Kogels schieten door de lucht. Waar ben ik nu weer aanbeland? Ik zijg door mijn knieën en hou de deurknop van mijn rode telefooncel angstvallig vast. Gelukkig is mijn telefooncel onlangs gereviseerd en voorzien van dubbelglas. Teruggeworpen in de tijd komt dit nu extra goed van pas. Het lijkt wel oorlog. Vreemde vogels vliegen links en rechts tegen het glas. Sommigen hebben spleetogen en dragen grijze uniformen. Vanuit mijn ooghoek zie ik een oude dikke man glimlachend voorbij lopen. Hij lijkt verrekte veel op een beroemde filmregisseur. Hij ziet mijn angst en rolt heel langzaam zijn dikke tong tegen me uit. Tegelijkertijd klinkt een oorverdovend lawaai op boven mijn telefooncel. Ik duik nog meer ineen. Ik voel dat er iets landt op het dak. Buiten waait het zand op en omhult alle vreemde vogels in een stoffige waas. De dikke man verslikt zich in zijn uitgestoken tong. Als een kameleon neemt zijn gezicht in een mum van tijd de kleuren rood, blauw en groen aan. Hoestend en proestend loopt de dikke man verder.

Het tjoppende geluid boven mijn telefooncel is stilgevallen. Ik hoor nu het geluid van een openklappende deur. Vanuit kikvorsperspectief zie ik van bovenaf twee grote zwarte legerlaarzen langzaam langs het glas omlaag glijden. In twee banen vegen zij het vensterglas schoon en ploffen naast de telefooncel met een zachte dof op de grond. In de laarzen verschijnt plots een ongeschoren man met een groen vaal T-shirt en een witte doktersjas. Hij draagt een groen mondkapje op zijn voorhoofd. Met priemende ogen kijkt hij mij aan. Zijn linkerhand omvat een champagneglas dat hij langzaam naar zijn mond brengt. Met een tevreden glimlach zipt hij aan het glas. Gestommel op het dak. Een tweede paar laarzen schijft naar beneden, gevolgd door een overall met uitpuilende boezem. Het glas van de telefooncel is in één klap compleet schoongeveegd. Voor mij staat een vrouwelijke dokter naar mijn hart. Zij is begiftigd met rood gestifte lippen, groene ogen en blonde lange lokken. Ze kijkt me streng aan. En ik, ik bibber.

Maar niet voor lang. Achter de twee overalls landt een grote helikopter. In de cabine zie ik een aantal blote mannen zitten met veren op hun kop. Zodra ze uitstappen slaan ze hun handen klapperend voor hun mond en maken kirrende geluidjes. Oeee, ahhh, ooeeeahh. Het is bijna aandoenlijk. Ze maken huppelpasjes op hun blote voeten. Het lijkt wel een paringsdans in een misplaatst decor. De dikke oude man keert nog even terug in het verhaal en rolt zijn tong extra lang uit. Dat valt slecht bij één van de indianen. In een mum van tijd spant de indiaan een boog die hij snel van zijn rug tovert en schiet een pijl dwars door de tong van de dikke oude man. Van schrik valt deze dood neer.

Huilend vallen alle indianen met geheven armen op de grond. Ik snap helemaal niets van deze vreemde Apocalyps die aan mij verschijnt. Ik kan hem eenvoudigweg niet duiden. De blonde vrouw tikt nu op mijn raam. Ze wijst met gestrekte duim over haar schouder naar de champagneslurper achter haar. Zij fronst haar blonde wenkbrauwen en kijkt me vragend aan. Ik heb alleen maar aandacht voor haar tuitende lippen. Die lijken hulp te roepen. Maar ik, ik weet wel beter. Ik geloof niet in indianenverhalen. Achter haar neemt de spanningsboog van de champagneslurper angstvallige vormen aan. Daar is geen enkele vrouw tegen bestand. Zelfs gewapend glas biedt dan geen soelaas. Even later knallen mijn steamy windows uit elkaar. Dubbel gelaagd liggen de scherven aan mijn voeten.


Harrie

Tijdreiziger

7 reacties

maurick · 15 november 2011 op 19:07

Misschien minder gebruik maken van hallucinerende drugs?

Libelle · 15 november 2011 op 19:29

Dit verhaal is een extract voor duizend leuke columns.

Boukje · 15 november 2011 op 20:41

Het deed mij ook ditect denken aan een LSD tripje, maar dan toch een tamelijke badtrip…
Hoe kòm je erop? :wanted:
Oh nee, Harrie is van de paddestoeltjes… :stom:

Bhakje · 15 november 2011 op 22:44

Ik kan me vergissen, maar volgens mij hoorde ik op de achtergrond een liedje van Johnny Mandell en Mike Altman. Leuk zo’n zoekplaatje.

Was vermakelijk, maar ook verwarrend om te lezen. Inderdaad een beetje trippy. :duimop:

Mien · 16 november 2011 op 08:03

Harrie, what a mess? :hammer:
Bhakje, volgens mij heb je gelijk, ik hoorde de muziek en helicopters ook.
Wel leuk gevonden, indianen, helicopters, Apaches.
[quote]Dubbel gelaagd liggen de scherven aan mijn voeten[/quote]
Hierin vat je de column mooi samen.

Mien Hotlips

Helmar · 17 november 2011 op 09:04

Hippie? Paddo’s? (begrijp ik uit de commentaren)
Apache en helikopter snap ik. Andere verwijzingen ontgaan mij.
Hoorde ooit eens dat Riders on the Storm van de Doors ook over indianen schijnt te gaan.

Harrie · 17 november 2011 op 16:24

Mien en Bahkje zitten er dichtbij. Maar wie is nou die man die door de column loopt? Een digitale chocoladeletter voor wie het raadt. 😀

Geef een reactie

Avatar plaatshouder