Nobelprijs

Zojuist op een website, u weet wel, zo’n website van die irritante reclames op televisie, gelezen dat ik in 2061 dood zal gaan. Nu weet ik wel dat ik me niet op die datum moet vastpinnen, er zal immers vast een kleine foutmarge aanwezig zijn in de berekening, maar ik ga er toch maar vanuit dat ik voorlopig nog overeind sta. Tijd zat dus om wat andere topproducten van Jamba en consorten eens te bekijken.

De Piraat

Weer een illusie armer, een stukje jeugdnostalgie verbrijzeld. Bij een piraat dacht ik altijd aan zo’n stoer Jack Sparrow-achtig figuur, een Kapitein Haak met een zwaard in zijn hand en een ooglapje voor zijn oog. U weet wel, zo’n held met een gaaf schip met zwarte zeilen en als logo een heerlijk afschrikwekkende doodskop. Vroeger droomde ik net als velen weg, terwijl ik met mijn lego-piratenschip in de weer was. Dat beeld zal nooit meer hetzelfde zijn.

Dames en Heren…

Met een schok wordt hij wakker, “het zal toch weer niet…?”. Maar jawel, opnieuw door die verdomde wekkerradio heen geslapen. Datzelfde, naar zijn smaak slecht werkende ding, gaf nu al 9:36 aan. De hogere wiskunde schoot door zijn hoofd: “ik moest er om twaalf over tien zijn dus ik heb nog… vierenveertig, nee zelfs nog maar zesendertig minuten, shit shit shit!”.

Winterparadijs?

De rode lichtstralen van mijn wekker dringen mijn oogpupil binnen. Als ze vijf minuten later pas mijn hersenen binnendringen, kom ik tot de beslissing dat ik nog maar eens een kwartier ga genieten van de duisternis van de binnenkant van mijn oogleden. Een half uur later stap ik nog totaal slaapdronken mijn bed uit, zoekend naar het lichtknopje dat zich heel tactisch, en elke ochtend weer tot mijn ergernis, aan de andere kant van mijn kamer bevindt.

Lofzang op de Stadswacht

Daar lopen ze, mijn helden, in hun zwartblauwe uniform
Notitieboekje in de aanslag, een walkietalkie voor de vorm.
Stoer om zich heen kijkend, zoekend naar die ene crimineel
Hij die tussen het winkelende publiek fietst, grijpen ze bij zijn keel