Ik trek mijn tas onder de snelbinders vandaan en loop langzaam naar de ingang. De ruiten zijn beslagen. Ik open de deur en stap binnen in een wolk van bedwelmende warmte. Chloorlucht en galmende stemmen: het is weer woensdagmiddag.
Thuis sprak moeder me nog bemoedigend toe; nu ik binnen ben zakt de moed me weer in de schoenen. “Het is toch een aardige man”, zei ze. “Hij doet niemand kwaad”. Maar het is een bullebak. Hij schreeuwt altijd en snapt niet dat ik het diepe niet over durf te zwemmen. “Maar als je niet durft, dan ga je toch vlak langs de kant?”. Mijn moeder begrijpt er niets van. Je mag helemaal niet langs de kant, en watertrappelen mag ook alleen maar in het midden van het diepe. Moeder heeft makkelijk praten.
Ik ga één van de kleedhokjes in en trek mijn kleren uit. De tegelvoer is kletsnat. Er hangt een zurige lucht, vermengd met zweet en chloor. Badpakje aan – wachten. Zo lang mogelijk uitstellen. Even ga ik op het houten bankje zitten, maar ik voel op mijn bibs een natte lek ontstaan. Ik ga maar weer staan, maar open de deur nog niet. Misschien kan ik hier wel blijven totdat de les voorbij is.
Maar de stem buldert al. Opschieten. Snel voeg ik me tussen de uitgelaten kinderen. We lopen over de koude tegels naar het blauwe water. Ik voel pijn achter mijn ogen. We moeten meteen het kille water in. Vlagen kippenvel slaan over mijn benen. De stem buldert. Het geluid rolt over het water en stuitert tegen de muren en het plafond.
“Voorwaarts, buig, spreid en sluit”.
Ik sla wild met mijn benen door het water, snel, over het diepe heen. Als ik maar weer grond voel onder mijn voeten. Twee baantjes, en nog twee op de rug. Van het plafond vallen koude druppels naar beneden. Daarna mogen we naar de kant.
De stem: “Wie van jullie heeft in het kleedhokje staan overgeven?”.
Doodse stilte.
“Nou, wie?”.
Stilte.
“Dat je de troep niet opruimt, is al erg genoeg, maar dat je niet durft te zeggen dat je het gedaan hebt, vind ik schandelijk.”
Niemand heeft het gedaan. Ik hou mijn mond en maak me zo klein mogelijk. Niemand zegt iets.
Dan de stem weer: “Oké, dan krijgen jullie allemáál straf”.
Angstig zwijgen.
“Vijf minuten watertrappelen allemaal, nu meteen!”.
Algehele schrik. Vijf minuten, is hij gek geworden? Dat is tien keer dertig seconden! De beul! Maar niemand zegt iets, alleen híj buldert.
“Denk erom, vingers boven het water!”.
Hij zal ons laten verdrinken, dat is zeker. Steeds woester sla ik door het water, maar zo ga ik juist nog dieper naar beneden – geen bodem onder mijn voeten. Slokken chloorwater benemen mij de adem, paniek, trappen, ademhalen, tellen: eenentwintig, tweeëntwintig, help dan toch, ik stik haast, weer een slok, dit red ik niet, ik wil niet meer, kan niet meer, als een baksteen ga ik naar de bodem…
“Stop maar, de minuut is om. Aankleden!”
Mijn hart stompt in mijn keel. Bijna was ik dood geweest. Voor straf.
Zwijgend druipen we af, nog trillend op de benen. Alleen het pletsen van de blote voeten op de tegels is te horen. In mijn hoofd buldert de stem nog na. Sommigen kijken elkaar schichtig van onder het natte haar aan. Ik kijk naar de grond en voel me slap en leeg, terwijl mijn adem door mijn keel schuurt. Als ik de deur van het kleedhokje dichttrek, heb ik mijn besluit genomen. Dit is mijn laatste zwemles geweest.

Categorieën: Verhalen

3 reacties

Godspeed · 23 juni 2003 op 14:49

[b]Alternatief einde.[/b]

Een week later ging ik weer naar het zwembad en liet mij weer door de bullebak weer het zwembad op en af schreeuwen. Na 2 jaar heb ik toch nog mijn A diploma gehaald, maar van de watervrees ben ik nooit afgekomen.

Lijkt me leuk, indien het mogelijk is een alternatief einde erbij schrijven.

Wie volgt??

Groetjes,

Godspeed
:pint:

Reyn_Eaglestorm · 26 juni 2003 op 13:39

Twintig jaar later ben ik vrijwilliger bij de kustwacht. Op een stormachtige middag, is er een plezierbootje in nood, en we rukken uit. Bij de plek des onheils aangekomen, is het bootje reeds gezonken, en in het water trappelt … de Bullebak. Voor straf heb ik hem nog een minuut laten trappelen, voordat hij, hoestend en proestend van het ingeslikte zoute water, door mij uit het water werd gehesen.

Yoyogro · 26 juni 2003 op 23:40

Great ! Wie volgt?

Yoyogro (gespannen en proestend)

Geef een reactie

Avatar plaatshouder