Wilderskapsel

Met op de achtergrond het nieuws op de radio, ben ik op de cursus Saoudi-Arabisch kleien voor beginners druk doende met het, uit klei, creëren van een Boliviaanse dwergpoedel terwijl ik luister naar het gebrabbel van de dames om mij heen.
Weinig mannen op de cursus. Alleen ik. Het gebrabbel loopt in onderwerpen uiteen van, “heb jij ook wel eens jeuk bij vaginale afscheiding tot “vinden jullie het ook zo erg voor de man van Jantien –die vandaag niet kon kleien wegens omstandigheden-dat Jantien vreemd gaat met de man van Kobie-die vandaag ook al niet kon kleien wegens constipatieklachten.
Veel gegniffel en onderdrukte, van jaloezie doordrenkte,opmerkingen.

Om ook maar eens wat te zeggen vraag ik de dames of zij het eens zijn met mijn stelling: “Om nog enigszins serieus genomen te worden moeten Libellelezeressen voortaan de helft uit de Libelle scheuren.”
De stelling komt aan! Of ik uit stand drie roedels vossen in een kippenhok smijt waarna ik de hokdeur weer dichtgooi. Gekakel alom! Crimineel Jantien en de onfortuinlijke Kobie zijn op slag oud nieuws. De latente vaginale afscheidingen zijn op slag getransformeerd tot tsunami’s van aanstormende en niet gewenste afscheidingsgolven.
De dames eisen op hoge poten excuses. Of ik niet weet dat iedereen hier Libelle leest!!!
En wat denk je wel om zomaar even de hele kleiclub te kakken te zitten, wat doe jij eigenlijk hier. Ga voetballen kijken,lul!

Een van de dames, Gerda, die in opdracht van B.V. Jehova wekelijks de deuren langsgaat om God te verkopen en mij vanaf het begin van de cursus al negeert omdat ik het eens bestond haar te vragen of ik in aanmerking kwam voor een gratis digitale camera bij aankoop van een God, vraagt om stilte.
‘Dames, laten wij Kees vergeven en voor hem bidden. En Kees; de Here zegt: ‘Gij zult den naam des HEEREN uws Gods niet ijdellijk gebruiken, want de HEERE zal niet onschuldig houden, die Zijn naam ijdellijk gebruikt”
Alle dames vallen stil. Ik kijk naar de Boliviaanse dwergpoedel die zij uit klei geboetseerd heeft.
‘Ja,’ zeg ik. ’Zo ken ik er ook nog een: “Gij zult u geen gesneden beeld, noch enige gelijkenis maken, van hetgeen boven in den hemel is, noch van hetgeen onder op de aarde is, noch van hetgeen in de wateren onder de aarde is.” Verwoord ik het zo een beetje goed?’

Gerda hapt naar adem en begint te hikken.
‘Wat vinden jullie trouwens van mijn volgende stelling,’ ga ik ontspannen door terwijl mijn dwergpoedel de vorm begint aan te nemen van een platvis met eczeem:
“De Christenen moeten minstens de helft uit de bijbel scheuren als ze in Nederland willen blijven.”
Het geschreeuw om excuses is oorverdovend. Even later lig ik op straat. Mijn dure Wilderskapsel is helemaal naar de haaien.Kost mij ook nog een kappersbezoek van twee uur om dat weer te fatsoeneren. Alleen het indrogen van de waterstofperoxide kost al een halve dag..
Volgende week neem ik een lijfwacht mee. Of misschien toch maar twee. Je kunt Goddomme niets meer zeggen in deze kleipolder…