Net thuisgekomen van een – door slecht nieuws onderbroken – weekje rust in de middle of nowhere van het Toscaanse Umbrië.
Wellicht al só yesterday, maar toch wilde ik met eigen ogen en ervaring proberen te ontdekken waarom deze Italiaanse regio zo’n gigantische hype heeft veroorzaakt. Eenmaal gearriveerd was het alsof ik thuiskwam. Opzich een positief teken, maar laat ik nou net opgegroeid zijn in een vrijwel exacte kopie van deze rustieke boerderij in een glooiend heuvelachtig landschap. Danwel niet in het Bella Italia met zijn olijfboomgaarden, maar in het Zuid-Limburgse Ulestraten hadden we tarwe en suikerbieten in overvloed.
Ik had mij circa vijfhonderd euro kunnen besparen door acht dagen bij mijn tante te overnachten, en met behulp van mijn draadloze netwerk verbinding kwam ik er ergerlijk genoeg ook nog eens achter dat het Zuid-Limburgse Ulestraten die komende acht dagen meer zonuren zou gaan tellen dan de plek waar ik verbleef. Achja, shit happens, denken we dan maar.
Halverwege de week onderbrak een vriendin mijn korte vakantie met een telefoontje betreft een overleden kennis.
Helaas was mijn mission nog steeds niet completed. Ik begreep en begrijp nog steeds niet goed de hypegevoeligheid van Umbrië. Waarschijnlijk leefde deze hype voor het grootste gedeelte onder stedelijke workaholics die geen ervaring hebben met glooiende heuvelachtige landschappen, suikerbieten en tarwe.

Maargoed, ik dwaal af. Ik was dus net thuisgekomen.
Zoekend tussen de dagelijks aangeboden Russische bruiden en hier en daar een penisverlenging, vond ik waar ik naar op zoek was. Een e-mail van die overleden kennis.

[i][b]Hallo mensen.

Dames en heren, jongens en meisjes.
Vader en moeder, broers en zusen.
Opa’s en oma’s, ooms en tantes.
Neven en nichten, vrienden en vriendinnen.
Kennissen, collega’s en de rest van mijn sociaal netwerk.

Ik nodig jullie allen uit om op zaterdag 1 april a.s. een groot feest te komen vieren. De locatie waar dit feest plaats zal vinden blijft nog even geheim, evenals de reden waarom ik dit feest geef. Het verzamelpunt is de Onze Lieve Vrouwekerk aan de Keizersgracht in Amsterdam, waar jullie met een uitgebreide lunch worden ontvangen.
Als antwoord op de vraag: ‘moeten we nog iets meebrengen van het een of ander?’, antwoord ik alvast: breng gewoon goedgehumd jezelf mee.

Dick.[/b][/i]

En nee, e-mail is voor mij niet het medium waarmee ik informatie uit andere werelden en dimensies ontvang. Deze mail werd verstuurd, de dag vóórdat Dick een einde aan zijn aardse hel maakte, toen ik nog in mijn rustieke boerderij in Umbrië genietend van een aantal schaarse zonnestralen vertoefde.
Dat Dick suïcidale plannen had en dat deze mail eigenlijk een uitnodiging voor een zelfgeorganiseerde crematie was, verpakt in de vorm van een groot feest, hadden zijn vader tot en met de rest van zijn sociale netwerk nooit kunnen bedenken.
Ook ik verkeek me in eerste instantie blind op Dick’s uitnodiging, maar heb de zwarte grap van deze lolbroek en dit stereotype feestbeest toch enigzins kunnen waarderen. Zijn levensmotto, blijkbaar ook het motto voor zijn dood, was immers: ‘Het leven is een feest, maar je moet de slingers zelf ophangen.’


7 reacties

Dees · 31 maart 2007 op 13:21

Sjees… Als dit echt is, dan denk ik dat de mensen voor wie Dick meer was dan een kennis er minder de humor van in kunnen zien.

Je stukje is interessant door het onderwerp, de dramatische ontknoping, maar het loopt hier en daar wat minder soepel. De zinnen zijn hier en daar wat moeizaam opgebouwd. Ook door de Engelse kreten, de ‘dus’, de ‘blijkbaar’, de ‘achja’. Zinnenlijm die eerder doet stokken, dan dat het iets toevoegt. Ook zitten er trouwens mooie zinnen in. Maar het geheel doet toch een klein beetje moeizaam aan. Wel maakt het me nieuwsgierig naar het volgende te publiceren stukje.

Mup · 31 maart 2007 op 15:48

Als Dick voor euthanasie gekozen zou hebben, na een ziektebed, zou ik de grap ook enigszins kunnen waarderen. Maar op deze manier zou ik de slingers achterwege laten. Deze humor is me echt te zwart, ook voor 1 april

Groet Mup.

Trukie · 31 maart 2007 op 15:54

Een heikel onderwerp in kordate taal. Op professionele manier belicht je in een verhaal zowel de zijde van de overledene als van de nabestaande(n).
Eerst betrek je ons in jouw dagelijkse wereld van dat moment en dan confronteer je ons net zo onverwacht met het bericht als dat het jou rauw op je dak viel. In je slotzin geef je een beeld van jouw overleden vriend en hoe jij er tegen aankijkt.
Het is nu zaterdag 31 maart. Het is dus minsters een jaar geleden gebeurd. Toch pen je het neer als de dag van gisteren. De Engelse kreten en de soms wat verbasterde zinnen mogen van mij in die context van verbijstering. Ik kan alleen de titel niet plaatsen.
Ik ken wel het gevoel dat je in het buitenland gaat zoeken wat we hier in eigen land ook hebben.
Wat zit er toch veel in die kleine stukje tekst opgesloten Monalisa. Het is een maatschappelijk vraagstuk geworden i.p.v. gein en ongein.
Is dat het onverklaarbare in jouw blik 😉

pally · 31 maart 2007 op 16:22

een intrigerend stukje met een onverwachte draai.
Ondanks te veel engels en aan elkaar gelaste woorden en soms wel erg lange zinnen, toch een column die ik de moeite waard vind.(ook een lange zin)

Als de inhoud werkelijkheid is, heeft deze persoon wel een bizar gevoel voor humor…
groet van Pally

KawaSutra · 31 maart 2007 op 17:26

Ondanks de titel leest het niet echt als een 1 aprilgrap. Ongein is het zeker, en morbide ook. Trukie plaatste het al direct in een historische context. Dit jaar kan er tenslotte op 1 april niet gecremeerd worden, neem ik aan.
Het roept een hoop vragen op over het waarheidsgehalte en jouw grenzeloze fantasie, maar over het geheel genoemen zeker goed geschreven.

Joy · 31 maart 2007 op 19:59

Aparte manier van gein en ongein.
Iets dat je toch een gevoel van…mee geeft.

Trukie · 31 maart 2007 op 21:24

Ik kan me niet voorstellen dat over onderwerpen zo heikel als deze 1 aprilgrappen worden gemaakt.
Daarom heb ik het maar als tussen hemel en aarde willen zien.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder