Een tijdje geleden speelden we met onze band tijdens een heropening van een verzekeringskantoor. Dergelijke recepties kun je als chique kwalificeren, dus wij blijven daarbij niet achter en zien er zelf ook op en top uit. Zodra de gasten arriveren, black-tie, geven we bescheiden op de achtergrond met ons jazzcombo cachet aan het samenzijn. Dit soort feesten kenmerkt zich door toespraken en cadeaus en dat betekent voor ons vaak even pauze. In zo’n zogenaamde ‘pauze’ stonden wij gedrieën op een rijtje tegen de achterwand en hoorden maar half wat er in de toespraak werd gezegd. Die woorden zijn tenslotte niet voor ons bestemd. Plotseling valt mijn oog op de zoom van een vormeloze rok van de dame die voor mij stond. Ik zag tot mijn verbazing dat het een zelfgemaakte rok was met rondom een brede strook klittenband. Verder niets, alleen maar klittenband. Ik keek besmuikt naar onze zangeres die naast mij stond en schoot enorm in de lach.

Het was echter niet de juiste plaats en het juiste feest om te gaan lachen dus ik hield spaans benauwd mijn adem in. Ook mijn collega schoot in de lach, want zo gaat dat nou eenmaal. Als je niet mag lachen en het komt toch over je, berg je dan maar, en zo stonden wij ingehouden te snikken en te stikken. Ik wist toen nog niet eens dat zij niet wist waarom ik was begonnen.

Telkens wanneer ik opkeek naar haar, keek ik in de boze blik van mijn echtgenoot in smoking, die mij met zijn ogen probeerde tot stilte en ‘correct gedrag’ te manen, waardoor ik het helemáál niet meer had. Daar ging het ook mis, want precies op het moment dat er gedurende een fractie van een seconde niets werd gezegd, klonk er een enorme scheet. De ingehouden lach die alle spieren in mijn lijf strak deed trekken, maakte dat mijn darmen nog maar één uitweg zagen. Ik wilde ter plekke in de grond zakken. Naast mij hoorde ik een soort ‘huilend gegrinnik’ en ik zag in mijn ooghoek een hoofd zo rood als een tomaat. Zo zag ik er zelf op dat moment blijkbaar ook uit, dus we hielden elkaars onbedaarlijke lachstuipen in stand. Ik keek links en rechts om mij heen naar de Armani-pakken en smokings die het overduidelijk gehoord hadden, maar ze vertrokken geen spier. De etiquette dwong iedereen tot het negeren van deze twee ‘onaangepaste veulens’.

Eén heerschap keek ons aan met ondeugende, glinsterende ogen. Ik kreeg het daardoor nog benauwder want de grens der onomkeerbaarheid van onze lachbui was reeds ver overschreden. Opnieuw keek ik in de boze ogen van mijn eega maar het mocht niet meer baten; het kwaad was al geschied want een tweede gasbel ontsnapte me en het knorrende geluid kwam in ‘zestienden’, gelijk de maat van de luchtstootjes die ik uitperste in mijn oneindige pogingen die lachbui te bezweren.

Mijn eega had het gehad! Hij liep woedend de feestzaal uit en liet ons tweetjes beschaamd achter. Niet wetende dat hij daarmee mijn reddende engel werd. Toen ik even later plaats nam in het combo achter mijn contrabas zei onze drummer die ruim vijf meter bij ons vandaan in het publiek gestaan had: “Je man was nog laat open!”

Categorieën: Gein & Ongein

6 reacties

Bakema_NL · 14 april 2004 op 11:03

Hahahaha, lollig. 😛

Dat soort lachbuien zijn gewoon te erg, dat houd je niet tegen………..en die scheten ook niet. Scheten blijven leuk, hoe oud je ook bent. 😀

deZwarteRidder · 14 april 2004 op 16:56

Zit een luchie aan deze column!!

Li · 14 april 2004 op 22:22

Lachen om een scheet dus! 😛

viking · 15 april 2004 op 08:58

😀 😀 😀

Eindelijk een vrouw die niet ontkent…

Mosje · 15 april 2004 op 13:46

Windbrekend, deze column 🙂

Ma3anne · 15 april 2004 op 20:21

Zoiets zie ik onmiddellijk helemaal voor me en ik kan me er helemaal in verplaatsen! Niet in de laatste plaats door jouw beeldende schrijfstijl. Wat een ellende en wat een lol! Had mij absoluut ook kunnen overkomen. Blij dat ik niet in een band speel… whaaaahahaha. :laugh:

Geef een reactie

Avatar plaatshouder