Ik was jong en dacht maar aan één ding. Al wekenlang liep ik rond met de vraag hoe lekker het zou zijn. Het hield me bijna onafgebroken bezig en soms droomde ik er zelfs van. Ik hunkerde en fantaseerde. Och, wat zou ik graag het stuk kaas, dat tijdens de broodmaaltijd op de kaasplank lag, oppakken en er een grote hap uit nemen. Mijn fantasie ten uitvoer brengen was uitgesloten, want zoiets mocht natuurlijk niet. Met mijn verjaardag in zicht schreef ik daarom ‘een stuk kaas’ bovenaan mijn verlanglijstje. Op de ochtend dat ik tien werd opende ik met bonzend hart het cadeau van mijn ouders. Mijn vader vroeg me om het voorzichtig uit te pakken, met het oog op eventueel hergebruik van het pakpapier. Het was een paar pantoffels. Jammer. Mijn kansen waren gelukkig nog niet helemaal verkeken, want ’s middags kwamen opa en oma op verjaarsvisite. Toen ik thuiskwam uit school waren ze er al. Ik kreeg die klapzoenen van oma en een stevige hand van opa. De hoop die ik op hen had gevestigd, bleek niet ijdel te zijn geweest. Na een schetsboek en een doosje kleurpotloden haalde oma een pakje tevoorschijn, waarvan de vorm de inhoud al verraadde. Op het gele papier stond een koe afgebeeld, met een boer ernaast, op een melkkruk. En er stond: ‘Kaasspecialist Henk Ossenga’, in bruine letters. “YESSSS!!!”, juichte ik. Ik vouwde het pakketje haastig open en stond oog in oog met een flink stuk jongbelegen Goudse.

“Nou, snij d’r maar een reepie af”, glunderde opa.
-“Nee joh, oop, ik ga er een hele grote hap uit nemen!”
“Wat, een hap? Zo uit de kaas? Hahaha, malle jongen!”
Ik hield het stuk als een mondharmonica voor mijn mond en sperde mijn kaken zo wijd open dat ik het hoorde kraken. Toen hapte ik toe. Als een vegetarisch roofdier beet ik mij vast in de kaas. Wat was dat zalig, zo’n hele mond vol. Ik sloot mijn ogen en kauwde langzaam. Vele happen volgden en al vóór het avondeten bereikte ik de korst. Toch wist ik nog twee borden boerenkool met worst – traditiegetrouw stond het lievelingskostje van de jarige job op het menu – naar binnen te werken.

’s Avonds in bed stelde ik tevreden vast dat dit mijn mooiste verjaardag ooit was geweest. Al snel moest ik mijn mening herzien. De kaas lag me zeer zwaar op de maag. Na een uur misselijk woelen en zuchten kwam het complete verjaardagscadeau weer naar buiten. Ik voelde me hondsberoerd. En zo leerde ik een wijze les: zelfs de vervulling van je allerliefste wens kan je uiteindelijk diep ongelukkig maken.

Categorieën: Verhalen

4 reacties

pally · 15 oktober 2009 op 09:53

Een hele geinige column, Dacs, met een intro die me mooi op het verkeerde been zette.Alleen die wijze les aan het eind vind ik jammer. Het verjaardagscadeau dat compleet naar buiten kwam had ik een iets leuker slot gevonden. Maar, :wave:

groet van Pally

PeterP · 15 oktober 2009 op 22:41

Heerlijke, absurde column. 😀 Een sterk begin: aan welk ene ding dacht de hoofdpersoon. Ook de vergelijking van de kaas met een harmonica is goed gevonden; evenals de titel (deze geeft niet direct prijs waar je naar toe wil.) :eh:

Enerzijds ben ik het met Pally eens over het slot. Deleten die laatste zin over die wijze les. Aan de andere kant is dat waarschijnlijk de clou van je column (een ander pointe heb ik namelijk niet kunnen ontdekken.)

arta · 16 oktober 2009 op 07:27

ja! Leuk!
🙂

KawaSutra · 28 december 2009 op 23:41

Ah, zo’n leuke column en toch nog gemist!

Geef een reactie

Avatar plaatshouder