Freddy Quinn galmt door de keuken: ‘Junge komm bald wieder’. Het maakt mijn moeder op een vreemde manier gelukkig. Net als Toon Hermans dat doet met zijn onemanshows. Het zal nog pakweg vijf jaar duren voordat Toon op zoek gaat naar zijn feestneus. Nog zeven jaren voordat Twee Pinten op de keukendeur schrijven: ‘het is niet altijd rozengeur’.

Maar ik weet al waar de feestneus ligt. Ik zie hem dagelijks voor me. Boven mijn wieg. Niet vreemd. Ik krijg het carnavalsmedicijn iedere dag met de paplepel ingegoten. Het stroomt door mijn bloed, slagaderlijk. Eigenlijk slagvaderlijk en slagmoederlijk. Mijn paps en mams lusten er pap van. Zij hebben geen feestneus nodig. Ze hebben mij. Slingers hoeven ze niet meer op te hangen. Maskers huilen, maskers lachen. Serpentines dwarrelen.

Met de rozengeur is het andere koek. Ook al ruikt rozengeur lekker, mijn babygeurtjes overstijgen alles. Schrijf dat maar op het behang. Het is nu zaak zo snel mogelijk te groeien. Ik eet alles wat los en vast zit en groei als kool. Ik begin er zelfs een beetje op te lijken. Op kool. Soms groen, soms rood, soms wit. Een mens is dat wat hij eet. Gelukkig is het eten in huize Mien kleurrijk.

Het duurt niet lang voordat ik in de gaten krijg dat een aantal zaken niet echt kloppen in huize Mien. Ook al besef ik ze niet ten volle met mijn nog lege babyverstand, het klopt gewoon niet. Ook de klok, die trouw naast de kamerdeur het huis bewaakt, maakt vreemd geluid. Hij tikt vreemde stiltes weg. Soms slaat ie over. Overschreeuwd door moederangst. Wat moet ik daar als baby mee? Het besef zal pas jaren laten doordringen. Een gelukkige consequentie van groei. Een logisch gevolg van het eten van kool. Groene, witte, rooie en savooie.


Mien

Bewonder luidruchtig en verwonder in stilte

6 reacties

Yfs · 4 januari 2015 op 12:53

Tja…aangezien deel 1 en 2 me helemaal niet aanspraken, ben ik dit deel met grote tegenzin gaan lezen. En dan kom je er achter dat er langzaamaan best iets moois en vooral sombers doorheen begint te schemeren. Iets waaruit ik misschien wel jouw grote behoefte proef om jouw verhaal te doen.

en tja… zinnen als : “Het stroomt door mijn bloed, slagaderlijk. Eigenlijk slagvaderlijk en slagmoederlijk. Mijn paps en mams lusten er pap van” daar gaan mijn nekharen dan weer van overeind staan. Zonde!

troubadour · 4 januari 2015 op 18:36

Yfs heeft gelijk; grote behoefte om het verhaal te vertellen, dat proef ik ook! Aan de smaak moet ik even wennen..

Spencer · 4 januari 2015 op 19:57

Ik vind het onverantwoord om kinderen op zo’n jonge leeftijd al bloot te stellen aan Duitse schlagers.

La_vie_en_rose · 5 januari 2015 op 10:59

Tussen het babygekraai door, wandelde ik jouw column binnen.
Leuk, tof, mooi! Echt een plezier om te lezen! Give me more of this 😉

Mien · 6 januari 2015 op 00:46

Bedankt voor jullie reacties.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder