Als ik na een lange vermoeiende rit eindelijk het erf oprijd is zoon nog gewoon aan het werk. Mijn berichtje, ‘ik ben er’, heeft echter meteen effect. Een deur zwaait open en een lange man met een baard stapt naar buiten. Gehuld in een kobaltblauwe overal en in het gezelschap van een herdershond stapt hij op mijn auto af. Het duurt enkele seconden, maar dan zie dat het mijn oudste zoon is. De baard, de kleur van de overal en de herdershond hebben mij op een dwaalspoor gezet.

‘Kon je het makkelijk vinden?’ vraagt hij.

Als ik hem vertel dat ik twee keer het verkeerde erf ben opgereden en met moeite het laatste weggetje heb gevonden moet hij lachen. ‘Toen ik hier drie maanden geleden aankwam, had ik hetzelfde probleem’, zegt hij.

Terwijl ik mijn beenspieren voorzichtig strek en aanstalten maak om mijn kuiten te masseren loopt hij met grote passen richting de koeienstal.

‘Kom, dan laat ik je het bedrijf even zien’.

Stram loop ik achter mijn zoon aan die mij plotseling heel groot, breed en sterk voorkomt. In mijn herinnering ben ik de grootste en de sterkste en druk ik hem tijdens een stoeipartij moeiteloos tegen de grond. Nu ik achter hem loop ben ik daar niet meer zo zeker van. Ik voel me klein en bedenk mezelf dat ik mijn uiterste best moet doen om tijdens een volgende stoeipartij niet als eerste de grond te raken.

Het is een prachtig Zweeds boerenbedrijf. De koeien, de kalveren, het land, het voer, de opslag en de machines, alles ziet er goed uit. Zoon is enthousiast, praat honderduit en maakt zoveel weidse gebaren dat hij af en toe los komt van de grond.

Na de rondleiding en een korte kennismaking met de eigenaar neemt hij me mee naar zijn caravan. Een opgeruimd onderkomen inclusief een klein slaapvertrek en een kook-unit.

‘Lukt dat?’, vraag ik hem, ‘zelf koken?’

‘Ja hoor’, knikt hij, ‘geen probleem’.

‘En de sociale contacten?’ vraag ik met een onvaste stem.

‘Ik kan goed Engels, en het onderwijs in Zweden is uitstekend, dus communiceren gaat bijna vanzelf’, zegt hij met een grote grijns op zijn gezicht.

Een tikkeltje afwezig pak ik een tuinstoel en zet deze voor de caravan onder een fruitboompje. Mijn oudste zoon van 22 jaar, wat ken ik hem goed. Zijn manier van bewegen, zijn gedachtes en ideeën. Het is zo vertrouwd, eigen en tegelijkertijd ook vreemd en anders.

Ik staar naar de vruchten die in het boompje vorm beginnen te krijgen en realiseer me dat hij volwassen is geworden. Drie maanden in een vreemd land zijn daarvoor blijkbaar voldoende. Hij is geen jongen meer, maar een man met grote plannen en prachtige toekomstdromen.

Dat mijn aandeel in zijn toekomst waarschijnlijk veel minder groot zal zijn dan ik me had voorgesteld vind ik moeilijk. Toch gun ik opwellende tranen geen kans en ik weiger pertinent om ook maar iets van mijn verdriet te laten merken.

De stralende ogen van mijn oudste zoon vertellen namelijk dat hij behalve volwassen ook heel gelukkig is en daar gaat het tenslotte om.


J.oost

'Een beetje van mezelf en een beetje van maggi'

16 reacties

Mien · 19 september 2016 op 17:04

Mooie column over uitvliegen.

    J.oost · 21 september 2016 op 19:27

    Echt uitvliegen bleek toch een stap te ver. Inmiddels is hij weer thuis om zijn opleiding af te maken. Vol plannen, dat wel. 🙂

Esther Suzanna · 19 september 2016 op 21:06

Prachtig! Mooi geschreven.

Yfs · 19 september 2016 op 21:11

Het fruitboompje is eigenlijk wel een mooie metafoor voor het volwassen worden van je zoon!

De kunst van het loslaten, ga er maar aan staan!

Mooi geschreven!

    J.oost · 21 september 2016 op 19:29

    Loslaten, dat is best moeilijk. Maar er komt een moment dat je merkt dat ze zo zelfstandig zijn dat ze je eigenlijk niet meer nodig hebben.

Snarf · 19 september 2016 op 21:18

Wat een gevoelige column over een vader zoon relatie. Hartverwarmend verwoord!

NicoleS · 19 september 2016 op 21:29

Mooi geschreven. En zo te horen is je zoon goed terecht gekomen.?

    J.oost · 21 september 2016 op 19:33

    Houd bij mijn schrijfsels altijd de tekst; ‘Een beetje van mezelf en een beetje van Maggi’, in gedachten. Deze column bevat echter een sterk autobiografische ervaring. Afgelopen zomer was ik in Zweden. Emigreren is echter een hele grote stap en een afgeronde opleiding is tegenwoordig heel belangrijk.

Bruun · 20 september 2016 op 10:29

Heel mooi verwoord J.oost!

Arta · 20 september 2016 op 14:50

Je schrijft steeds beter, Joost!

Mooi stuk!

    J.oost · 21 september 2016 op 19:35

    Bijna klaar met mijn opleiding aan de schrijversacademie 🙂

StreekSteek · 22 september 2016 op 15:04

Ik dacht eerst dat zich dit op het scheidsvlak van “Ik Vertrek” en “Het Familiediner” bevond, maar daarvoor is het te broos, omzichtig en liefdevol. Knap dat gevoel neergezet.

J.oost · 26 september 2016 op 21:14

Bedankt StreekSteek, dan heb ik de juiste toon gevonden.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder