Op de eerste werkdag in het nieuwe jaar was een bezoek aan het winkelcentrum dat hier om de hoek zit noodzakelijk omdat na oud & nieuw de koelkastvulling danig geslonken was.
Heel schichtig liep ik langs de slagerswinkel want ja, één keer moet je er toch langs of je nu wilt of niet. Voor wie niet weet waar het over gaat dan graag even de voorgaande avonturen met de slagersvrouw lezen: dat verklaard een hoop voor de lezer.
Ik zag de slagersvrouw zelf niet staan en de gedachten aan die overheerlijke Schiedamse beuling met spekkies die zij overigens zelf maken, bewogen mij nogmaals daar binnen te stappen; een gewaagde actie, dat wel.
Het was niet druk, er stond maar één iemand voor me dus ik trok ook geen nummertje.
Vriendelijk wenste ik iedereen het wenselijke voor het komende jaar, zelfs de slager in persoon kwam mij een hand geven en verzekerde mij hierbij dat hij het lekkerste vlees in zijn zaak had.
Daar was ik het geheel mee eens maar haakte er toch niet op in want ik moet wel om mijn hachje denken nu ik ‘alleen’ in het hol van de leeuw sta.
Net toen ik de beuling bestelde kwam de slagersvrouw binnen lopen en ik dacht nog: ohw God nou gaan we het krijgen maar ze liep me straal voorbij.
Net toen ik een dikke riblap bestelde van 346,73 gram, want een dergelijk gewicht had ik de vorige keer ook van haar gehad, zag ik haar diep adem halen en ik kapte dat meteen af door haar met een vriendelijk lachend gezicht eveneens een goed en gezond nieuwjaar toe te wensen waarbij ik mijn hand uitstak; haar mond klapte dicht en ze keek mij heel even zwijgend aan.
Ze stak haar hand uit en het leek wel of wij op dit moment vrede sloten: dank je zei ze en ik kreeg zowaar een stevige hand van haar, een slagersvrouw waardig.
Ik riep iets over het weer en gebaarde breeduit dat het maar geen winter wilde worden, het wil maar niet doorzetten zei ze terug; zullen we dit jaar nu eens goed beginnen?
Ik ging op serieus en gaf aan daaraan mee te willen werken, voortaan zal ik mij gedragen.
Ik kan er echt niet tegen hoor als je zo rot doet terwijl er zoveel mensen in de zaak staan, dan heb ik het al zo te kwaad, zei ze en ooehhww dan kan ik je wel een lel verkopen.
Schaapachtig stond ik hierom te lachen en zij moest er uiteindelijk ook om mee lachen.
Na afgerekend te hebben werd mijn bestelling voorzichtig op de toonbank gelegd alsof het eieren waren.
Wil je een plakje worst vroeg ze, gegrilde worst is het en dat maken we zelf, wil je dat eens proeven?
Natuurlijk wilde ik dat en nam gretig het plakje worst van haar aan.
Er schoot mij direct weer een vunzige opmerking te binnen maar ik hield mij in, wij hadden immers zonet ons strijdbijltje begraven; of ze mijn gedachten kon lezen weet ik niet maar ze leek te kleuren en lachte zelfs naar mij.
Ik sloeg de deur achter mij dicht en keek nog even naar binnen: ze zwaaide zowaar waarbij ik haar vriendelijk toelachte.
Op de hoek bij de fietsenmaker zette ik mijn tas even neer en overdacht het gebeurde met wat er allemaal is voorgevallen bij eerdere bezoeken aan deze slagerij; wat een contrast was dat met deze slagersvrouw.
Ik pakte mijn tas op en ging fluitend voorwaarts: links twee, links, links, links …
Prlwytskovsky.
Categorieën: Verhalen
6 reacties
wendy77 · 5 april 2006 op 11:19
En ik maar wachten tot er toch een kutopmerking kwam, maar nee hoor, Plrwydinges heeft zijn leven gebeterd 😀
DriekOplopers · 5 april 2006 op 11:48
Is dit het einde van de serie “De Slagersvrouw”? Gaat het nu verder met een nieuwe serie over wangedrag in de detailhandel? “De Bakkersvrouw”?
Ga zo door, Pzwdinges!
Driek (heeft erg fijne herinneringen aan een bakkersvrouw)
senahponex · 5 april 2006 op 11:48
[quote]zei ze en ooehhww dan kan ik je wel een lel verkopen.[/quote]
En de lel al uitgeprobeerd, als ze net zo lekker zijn als beuling ??? 😀 😀
Mup · 5 april 2006 op 16:29
Ik ga toch voor de rotopmerkingen:-)
Groet Mup.
KawaSutra · 5 april 2006 op 18:43
Eigenlijk vind ik dit vlees noch vis. Maar wel grappig geschreven.
Li · 5 april 2006 op 22:50
Mmmmm er stond verder niemand in de zaak. Dat verklaart een hoop Prlwt. 😉
Li