J.P.

Er stopte een grote Amerikaan voor het huis van Willem. Het was zo’n bak waarmee je je niet met goed fatsoen op de weg kunt vertonen. Je wordt gelijk gearresteerd omdat je de eerste de beste milieu activist een acute hartstilstand bezorgd. A-sociaal groot, goed voor twee parkeerplaatsen. Een eerste klas benzineslurper. Het ding veerde lichtjes in z’n vering toen hij tot stilstand kwam.

Onderonsje

‘Zo komt er van dat hek ook niets terecht,’ mopperde Connie ‘Je hebt alles maar zo laten liggen.’
Ze was bezig achter haar computer foto’s te titelen.
‘Kan d’r niks aan doen,’ mompelde ik. ‘Hij trok die paal uit de grond en toen moest ik wel mee.’
‘Waarom vroeg je dat?’ zei ze. ‘En waarom begin je ook zo als hem te praten?’
Ik keek haar stomverwonderd aan.

Beetje plat

Ik wankelde dus met bibberende knieën naar de tafel waar Spicht zat. Alle vrouwen keken op. Ook Spicht. Ze was nog magerder dan ik al had gezien. Ze was plat. Ze had een hard gezicht. Ik boog me bij haar voorover. Ik rook bier, sigaretten, maar ook een typische vrouwenlucht. Zou ze parfum gebruiken?

Spicht

‘Wijjewat voormedoen?’ Willem stond bij het tuinhek en keek toe hoe ik probeerde de paal van het tuinhek los te graven.
‘Wil jij dan wat voor mij doen?’ hoorde ik mezelf tot m’n stomme verbazing zeggen.
‘Tuurlijk,’ zei Willem.
‘Trek die paal er even uit,’ vroeg ik nonchalant.
Hij deed een stap naar voren. Greep de paal met beide handen beet en zette kracht. De paal bewoog niet eens. Maar Willem liet niet los. Ik zag aderen zwellen, ik zag spierballen spannen. Ik zag zijn hoofd nog roder worden dan het al was.

Ben

Er liep een man in een blauwe overal bij de Moskwitsch. Hij zag er fatsoenlijk uit. Ik kon me niet voorstellen dat het een vriend van Willem was, die zagen er gewoonlijk anders uit.