De storm beukt tegen de gesloten luiken van de hotelkamer. De glazen schuifdeuren rammelen in de sponningen en het dichtgeschoven gordijn bolt op alsof er iemand achter verscholen zit. Om de vijf minuten laat de donder de kamer trillen. Ik sluip uit bed, schuif de gordijnen weg en probeer een glimp van het natuurgeweld op te vangen. Buiten is het aardedonker. Ik open de schuifdeur, ontgrendel het haakje van de luiken en duw deze op een kier.Woedend graait een rukwind het luik uit mijn handen, het vliegt open en meteen weer dicht. Ik sta op het balkon. De regen striemt tegen mijn lichaam en ik duik in een hoekje. De palmbomen op de boulevard lijken van elastiek. Ze schudden wild met hun kruin en laten, overdondert door het natuurgeweld, hun bladeren vallen. Het razen van de storm wordt overstemd door het bulderen van de zee. Ik verstijf, de golven komen angstvallig dichtbij. Een bliksemschicht doorklieft de inktzwarte lucht en een oorverdovende klap volgt. Het glas in de ramen rinkelt. Ik glip naar binnen, sluit de luiken en deuren en schuif de gordijnen dicht.

Een bliksemschicht verlicht de kamer en een donderklap laat het hotel op haar grondvesten schudden. De stroom valt uit. Een kind huilt, een vrouw gilt en ik duik onder de dekens. Bliksem en donder volgen elkaar in rap tempo op en, op het natuurgeweld na, is het angstvallig stil. Het licht floept weer aan en sirenes beginnen te loeien. Mijn hart bonst tegen mijn ribben, zweet gutst langs mijn rug en ik tril over mijn hele lichaam. ‘Zo gewelddadig kan de natuur dus zijn,’ spookt het door mijn hoofd. Heel even flitsen beelden van de tsunami door mijn hoofd. Moeten we vluchten? Moeten we blijven? Ik stoot mijn echtgenoot aan; hij slaapt door alles heen. Plotseling verstomt het natuurgeweld en ik val in slaap.

Het is ochtend. Alsof er niets is gebeurd, gluurt de zon door de kieren van de luiken. Ik stap uit bed, kleed me aan en slenter naar buiten om polshoogte te nemen.Tafels drijven als grote kwallen in het zwembad. Stoelen zijn in een hoek gesmeten. Straatjes rond het hotel zijn veranderd in kolkende riviertjes die een weg zoeken naar zee. Auto’s zijn vervormd tot moddersculpturen en touringcars lijken op losgeslagen woonarken. Langzaam ontwaakt het Spaanse dorpje uit de nachtmerrie. Verkopers staren verbijsterd naar hun ondergelopen winkeltjes en laten waterwerende muurtjes metselen. Toeristen leggen de beelden vast op hun digitale camera. Een vrouw klaagt dat er geen markt is en een jongetje zeurt dat hij wil zwemmen. Handdoeken worden uitgespreid. Ligbedden worden uitgeklapt en verhuurd. Golven spugen de buit van de nacht terug op het strand en kinderen bouwen hutten van aangespoelde takken. De angst is overgewaaid. We hebben het overleefd.
Wij wel…

Categorieën: VC-Li

Li

Liever gek dan 'grijs'. (O)mama Li doet maar wat. Schrijft voor een scholengroep, een ouderenblad en voor schrijfgroep Undercover. Is na 10 jaar weggereorganiseerd bij het Alphens Nieuwsblad. Werkte 30 uur per week als bovenschoolse coördinator TSO bij SCOPE Scholengroep. Sindskort gepensioneerd.

10 reacties

champagne · 1 december 2005 op 00:20

Li, ik beleefde de storm, al lezende met je…
Wat een natuurgeweld! Mooie column…

Trukie · 1 december 2005 op 02:09

Op dit wakkere moment leef ik een complete nachtmerrie mee.
Dank u.
Prachtige column Li

Mup · 1 december 2005 op 02:27

Kippenvel Li, en daar was ik aan toe,

Groet Mup.

Ma3anne · 1 december 2005 op 08:25

Ik kwam pas echt in het verhaal toen de storm was geluwd en we samen de schade overzagen.
Het eerste deel van het verhaal ‘pakte’ me niet. Kweetookniet waarom precies.

Dees · 1 december 2005 op 08:28

Mooie column! Dat natuurgeweld kan er op beelden zo indrukwekkend uitzien dat het bijna geweldig lijkt om een keer mee te maken, maar ik denk dat je dat meteen kwijt bent als er écht gevaar dreigt.

pepe · 1 december 2005 op 11:45

Een mooie Li-column die van de mindere gebeurtenissen, toch weer iets speciaals weet te maken.

Ik ben blij jullie het hebben overleefd, want anders hadden wij deze woorden niet kunnen lezen. Ik besef wel hoe rijk ik ben, met elke dag die ik kado krijg.

KingArthur · 1 december 2005 op 12:05

Natuurgeweld is goed om te beseffen hoe nietig we eigenlijk zijn. Wanneer je dit in werkelijkheid meemaakt kan dat inderdaad ook zeer beangstigend zijn.

WritersBlocq · 1 december 2005 op 18:31

Natuurlijk geweldig, deze column. Prachtig Li, hoe je alles zo beeldend hebt geschreven. Je sleepte me helemaal mee, echt heel knap. Groetje, Pauline.

Kees Schilder · 2 december 2005 op 07:05

Beeldend beschreven.Alsof je zelf inzit

wendy77 · 2 december 2005 op 09:25

[quote]De storm beukt tegen de gesloten luiken van de hotelkamer. De glazen schuifdeuren rammelen in de sponningen en het dichtgeschoven gordijn bolt op alsof er iemand achter verscholen zit.[/quote]

Geweldig hoe je dat beschrijft!

Geef een reactie

Avatar plaatshouder