlijke titel

10 reacties

pepe · 22 juni 2007 op 08:27

En weer een ander onderwerp waarover jij zo kan schrijven, knap gedaan.
Ik ben benieuwd wat we nog meer van jou gaan lezen;-)

KawaSutra · 22 juni 2007 op 11:01

Triest verhaal. Maar zulke types bestaan. Alleen met een grote boog omheen lopen helpt. Goed geschreven.

SIMBA · 22 juni 2007 op 13:01

Ow jee! Moet die arme inspecteur Opstal alweer overuren maken 😆

smartie88 · 22 juni 2007 op 14:49

Goed geschreven!
Erg mooi en verhalend :wave:
Het verhaal boeide me echt,sleepte me mee in het tragische maar o zo karakteriserende Apverhaal.

ik kijk uit naar je volgende stukje!

lagarto · 22 juni 2007 op 16:54

Arta,
Lekker ventje! lekker verhaaltje ook. Ik vind hem weer Oki&Doki. Ben erg benieuwd naar het vervolg.
Groeten

axelle · 22 juni 2007 op 19:52

Axelle kwam en zag dat het goed was 😉

geïnspireerd op ‘loverboys’ van Helen Vreeswijk?(zo zie je maar, Nederlandse schrijvers overvallen onze boekenmarkt ook!), de loverboy in dat verhaal noemt (ook) Mo!

WritersBlocq · 22 juni 2007 op 19:53

Goed neergezet drama, dat zomaar om de hoek zou kunnen gebeuren of ook gebeurt, griezelig, zoals jij confronteert…
Ciao, Pau

DriekOplopers · 22 juni 2007 op 20:59

Wow! Alsof je er met je neus bovenop staat, als lezer…

Verschrikkelijk. Wat een verhaal. Kawa had het over “met een grote boog omheen lopen”. Ik denk meer aan “onschadelijk maken”.

Dees · 23 juni 2007 op 10:21

Hee arta,

Mooi geschreven. Vooral het eerste stuk wekte enorm mijn belangstelling. Maar (ja, sorry, er komt een maar…), als je een lichte voorkeur voor het licht theatrale en expliciete aan de kant zou kunnen schuiven en de karakters iets subtieler laat zijn, wint je stuk enorm aan kracht. Je geeft wmb gas waar je juist door zou kunnen op de weg die je met je eerste alinea’s bent ingeslagen. Want je eerste alinea’s vind ik echt prachtig. Daarna is het naar mijn smaak iets teveel ‘in your face’. Maar toegegeven, dat kan ook aan mijn smaak liggen….

arta · 23 juni 2007 op 23:42

@Pepe: Thnx!
@Kawa: Inderdaad, dit lijkt overdreven, maar ze bestaan echt!
@Sim: 😆
@Smartie: Dank je, fijn te lezen!
@Lagarto: Oki&Doki 😀 Thnx!
@Axelle: Wat grappig! Ik heb het boek nog niet gelezen, ken het alleen van de titel. (Anders had Mo zeker anders geheten!) Dank je!
@WB: :kus:
@Driek: Dank je wel!
@Dees: Fijn altijd, jouw reacties. Dit zijn dingen om in gedachten te houden bij volgende schrijfsels! Dank je!

Geef een reactie

Avatar plaatshouder