Allereerst, mijn beste dagboek, weekboek, maandboek of wat je ook bent, hoop ik dat je mij kunt vergeven voor het gebrek aan nieuws de laatste weken. Er is enorm veel gebeurd. Ik heb het gevoel dat ik op een andere planeet ben beland. Ondanks het feit dat ik vijf keer eerder in Afrika geweest ben, voelt alles nieuw en vreemd. Of liever gezegd, voelde, want het begint nu na bijna vier weken allemaal te wennen. De uitdrukking: “Ik kijk mijn ogen uit” kan absoluut niet weergeven wat ik allemaal heb meegemaakt. De hitte, het nieuwe appartement, onder één dak met Josephine leren wonen (wat aanvankelijk een beetje stroef liep, maar nu heel lekker gaat), de pubs, de dames – O, die dames, zalig! – het leren omgaan met het niet werken, nieuwe vrienden, nieuw eten… een paar schetsen om even te tonen waar ik het eigenlijk over heb:
Mijn ochtendroutine is nu natuurlijk totaal anders. In plaats van dat een wekker mij met een ruk uit een diepe slaap haalt, word ik langzaam wakker gemaakt door de vele, nog vreemde, geluiden drie verdiepingen onder mijn bed. Mensen die aan hun dagelijkse taken beginnen, de (letterlijke) vreemde vogels, cicaden, muziek, geiten, noem maar op. Eerst een glaasje zelfgeperst vruchtensap (meestal mango of ananas), en dan terwijl ik via mijn trouwe laptop en een 3G USB modem online ga, maakt de dienstmeid (ja hoor, we hebben een dienstmeid, kost een habbekrats) mijn ontbijt klaar – een omelet met de meest verse tomaten en uien, en “chai”, en zoete thee met kaneel.
Even onder de douche en tanden poetsen, dan kleed ik me aan en in een dun t-shirt, afgeknipte spijkerbroek en sandalen loop ik naar de verharde weg. De hitte is bijna niet uit te houden, maar na vier weken begint het zeer langzaam te wennen. Bij de verharde weg wacht ik, meestal niet langer dan een minuut, op een matatu. Een matatu is een busje voor maximaal 14 passagiers, en rijdt tussen twee stations. Er zijn geen haltes, het stopt voor iedereen die in en uit wil stappen. Voor mij is deze transportmethode tot nu toe het enige nadeel van mijn nieuwe leven – het is altijd zeer krap binnen, snikheet, er wordt de meest walgelijke rap “muziek” en hip-hop gedraaid met een volume dat je oren doet bloedden, en ze rijden en remmen altijd veel te hard.
Mijn beste dagboek, sinds ik de laatste alinea begon heb ik een motorfiets aangeschaft – die matatu’s kan ik absoluut niet meer hebben!
Waar was ik gebleven? O ja, met de matatu, of vanaf nu met met de motorfiets, rijd ik naar Mtwapa, even buiten Mombasa, voor mijn les Swahili. Een uur per dag voor de belachelijke prijs van iets meer dan een Eurootje. Na de les, rijd ik naar huis om een boterham te eten, natuurlijk nadat ik me weer gedoucht heb – ik sta gemiddeld vijf tot zes keer per dag onder de douche. ‘s Middags hou ik mij voorlopig bezig met lezen, strandwandelingen en een klein beetje zakendoen, dan ‘s avonds zit ik lekker met huisgenoot Josephine te kletsen of ik ga naar mijn lievelingskroeg Cheers, om pool te spelen en… daar komen we terug op die opmerking over die zalige dames.
Nou, ik weet dat het misschien wat arrogant klinkt, maar ik moet eerlijk zeggen wat er allemaal gebeurd is op die vlak. De tweede dag in Mombasa heeft huisgenoot haar vriendin Jane uitgenodigd om de dag met ons door te brengen. We hebben gezellig gewinkeld en ‘s avonds lekker gegeten en een paar borreltjes gedronken en ja, je raadt het al, ze ging heel graag met mij naar bed. Ik zal niet beweren dat, na ongeveer een jaar zonder, de seks geweldig was, maar de volgende dag voelde ik mijn zelfvertrouwen terugvloeien. Het is per slot van rekening niet elke dag dat een ouwe lul van 57 de kans krijgt om met een mooie dame van 25 te vrijen – nou, sindsdien is het eigenlijk wel bijna elke dag geworden. Ik ga naar een kroeg en er komt zo’n bloedmooi meisje naar me toe en zegt gewoon “Hi, how are you today?”, alsof ze me al jaren kent. Ik overdrijf niet, zo makkelijk is het voor een blanke (mzungu) hier in Afrika.
Oké dan, niet elke dag, maar wel bijna elke nacht als ik dat wil. Ik voel me af en toe een beetje schuldig, maar zoals u al weet, kan ik alles weerstaan behalve de verleiding. Vanavond, vrijdag, weer op stap en ik mag weer kiezen welke schoonheid ik mee naar bed wil straks. Ja, ik weet het, het is niet goed voor de ziel, maar één dezer dagen vind ik wel een vrouw waarmee ik iets meer wil – die liggen ook bijna voor het oprapen hier.
O, en nog één laatste bericht voor de liefhebbers die graag over mijn avonturen lezen: het spijt me heel erg, maar tot nu toe heb ik totaal geen trammelant ondervonden (of veroorzaakt), maar dat kan niet erg lang zo blijven bij mij…
6 reacties
SIMBA · 5 februari 2011 op 16:15
Heel fijn voor jou dat je nog geen trammelant hebt gehad maar erg saai voor ons 😀
Je hebt al lekker je draai gevonden, zo te lezen!
arta · 5 februari 2011 op 17:36
‘In een wip gewend’ zou de ondertitel voor dit hoofdstuk kunnen zijn, of ‘Conditietraining op zijn Keniaans’. 😀
Nee, ik zit maar wat te dollen! Fijn dat je begint te wennen aan het land en zijn gewoontes. Niet meer werken. Zzzucht… Dat wil ik ook!
datmensinkenia · 6 februari 2011 op 16:50
@arta: LOL, heel goed! Moet eerlijk toegeven dat zelfs dat verveelt – elke dag snoep is ook niks.
SIMBA · 6 februari 2011 op 18:05
Dat is nou echt, wat we noemen een Luxe probleem Allan 😀
Mien · 7 februari 2011 op 22:30
Van te veel Mzunguzoentjes komt vroeg of laat vanzelf trammelant. Dat zijn universele processen. We wachten rustig af.
Nu je een motorfiets hebt gekocht verwacht ik in ieder geval dat je hier bij CX minstens één nieuwe toegewijde lezer hebt gevonden. Misschien wel twee als Kawa nog onder de levenden CX-ers is.
Mien in the North
embee · 8 februari 2011 op 23:16
Fijn dat je al zo snel gewend bent daar. Je hebt het er wel al heel druk mee,veel visite.
Gelukkig dat je nog die blauwe wastafel hebt.. 😆
groetje van embee