Deel 2

De 2-daagse egotrip naar het zuidelijke puntje van de Franse republiek laat meesters en juffen in training zien, die zich de ogen uit hun studiehoofd moeten schamen. Bij de overstap in de Franse hoofdstad blijkt geen der boekenwurmen het spoor, na urenlang rondzwerven in de Lichtstad, echt bijster te zijn geraakt. Verrassend. Ons licht is feitelijk allang gedoofd. Ogen staan dof, wezenloos en wazig. De tred is slepend, wankelend en traag. Uitgewoond arriveren de autochtonen uit de Lage Landen op de uitwisselingslocatie: Cahors. Een lustoord gelegen aan rivier de Lot, bijna volledig omgeven door water. Een lotje uit de loterij. Unieke ligging: op gelijke afstand van de Atlantische Oceaan, Middellandse Zee en Pyreneeën. Fijne locatie om je dementie of versterving af te wachten. Voorafgaand een pelgrimage zonder boetedoening en devotie lijkt geen optie. Voor ons heidenen is Lourdes al bij voorbaat geschrapt uit het programma. RK-maagden liggen mijlenver buiten onze fantasiewereld. Maria en Bernadette raken zonder ons ook wel onbevlekt ontvangen.

Twee ‘lesuren’ na l’arrivée worden criminelen in de dop richting een openingsfeest begeleid. Dodelijk afgemat. Welke Fransoos verzint zoiets. We willen naar bed. Liever niet alleen, maar toch! We stellen ons kwetsbaar op. Gastheren stoot je nu eenmaal niet voor het Franse hoofd. Ze kunnen nog van pas komen. Bij de zaal vol feestgedruis boren we fonkelnieuwe energiebronnen aan. Reden: wasteilen vol sangria! Een 2e nacht bedrust overslaan is niet echt onoverkomelijk. Sangria slempt als Hollandia Fanta. Verrassend genoeg blijkt het niet alleen consumeerbaar aan verhitte Spaanse costa’s en broeierige stranden. Verrassend is ook het hoge alcoholpromillage van deze limonade die zorgt voor een zoveelste black-out.

Binnen de École Normale krijgen de Nederlandse hangjongeren elk een eigen ‘kamer’. Wat later reuze handig blijkt! Getimmerde cabines waarbij een gordijntje zorg draagt voor wat privéleven en vermijding van geluidsoverlast: snurken, praten in de slaap. Of decibelhinder van jongelui op ontdekkingsreis met en in elkaar. Staand op je vrijageplaats heb je vrije inkijk in de speelhoek van de buren. Onze gretige meiskes zijn op een andere verdieping gehuisvest. Dat staat échte verdieping allerminst in de weg. De schatjes hebben, met de wetenschap van nu, een geheel incompleet setje waarden en normen. Privécabines worden peeskamertjes zonder feestverlichting, zonder keiharde onderhandelingen over de prijs. Alles is tenslotte budget neutraal. Françaises komen in de lovestory’s niet voor. Die prefereren echte kerels.

Na rijkelijk ontbijten, is een sfeerrijk cafeetje om de hoek telkens de stek om rond 09.30 uur onze katers weg te spoelen. Van koffie herinner ik me weinig. Ricard Pernot staat qua gedestilleerd royaal op onze menukaart. Tijdens, met liefde bereidde, diners (tweemaal daags) is de consumptie van de schoolwijn disproportioneel. Onze gastheren/-vrouwen nippen een enkel kelkje weg. Voor ons lijkt een persoonlijke karaf wel het minste.

De organisatie lijkt het waardevol de Hollandse kaastronies wat te laten opsnuiven van het plaatselijke onderwijs en de regionale (afbraak)cultuur. En inderdaad; straalbezopen disfunctioneren achterin Franse klaslokalen, heeft veel charme. Het excuus: ik heb net zoveel met de Franse taal als met de kogelronde rekendocente van 64 die, als begeleidend dompteur, ons in toom tracht te houden. De énige taal die ik spreek is de taal der liefde. “Op zijn Frans of plaatjes betasten!” Uiteengevallen kastelen en archeologisch graafwerk boeit ook matig. De verstoring van het culturele programma in een volstrekt donkere theaterzaal achten snotneuzen met een onderwijskundige missie waardevoller. De speech van ons kale directeurtje gaat ten onder in spreekkoren en enthousiast handgeklap. De audiëntie bij meneer de burgemeester brengt onze hopman in volledige extase. Trillend als een riet met vibrerende benen doet hij het Franse woord. “Jezus, waar heeft die gek het over”, zie je de burgervader denken.

Tijdens een gemengde interland Pays-Bas-La France is de eindstand volstrekt onbelangrijk; onze pedagogische bondscoach incasseert geen doelpunten maar op de haarloze man gerichte doodschoppen. Memorabel is een proeverij bij een beroemde wijngaard voor de AOC Cahorswijn. “De wijn op voorhand een tijd laten ademen en eventueel decanteren”, vertaalt juf Kogelrond. Mijn korte-termijn-geliefde fluistert: “Van kwaliteit moet je langzaam genieten (…)”. Ik stamel met bloeddoorlopen ogen: “Dit is ook gratis hoor!” De plaatselijke horeca krijgt een nieuw fenomeen binnen de poorten: Hollandse hooligans. Nu een volledig gewaardeerd maatschappelijk verschijnsel. Toen een onschuldige uitingsvorm die haar definitieve vorm nog moest krijgen. Goed voor een prettige omzet; garantie voor ontstellende onrust.

Tien dagen hoogmis lagen in het verschiet. Door een staking van de Franse spoorwegen vond er een verlenging plaats naar 13 etmalen. Nu, in 2010, staat de zendingsmissie nog steeds gebeiteld in het RAM-geheugen (Rijkelijk-Amusante-Momenten). Te welgevormd om ooit te deleten. Te amusant om ooit te vergeten. Voor mijn latere functioneren als meester Jaap droeg dit Franse uitje niets bij. Of toch nog iets: vond later mijn vrouwelijk collega’s later altijd zo verrekte preuts. Merde!


7 reacties

LouisP · 17 juli 2010 op 10:01

bouwjaar 54,
‘k wil toch zo graag weten waarom dit stuk zo weinig wordt gelezen. De titel? Je titels zijn erg herkenbaar geworden. Is het dat? Of de eerste alinea’s? Of komen de stukken altijd op hetzelfde neer? Ik vind ze altijd zo knap, snel geschreven.
Er zitten vaak redelijk moeilijke minder bekende woorden in maar je gebruikt ze perfect vind ik. Niet gemaakt. Ook in dit stuk..
Bij het lezen lijkt het alsof alles in een keer is opgeschreven. Da’s ook knap..

groet,
Louis

arta · 17 juli 2010 op 10:17

Je schrijft zeker goed, maar ik persoonlijk vind het gewoon niet lekker lezen. Te gehaast, te snel. Zo snel, dat ik, wanneer ik het uitgelezen heb, het begin alweer kwijt ben. Maar dit ligt aan mij, ik weet het.

De titels zijn erg herkenbaar, maar ook erg onorigineel, in tegenstelling tot de stukken zelf.

sylvia1 · 17 juli 2010 op 10:30

Ik heb door de reactie van LouisP ook nog eens nagedacht. Het is erg druk geschreven, en ik struikel over de tekst. Ik denk het liefst na over iedere zin maar dat gaat hier niet, het mag van mij iets strakker en ‘kaler’.
Ik ben het wel met hem eens dat je leuke originele woorden gebruikt, en een typische eigen stijl hebt. Ik lees het wel altijd.

LouisP · 17 juli 2010 op 10:31

“Zo snel, dat ik, wanneer ik het uitgelezen heb, het begin alweer kwijt ben. Maar dit ligt aan mij, ik weet het.”

Tja Arta, nu ik er over nadenk….dat ligt volgens mij niet aan jouw. Ik heb dat ook..alleen wist ik het nog niet..

pally · 17 juli 2010 op 14:55

Jammer, too much, maar met hele leuke zinnen erin.
Eén heel strenge schrapronde en mij heb je.

groet van Pally

Mien · 17 juli 2010 op 22:06

Even die ADHD uit de column of schrijver en er rest een prima columnpie en schrijvertje.

Mien (leest zijn columns altijd hardop aan zichzelf voor en pakt dan onmiddelijk een rasp of aardappelmes)

bouwjaar54 · 19 juli 2010 op 08:08

Dank voor de reacties met daarin veel opbouwende kritiek. Ook: “Je hebt een typische eigen stijl!”
Feitelijk is dat voor mij het grootst mogelijke compliment.
Natuurlijk het is mij bekend dat ik veel schrijfconventies overtreed: beknopt, natuurlijk, spreektaal en ….. geen overbodige franje. De keuze om daarbij ‘in de fout’ te gaan is een bewuste. Eigenheid dient gekoesterd te worden… Dat daardoor lezers afhaken neem ik dan voor lief.
Ben benieuwd naar de reacties op een volgende column (uit de oude doos) waarin iedereen op zijn of haar wensen wordt bediend!?

Geef een reactie

Avatar plaatshouder