Het is alweer bijna tijd voor mijn middagdutje.
Ik knap dagelijks zo’n uiltje, vooral nu de tour in het land is. Het is zalig wegdommelen op het nietszeggende gebabbel van de heren die dit evenement op tv verslaan. Zinloze weetjes, oudbakken ervaringen van ’toen we zelf nog op de fiets zaten’, het  spierballen jargon van de wielerwereld, beelden van de Eglise St. Zus en muzo, de beklimming van de Mon Chou, de monotone grafstem van Michael Boogerd. Probleemloos dommel ik weg in de leegte van juli. Een maand van niks trouwens, barstensvol verwachtingen van zomerzon, geluk, liefde en vrijheid. Niet zelden pootje gehaakt door filestress, relationele hobbels, broeierigheid of herfstdepressies. Iedereen mag van mij hoor, streekmarktjes, braderietjes, brocantes, slenteren langs kraampjes met dezelfde rommel als thuis. Samen met nog honderd andere korte afritsbroeken van Wehkamp, t shirts met geinige opdruk. uitpuilende wielerbroekjes en Crocs in foute kleuren.
Eruit zijn,iets anders zien, er weer tegen kunnen, geloven in het misverstand dat ‘op vakantie’ heet en waarvan de heilzame werking al op de eerste werkdag vervlogen is. Inmiddels leer ik dat de legendarische Antoine Paturain in 1927 met drie reservefietsen op zijn schouders de Côte D’or beklom en na de afdaling met een voorsprong van anderhalve dag op een terrasje in de vallei twee borden warme pens naar binnen werkte voor hij met de dochter van de waard achterop zijn bagagedrager de finishlijn passeerde.

Tijd om naar de wolken te staren, of het dansen van de bomen, de druppels die elkaar op de ramen achterna zitten, weg deinen op de golven van onbetekende gedachten. Of tijd om zomaar wat voor je uit te schrijven, zoals nu. En dan liefst in een bekende omgeving. De thuisblijver heeft gelijk, denk ik, op de bank met een boek op mijn buik met ogen die langzaam maar onweerstaanbaar luiken en een geest die op reis gaat naar het raadselachtige en opwindende dromenland.
Niet dat je daar iets van meeneemt, de beelden verdampen net zo snel als dat je er achteraan holt, maar je hoeft er tenminste geen dagen voor in een afgeladen middenklasser te zzzzzzzz……


8 reacties

Libelle · 22 juli 2012 op 09:03

Een ogenschijnlijk simpel stukje voor de vuist weg.
Aan mijn hoela! Knap hoor.

Mup · 22 juli 2012 op 14:18

😆 :wave:

Groet Mup

Ferrara · 22 juli 2012 op 14:40

Ah, monsieur T. c’est une histoire formidable
Chapeau.

LouisP · 23 juli 2012 op 08:40

Inmiddels leer ik dat de legendarische Antoine Paturain in 1927 met drie reservefietsen op zijn schouders de Côte D’or beklom en na de afdaling met een voorsprong van anderhalve dag op een terrasje in de vallei twee borden warme pens naar binnen werkte voor hij met de dochter van de waard achterop zijn bagagedrager de finishlijn passeerde.

super super!

Harrie · 23 juli 2012 op 11:53

Heerlijke column. Joy de vivre. :wave:

Mien · 23 juli 2012 op 15:18

Belle histoire.

[quote]Probleemloos dommel ik weg in de leegte van juli.[/quote]

Veelzeggend.

[b][u][url=http://www.youtube.com/watch?v=u2UhQAhLc2Y]Mien Fugain[/url][/u][/b]

embee · 23 juli 2012 op 22:05

Jij wint de etappe.

Au revoir,

Embee

sylvia1 · 24 juli 2012 op 09:40

Wat een heerlijke ode aan de luiheid… De zomerperiode geeft je veel inspiratie lees ik, goeie columns!

Geef een reactie

Avatar plaatshouder