Leven om te werken of werken om te leven?

Leef ik om te werken of werk ik om te leven? Ik kijk nog eens naar het prachtige bloemstukje. Vorige week gekregen van mijn schoonzus. Wat is ‘t mooi! En wat een werk zit er in. Ik heb daar geen tijd voor. Oh nee? Zij maakt er tijd voor. Maar zij werkt parttime, denk ik dan. Net als haar man, mijn broer. Hij zegt: ik leef niet om te werken, maar ik werk om te leven. En ik dan? Werk ik om te leven of leef ik om te werken?

Die twee minuten.

Het bestralingsapparaat waar ik elke dag (op de zondag na dan) twee minuten onder lig te liggen en de geluiden van de stralingen die mijn borst binnendringen en daar een ravage aanrichten, zolang het maar ravage is die gerepareerd gaat worden zul je mij niet horen klagen.

De Tandarts

Nadat ik bibberend van de zenuwen de behandelkamer in mocht, was het eerste wat de beul tegen me zei “En…… wat is de uitslag?” Het duurde even voor ik besefte dat hij waarschijnlijk de voetbalwedstrijd van het Nederlands elftal bedoelde. Een man in een dergelijke machtspositie wil je te vriend houden, dus ik mompelde: “2-0”. Dat had ik, onderweg naar de slachtbank, een paar kids horen roepen. Ik gokte er maar op dat dit de eindstand was. Hij glimlachte. 1-0 voor mij dus, dacht ik.

Uitstapje

De heer B. woont in een verzorgingshuis en gaat dagelijks het dorp in voor een boodschapje of om een borreltje te drinken in zijn stamcafé. Doorgaans komt hij zonder problemen thuis en als hij al het spoor bijster raakt, is er altijd wel een dorpsgenoot die hem op de juiste plaats brengt. Wat hem bezielt heeft zal een raadsel blijven maar op een ochtend stapt Dhr. B. in de bus en belandt in de naburig gelegen stad A.
Hij wandelt het café binnen dat tegenover het busstation ligt en bestelt wat hij gewend is te drinken.

Het leven lief

Mijn vierde chemo, appeltje eitje, niet dus. Bij het einde van de lege zak aan de haak kreeg ik al krampen in de spieren en mijn handen gingen zich al weren tegen de aankomende botpijnen, allemaal bijkomstigheden van een chemo die je krijgt. Ach niet zeuren maar gewoon laten gebeuren. Op de trap naar beneden vroeg ik al waar de auto nou precies stond want het lopen begon al slechter te worden. Het voelde aan alsof ik een stel ananassen onder mijn surfplanken had gebonden, prikkende spieren en krakende en pijnlijke botten.