Meer dan 15 jaar deed ik mijn boodschappen bij Appie Happie. Niet de goedkoopste maar wel goede produkten. Ook de vleeswaren. Vaak nog met een echte slager, daar leek hij tenminste in mijn ogen op. Zo’n man met dikke rode vingers als gevolg van het worsten-maken, koud vlees en te heet water, die meestal nog aardige dingen wist te vertellen over wat je zoal met een bepaald stuk vlees zou kunnen doen. Qua bereiding dan. Sinds ik in de regio Weert woon kom ik iets minder vaak bij AH. Daardoor valt je ook meer op. Je komt in de winkel en je ziet ‘hé, de slager is er niet meer’. Er is nog wel iets dat op een slagerij lijkt maar de altijd lachende man met zijn kale rode kop is er niet meer en het personeel dat er werkt kan je nog wel met het vingertje aanwijzen wat een rookworst is en een biefstuk of gehakt maar stel vooral geen vragen.
Er ligt een door speciale lampen belicht stukje vlees in de vitrine met een exotisch aandoende naam bij het land van herkomst. De schijn dat dit lapje ooit rondliep op glooiende en malse graslanden is gewekt. “Kan ik dat vlees als een biefstuk bakken?” is mijn vraag. Ik heb het meeste rundvlees nu eenmaal graag heet en bloederig. Hoog vuur, veel olie en/of boter en dichtschroeien die hap. “Dat weet ik toch niet!” antwoord het beugelbekje. “Je zult het wel kunnen bakken ja…” Het afgestudeerde voedseltechnologische misbaksel kijkt me onderwijl zo schaapachtig aan dat ik overweeg haar op de plaats als een offerlam de keel door te snijden. Maar ik heb geen mes. En in de ‘slagerij’ van AH hebben ze tegenwoordig ook geen messen meer. Niet nodig. Daarom wil ik dat die speciale verlichting in de vitrine nu kapot gaat. Voor wie het niet weet, deze lampen geven het vlees een smaakvolle rode kleur. Wanneer zo’n lamp kapot gaat wordt het vlees alleen nog belicht door de gewone TL lampen en verandert de kleur. Dan verdwijnt het beeld van een mooi en fors rund op de groene weilanden en verandert de exotische naam van het land van herkomst op het kaartje spontaan in ‘Tsjernobiel’. Laat die lamp nu ajb stuk gaan, stel ik een domme vraag, kijken hoe dit culinaire wonderteefje zich hier uitlult. Maar natuurlijk gaat die kutlamp niet kapot. En ik heb geen zin nog naar de slager te rijden dus ik koop, tegen beter weten in, toch die Tsjernoburger.
Thuis, later diezelfde dag. De tagliatelle is bijna gaar, de boontjes alla Romana gaan even op de warmhoudplaat, de champignons zijn voorgebakken en de room staat klaar. De olie is heet en het vlees gaat in de pan. Na enkele seconden zie ik het vlees in volume halveren en staat mijn pan vol vocht. Water. Het vlees blijkt een soort watermeloen te zijn. Het water zit vol met specerijen. Het vlees heeft van zichzelf namelijk ook geen smaak. Tenminste geen vleessmaak. Bij Albert Heijn denken ze dus mij een stuk vlees te kunnen verkopen dat helemaal geen vlees is maar een of andere genetisch verkrachte homp spierweefsel dat bij elkaar gehouden wordt door enzymen en water. Nou niet dus. Ik ga godverdomme een klacht indien via die klote website van ze. En bij de consumentenbond. En bij Radar. En bij Kassa. Ik word godverdomme pislink als het eten niet goed is. Liefde gaat bij de man door de maag. Ik heb godverdomme veel liefde nodig.
Na het eten surf ik naar AHpuntanaal. Klantenservice. Ik zoek het hoofdstuk klachten. Dat staat er niet op. Wel een foto van een meisje. Met een headsetje. En ze lacht. Hoe kan dat nu. Iemand die naar AH belt doet dit toch niet om te zeggen dattie lekker gegeten heeft? Jij wel soms? Je belt alleen als je iets te zeiken hebt. En dat meisje zit daar de hele dag gezeik aan te horen. Dan heb je als Telemiep toch niets meer te lachen. “Albertheijnklantenservicegoedemiddagwatkannikvoorudooeeeen?” “Ja luister eens Moppie, ik heb zojuist zo’n kutlap bij jullie gekocht maar hij is niet te vreten…” “Wat issermis met onze kutlappen meneer?” “Daweetiknie, er komt allemaal vocht uit en ze zijn taai…” “Nou meneer, onze kutlapjes zijn altijd heel sappig en mals, dan heeft u vast iets niet goed gedaan en…” En dan wordt meneer boos. Heeeeel boos. “Wie denk jij godverdomme wel dat je bent jij godvervloekte klepgeit, ga jij mij hier een beetje zitten beschuldigen en beledigen dat ik geen kutlap kan klaarmaken? Ik dien godverdomme een klacht tegen je in. Ik wil nu je baas spreken…”
Maar op de foto lacht het meisje van de klantenservice. Daar is ze voor gemanipuleerd. Net als het vlees in de slagerij. Het lacht je toe maar daar is dan ook alles mee gezegd. Je kunt er verder niets mee.
4 reacties
Kees Schilder · 27 augustus 2003 op 12:08
Dear Viking,
Hoe vaak moet ik nog zeggen dat je geen aas moet eten.Dat is niet gezond,man.Weet je dat vlees al gaat rotten voordat het je slokdarm passeert?
Dan kun je zelf invullen wat er gebeurt als het na een lang verteringsproces je endeldarm bereikt.
Maar buiten dat,in vlees zit zoveel hormonen en andere rotzooi dat je als man zijnde moet oppassen geen borsten te krijgen.Tenzij je het leuk vindt om met jezelf te spelen natuurlijk. 😀
speedy · 27 augustus 2003 op 13:52
[quote]de altijd lachende man met zijn kale rode kop is er niet meer [/quote]
Weet je meteen waarom die altijd stond te lachen.
Hij wist namelijk wat hij allemaal in dat vlees deed om het naar vlees te laten ruiken.
De (gehakt)ballen
Speedy
Li · 27 augustus 2003 op 16:07
De slager van onze plaatselijke grootgrutter is onlangs gearresteerd. Hij had gerommeld met paardenvlees; er waren houtsplinters in diverse vleesprodukten aangetroffen. Bleek hij een hobbelpaard geslacht te hebben 😛
viking · 29 augustus 2003 op 11:37
Yow Kees,
Ik ben nochthans elke morgen weer fier op het produkt dat mijn endeldarm verlaat. Machtig zoals ik kan kleien, je zou het moeten zien. Tja en met mezelf spelen heb ik altijd fijn gevonden maar borsten? Nee, die hoef ik niet. Mijn duifje heeft plenty borsten (in aantal gewoon twee)…
Mwoah, vlees met hout… dat spaart wel tandenstokers. 😛