Het is de laatste dag van januari. Daar zitten we. 1431 collega’s en ik. In de Brabanthallen. De directeur wil iets kwijt. De tekst op de officiële uitnodiging is luchtig van toon. Desondanks kijkt niemand blij. Wachtend op het begin van de toespraak, besef ik dat de Brabanthallen oorspronkelijk gebouwd zijn om de wekelijkse veemarkt plaats te laten vinden. Ik voel me raar. Het bedrijf, waar ik al jarenlang zingend naartoe fiets, heeft mij op dit ene moment gedegradeerd tot nummer, tot vee. Met honderden bijeengedreven, wachtend op… Waar wachten we eigenlijk op?

De directeur betreedt het podium.
“Goedemorgen allemaal. Per één april gaan we van honderdvijftig collega’s afscheid nemen.” De zaal verstomt. Een heel verhaal volgt. Braaf kijkt iedereen naar het podium. Slechts weinigen horen de woorden. [i]Honderdvijftig, honderdvijftig.[/i] Bij sommigen bonkt dit getal zo hard door hun hoofd, dat de echo bijna hoorbaar is.

Drie weken gaat het duren, drieentwintig dagen om precies te zijn, voordat bekend wordt wie er gaat vertrekken. De schifting gaat volgens wettelijk bepaalde procedures, dus deels willekeurig. De kracht van de suggestie maakt dat iedereen denkt ‘veilig’ te zijn. Toch stijgt de spanning en angst naarmate de datum nadert. Zelf ben ik er kalm onder. Er is een prima sociaal plan en ik heb me voorgenomen een eventueel ontslag niet als negatief te zien, maar het als nieuwe kans te benutten.

Op de ‘dag des oordeels’ hoef ik niet te werken. Het maakt niet uit. Elke werknemer ontvangt thuis een brief met de beslissing. Mijn postbode bezorgt pas laat in de middag, dus ik vertrek met de kinderen naar de meubelboulevard, die in dezelfde straat zit als het bedrijf. Om half tien ’s ochtends krijg ik een telefoontje. Mijn werk. Onze hele afdeling mag blijven. Met gemengde gevoelens neem ik de boodschap aan en besluit te gaan polsen wat er aan de hand is.

Lachende mensen, huilende mensen, gelatenheid, opluchting. De onrust vliegt mij al bij binnenkomst naar de keel. Ik hoor namen van slachtoffers, kan mijn oren niet geloven. Gewaardeerde collega’s die tien, twintig, tot zelfs drieendertig jaar in dienst zijn, worden met één telefoontje werkeloos. Hele afdelingen worden weggevaagd. Een vieze smaak borrelt op.

Ik werk nu ruim vijf jaar op deze plek en ben vanaf dag één trots geweest op het bedrijf. Mijn collega’s, de werkomstandigheden, begrip. Het is er altijd, allemaal. En nu, ook al zit ik niet bij de slachtoffers, is dat gevoel verdwenen. Ik ben boos. Voel me zelfs een beetje schuldig.

Vanochtend op de fiets werd ik overvallen door stilte.
Voor het eerst in vijf jaar heb ik geen behoefte om te zingen.

Categorieën: VC-Arta

Arta

Zijn. bewonderen, verwonderen, notuleren, opwaarderen; Het zijn zomaar wat steekwoorden, die voor mij onlosmakelijk zijn verbonden aan 'Schrijven'. *Overigens schrijf en reageer ik als arta natuurlijk op persoonlijke titel

19 reacties

Libelle · 1 maart 2012 op 08:52

Werkelijk prachtig geschetst beeld van een dramatische gebeurtenis, waarin elke vorm van plezier in werk wordt vernietigd en iedere werknemer wordt vernederd tot op het bot.

Mien · 1 maart 2012 op 08:58

Buiten de titel een treffende column!
Knap geschreven.

[quote]Er is een prima sociaal plan en ik heb me voorgenomen een eventueel ontslag niet als negatief te zien, maar het als nieuwe kans te benutten. [/quote]

Vertel het door, want dat is het enige dat uiteindelijk troost biedt.

Mien

Marja · 1 maart 2012 op 09:05

Erg goed geschreven, Arta. En zo herkenbaar.

SIMBA · 1 maart 2012 op 09:12

DE ellende die reorganisatie heet 🙁 En is het zeker dat het bij deze 150 blijft?
Dat je niet op de fiets zingt is misschien wel heel prettig voor de andere weggebruikers 😀 😉

Meralixe · 1 maart 2012 op 09:21

Van uit mijn (luie) positie begrijp ik na een veertig jaar bewogen loopbaan zeer goed waarover het gaat.Toen ik 16 jaar was stonden mensen te fluiten op hun werk zoals in dat liedje van hoe noemt die ook alweer (een Nederlandse cabaretier.:oeps: ) Daarna werden mensen nummers en was de pret er voor een groot deel af.
Ik ben al blij dat er tenminste nog vijf jaar gezongen is.

P.C. Goed geschreven!!! :hammer:

champagne · 1 maart 2012 op 10:28

Dat ogenschijnlijk uit het niets, zomaar ineens je carrière voorbij kan zijn bij het bedrijf waar je jarenlang gewerkt hebt! Je beschrijft het proces en de impact die het op jou heeft heel helder.

pally · 1 maart 2012 op 10:55

Heel treffend de spanning, de gevoelens en de sfeer van zo’n bijeenkomst beschreven, Arta! In een goed en prettig bedrijf blijken mensen uiteindelijk toch pionnnen te zijn. Misschien doet dat het meeste zeer. Dat de persoon niet telt, óók voor degenen die mogen blijven, zoals jij.

groet van pally

Dees · 1 maart 2012 op 12:07

Mooi geschreven, ook mooi die vergelijking met vee (voor de slachtbank). Heb het zelf nooit zo meegemaakt, maar kan me alles voorstellen bij je gevoel, waarmee blijven helemaal niet zo leuk meer is. Wrang.

trawant · 1 maart 2012 op 12:31

Krachtig en beeldend beschreven.Een ontluisterende ervaring.
Een inkijkje in de duistere kant van de loonslavernij.
Kan me goed voorstellen dat opluchting over je eigen plek
nu ongepast voelt.

Ferrara · 1 maart 2012 op 12:44

Alles is wel zo’n beetje gezegd in de reacties.
Raak beschreven. Vrolijke, kleurrijke Arta, die het zingen is vergaan. :kus:

LouisP · 1 maart 2012 op 17:17

Bijzondere VC Arta,
de titel is eigenlijk best wel heel erg goed. Ik verschrok..

Sterkte, ook voor je collega’s

Harrie · 1 maart 2012 op 17:21

Ja, ja, die crisis raakt ons allemaal. Moedige column.

embee · 1 maart 2012 op 17:32

Alles is inderdaad al gezegd, gewoon heel goed.

Groetje van Embee

vanlidt · 1 maart 2012 op 22:11

Als ik ergens een vieze smaak van in mijn mond krijg, is het de manier waarop ze dat aanpakken: mensen zo in spanning laten zitten, dat gebeurt gewoon expres. Ze kunnen zo’n mededeling heel makkelijk anders timen. Pscychologische krijgstactiek is dit, anders niet. Graag gelezen.

WritersBlocq · 2 maart 2012 op 12:13

Hey Ley, wat een knap staaltje schrijfwerk weer. Pfff wat een slagveld, 150 van de hoeveel mensen in totaal?

Is het alweer vijf jaar dat je daar werkt? Gaat hard!
En wat je hierboven beschrijft is ook keihard. ‘Zo gaat dat’, tsja.

Wel blijven zingen jij! Hou je haaks :kus:

BlogBoy · 2 maart 2012 op 12:43

Herman Van Veen dan maar.? Hilversum 3 bestond nog niet.?

KawaSutra · 2 maart 2012 op 12:55

Je hoopt natuurlijk nog dat die directeur er direct aan toevoegt: Grapje, 1 april!
Helaas is de realiteit anders.
Wat een kenmerkend toeval dat we, nu we beiden een maand lang op de hoofdpagina prijken, eenzelfde onderwerp bespreken. Ik ben bang dat ‘het bloedbad’ nog lang niet achter de rug is.
Kleine troost misschien is dat de geschiedenis heeft geleerd dat een veldslag (in letterlijke zin) vaak vooraf gaat aan een langdurige periode van economische voorspoed.
Even door de zure appel heen bijten.

Prima column Arta!

Mien · 8 maart 2012 op 09:17

Ik heb je column nog eens gelezen.
Hij blijft goed en treffend.
Heel veel sterkte aan jou en je collega’s.

Mien

sylvia1 · 8 mei 2012 op 16:00

Ook mijn complimenten – ijzersterke column die diepe indruk maakt. Goed geschreven zeg!

[size=x-small]* beter laat dan nooit? :oeps: *[/size]

Geef een reactie

Avatar plaatshouder