Ze woont alleen. Nog steeds! En dat kan niet langer. Met lood in mijn schoenen ga ik naar haar toe om haar op te halen voor het dagverblijf. Een dagverblijf waar ze met andere lotgenoten kan omgaan; een babbeltje maken, kopje koffie drinken; dat soort dingen.
We hebben lang moeten praten om haar zover te krijgen dat ze het in ieder geval probeert.
Als ik haar kom halen staat ze al klaar. Mooie jurk aan, haar netjes geknipt, dappere lach om haar lippen. Met grote vragende ogen, waarin vertrouwen in mij overheerst, kijkt ze me aan. ‘Moet dit nu echt?’, vraagt ze. ‘Ik vergeet alleen wat dingetjes, dat is toch niet zo erg? Ik blijf liever thuis, met jou kan ik toch ook koffie drinken?’
‘Je zult zien dat je het leuk vindt’, antwoord ik, mijn gal wegslikkend.
Even later betreden we het dagverblijf waar we kennis maken met de leiding en de andere gasten. Wij zijn de laatsten die binnenkomen. De anderen zitten al rond een grote tafel te eten.
Dat wil zeggen: ze worden gevoederd. Die andere gasten hebben weinig te zeggen.. Sommigen kijken met ogen waar al het leven uit is verdwenen, voor zich uit. Anderen fluisteren in zichzelf of maken kreunende geluidjes waar de pijn van het leven in doordrenkt is.
‘Moet ik hier tussen zitten?’ vraagt ze. Ze kijkt angstig, verward, maar nog steeds vol vertrouwen in mij.
‘Probeer het nou’, moedig ik haar aan. De leiding begeleidt haar naar de tafel en geeft haar een kop koffie.Daarna wordt mij gevraagd het zaaltje te verlaten. Na haar eerst een zoen te hebben gegeven en nog een keer bemoedigend op haar in te hebben gepraat, loop ik de deur uit die achter mij op slot wordt gedaan. Het slot is een cijferslot met zo’n ingewikkelde combinatie.De klik die ik hoor, als het slot in werking treedt, klinkt definitief. Alsof er geen weg terug is. Je ziet zo’n slot wel eens in films over langgestraften..
Naar buiten lopend adem ik diep de frisse lucht in terwijl ik iets voel prikken achter mijn ogen. Allerlei emoties strijden om de voorrang. Het gevoel dat ik een verrader ben,bijvoorbeeld.
Maar ook schuldgevoel! Het overvalt me als een zandstorm in de woestijn. Heb ik er goed aan gedaan haar daar achter te laten?
Om halfvier haal ik haar weer op. Ze strompelt overstuur naar me toe, helemaal verward , met tranen die blijven stromen en door haar intense verdriet naar buiten worden gestuwd.
‘Ik wil niet meer!’, kreunt ze radeloos .In machteloze frustratie schudt ze haar hoofd.’Ik mocht niet eens naar de W.C en die andere mensen zijn allemaal gek’
Ik wieg haar in mijn armen en beloof haar telkens weer dat ze niet meer hoeft. Dat we wel iets anders bedenken. Met betraande ogen kijkt ze mij aan. In haar ogen een tikje minder vertrouwen.Of is het iets meer dan een tikje? Wanhopig probeer ik het tikje te negeren en blijf haar troosten ,vast van plan om alle psychologische indicaties aan mijn laars te lappen.
Ik probeer niet te denken aan het raam waar ze thuis uit klimt. Of de paniek als ze de deur niet van het slot krijgt.Of als ze langer dan een uur alleen is.
Mijn moeder. 81 jaar. Ze vergeet wel eens dingetjes…..
6 reacties
Martijn · 1 september 2003 op 08:05
Mooi, heel mooi Kees.
Li · 2 september 2003 op 15:58
Hulde! Het is inderdaad een heel mooi geschreven column. Doet me -qua stijl- denken aan het aandoenlijke boek ‘Annie’ van Kees van Kooten.
Kees Schilder · 3 september 2003 op 15:58
Bedankt voor het compliment.
groet
R@@F · 5 september 2003 op 09:53
Kees, TOP
R@@F
sylvia1 · 22 september 2010 op 06:47
Wat mooi! Weer zo’n stuk uit de oude doos waarvan ik blij ben dat het herplaatst is, na 7 jaar.
Mien · 22 september 2010 op 12:23
Het blijft een prachtige column.
Menserend en -onterend.
Nogmaals chapeau Kees.
Mien