Net voordat ik naar Zuid-Afrika af zou reizen om mijn familie te bezoeken, raadpleegde ik Google om te kijken of ik in dat fantastische land zou kunnen paardrijden. Ik was wel toe aan een verzetje. In de laatste weken voor mijn vertrek had ik veel verliezen geleden en verdriet gehad. Onder het mom ‘het kan niet slechter worden, alleen nog maar beter’, tikte ik op Google een paar woorden in. Luttele seconden later kwam de website van Horse Trail Safaris tevoorschijn. Het idee om mijn vakantie op te leuken met een strandrit te paard nam al snel andere vormen aan. Ik schreef eigenaar Paul dat ik ook informatie wilde over een meerdaagse trektocht. Voor ik het goed en wel besefte, waren data en plaats afgesproken en had ik via internet betaald. Toen kwamen de zenuwen.

Slapeloos lag ik in bed en zelf gecreëerde nachtmerries liet ik gretig van de ruimte in mijn hoofd bezit nemen. Ik zag een oersaaie, vieze, ouwe kerel, met een tandenloze bek, stinkend uit kop en kont, waar ik mee opgezadeld zou zijn voor drie dagen. De paarden zouden kreupel zijn, onder de schurft zitten en het weer zou barslecht zijn. Ook zouden we bijna verzuipen in de rivier die we moesten overzwemmen, mijn camera zou gesloopt of gestolen worden en uiteraard werden wij dodelijk door de bliksem getroffen, maar pas na drie vreselijke dagen net aan overleefd te hebben.

Tja, ik denk altijd goed na als ik net iets heb gezegd of gedaan. Zo’n enorme stap wagen en de man vertrouwen waar ik een paar e-mails mee had uitgewisseld, vergden veel van mij. Ik smeedde een noodplan en gaf mijn familie in Zuid-Afrika de opdracht om een prepaid card te kopen. Mocht er iets misgaan, dan wilde ik een vluchtplan hebben. Meer dan dat kon ik niet doen, behalve mijn eigen hersenkronkels gladstrijken en mij overgeven aan het lot.

Op dinsdag 15 november kwam Paul mij ophalen in Kaapstad. Twee paar bruine kijkers op pad, in een grote Landrover. Na vijf minuten vroeg hij of ik er bezwaar tegen had dat hij rookte. Ik antwoordde met vuur, en wij wisten direct dat wij het goed met elkaar zouden kunnen vinden. Onderweg praatten wij gezellig en inhoudelijk over de komende drie dagen. Paul legde mij uitvoerig uit wat ik moest doen als wij de paarden door de rivier moesten zwemmen en ik raakte steeds meer opgewonden en minder nerveus. Tweeëneenhalf uur later arriveerden wij in Hermanus, bij de paarden. Prachtige en goed verzorgde dieren wachtten ons op. Jessie-girl, een chocoladebruine merrie die perfect bij mijn haarkleur paste, werd mijn maatje. Paul besteeg Rembrandt, een schilderachtig mooi dier.

Na vijf minuten in het zadel gezeten te hebben stegen wij alweer af. Er moesten voorbereidingen getroffen worden om de rivier over te zwemmen. Paul pakte een condoom en stopte zijn telefoon erin. “Waterdichter kan niet”, zei hij droog. Onze schoenen en sokken bonden wij hoog op de zadels vast, zodat ze droog over zouden komen. Met trillende handen van de zenuwen ontrafelde ik de stevig vastgemaakte dubbele knopen van mijn schoenen. Geloof me: die in mijn veters gaven minder weerstand dan de knopen in mijn onderbuik! Uiteindelijk stegen we weer op en duwden onze hielen in de flanken van Jessie en Rembrandt. Met grote sprongen, zoals honden doen die door diep water proberen te rennen, gingen zij het eerste stuk van de rivier te lijf. Dat was link, omdat de bodem uit drijfzand bestond. Daarna moesten ze zwemmen en dat was echt listig. Een paard wil soms terug, maar als het zich omkeert is de kans groot dat het omrolt en daardoor verdrinkt. Dit had Paul mij onderweg verteld; het was dus zaak om te jagen en te gaan, no way back. Wij gilden tegen de paarden alsof de Indianen ons op de hielen zaten, en ze zwommen pijlsnel naar de overkant. Het was sensationeel! Weer stapten wij af, ditmaal om onze toch drijfnat geworden schoenen en sokken weer aan te trekken. Wind en zon droogden en verwarmden ons, we waren veilig en nu konden we ontspannen.

Achttien kilometer verlaten strand, gelegen in een grote baai, lachte ons toe. Driehonderd zestig graden rust. Rechts, in de zee, dook een zeehondje op. Links, in de duinen, was het broedgebied van zeldzame vogels. Na een paar uur rijden vonden we een beschut plekje bij een stel rotsen en daar trakteerde Paul ons op zijn meegenomen en droog overgekomen lunch.

Wij waren net weer op pad, toen ik een walvis zag. Mijn eerste walvis! We galoppeerden de paarden snel naar de top van een duin voor een beter uitzicht en maakten foto’s. Het was zo onvoorstelbaar mooi…

Een paar uur later kwamen wij in Die Kelders aan, waar wij twee nachten zouden slapen. Na eerst de paarden te hebben afgespoten en verzorgd zijn we met twee jongens, Sean en Eathan, naar het strand gegaan voor een partijtje touch-rugby en een duik in de zee. Die knullen zijn 15 en 11 jaar en wonen met hun ouders Chris en Fiona in the middle of nowhere.

’s Avonds hebben we met zijn allen een braai (Zuid-Afrikaanse barbecue) gemaakt en een partijtje pool gespeeld. Buiten keken de volle maan en een schat van sterren op ons neer. Af en toe maakte ik mij even los van iedereen om buiten te genieten van onbekende geluiden en ongekende vrede, in mijzelf en om mij heen.

De volgende dag stond een ontdekkingstocht op het programma. Door fynbos, een soort boomachtige struiken die alleen in Zuid-Afrika voorkomen, naar Flower Valley. Wij strandden bij Grootbos, een uitspanning voor rijkelui. Ik weet zeker dat de luxe paardjes die daar bivakkeren het niet zo mooi hebben gehad als wij. Buiten kregen wij koffie en worteltaart geserveerd en de paarden kregen een appel, en een linnen servet om hun mond mee af te vegen! Ik had van tevoren gezegd dat ik zou trakteren, maar Paul wilde weten wat ik betaald had voor het geval dat hij daar weer zou komen. Nadat hij de prijs had gehoord, werd hij niet goed. “I thought the horses were full of shit, but this!!!”, riep hij mij knarsetandend toe. Ik kon alleen maar lachen, de prijs was voor mijn begrip helemaal niet schrikbarend.

Zeven uur zijn we onderweg geweest. Deels hebben we gereden, deels gewandeld om de paardenruggen en onze billen te ontlasten en de benen te strekken. Flower Valley was adembenemend. Bloemen, zo veel, en weer geen mens te bekennen. Ogenschijnlijk onnatuurlijke kleuren verblindden ons. Spelende walvissen, prachtige blauwe luchten en een verdwaalde wolk verzorgden het achtergronddecor. Krekels lieten zich horen, een slang glipte net voor ons weg. Het ritme van de rust integreerde in ons alle vier. De paarden genoten, dat zagen wij aan hun alerte oren en glimmende ogen. Wij genoten, in stilte en in gesprek.

Moe maar voldaan kwamen wij terug in Die Kelders. Na de paarden vertroeteld te hebben stonden Sean en Eathan te trappelen om ons mee te nemen naar een geheime plek waar je van dichtbij de walvissen kon zien en van rotsen af kon duiken. Een moederwalvis, haar kalf en een tante stalen de show met hun enorme sprongen. Het leek wel of zij van ons genoten en wij van hen, schitterend!

’s Avonds kwam er een harde wind opzetten. Te hard voor een braai, dus gooide Paul alles wat we hadden in een pan en maakte er een soort stamppot van. Het zag er niet uit, maar smaakte voortreffelijk. Hij viel op de bank in slaap terwijl ik de afwas deed en toen ik later mijn boek pakte, kon ik niet lezen. Ik wilde ook niet, ik wilde genieten. Al het moois dat mij was gegeven beleefde ik keer op keer. Mooie dromen verrijkten mijn nacht toen mijn ogen zich uiteindelijk hadden gesloten.

De laatste ochtend werd ik bruut ontwaakt, het huis werd afgebroken! Waren het de Indianen? Ik wist niet wat mij overkwam, lag te trillen in mijn bed… Het bleek Paul te zijn, die op mijn deur bonsde.
“I’ve got coffee for you, do you want it in bed or over here?”
“In bed please. What time is it?”
“It’s six o’clock”.
“Jesus Paul, it’s in the middle of the night!!!”
[i]“In the middle of the niiiiigt…”[/i] zong hij, en zei er direct achteraan: “Now move your lazy bum into the shower and get up, rise and shine! You look like a goldfish gulping for air!”
De eerste – en zeker niet de laatste – lach van die dag was alweer geschaterd.

Nadat ik in de steigers van de dag was geklommen en goed ontbeten had, pakten wij onze spullen en gingen er vandoor. De paarden wisten dat ze naar huis gingen, ze roken de stal. Zij wilden wel, maar wij niet. Achttien kilometer stapten wij, nagenietend en meestal zwijgend. Ineens was de rivier er weer. Zij was vanwege het springtij dieper dan op de heenweg, maar angst had plaatsgemaakt voor weemoed. De oversteek naar de bewoonde wereld ging goed. Ik keek nog een keer achterom. Wat had ik graag weer aan de andere kant van die rivier willen zijn, om alles over te doen…

[img]http://62.197.135.69/columnx/pics/paardrijden.jpg[/img]


Pauline

Talent voor tekst, taal en verhaal

16 reacties

Kees Schilder · 9 december 2005 op 08:05

S C H I T T E R E N D!! Maandcolumn voor mij

Ma3anne · 9 december 2005 op 08:20

Meer meer meer! Heerlijk wegdromen met dit verhaal. 🙂

klungel · 9 december 2005 op 08:22

‘k Heb genoten van jouw genot 😛

pepe · 9 december 2005 op 08:33

Geweldig. En wat een prachtige foto.
Je neemt de lezer mee op vakantie.

wendy77 · 9 december 2005 op 08:41

Prachtig verslag WB. Vooral de eerste 6 alinea’s vond ik SUPER

WritersBlocq · 9 december 2005 op 10:04

Hoi allemaal,
Kees, dank je (moet niet gekker worden!)
Ma3: Hoewel ik in de poll gezet heb dat ik graag een thriller wil schrijven, denk ik n.a.v. dit verhaal meer aan een roman, er is nog heel veel niet geschreven wat ik wel de moeite waard vind. Mocht het zover komen, dan krijg jij de primeur okee?
Klungel, Pepe en Wendy ook bedankt, hier nog een paar foto’s voor wie het leuk vindt:

EDIT: blijkbaar komen niet alle foto’s door de sencuur heen 😉 😀 (@ redactie, het ligt niet aan jullie, niet aan mij, het zullen de jaloerse hogere machten wel zijn, denk ik).
Ciao, Pau.

2e EDIT: het is mis met de foto’s. Ik zal ze op een andere site uploaden en alsnog doorlinken, als dat me lukt.

Dees · 9 december 2005 op 10:20

Ja WB, prachtig verhaal, echt prachtig… Alleen… Ik word er zo fucking jaloers van. IK WIL OOK! 😛

Genoten.

Eddy Kielema · 9 december 2005 op 10:29

[quote]“Waterdichter kan niet”, zei hij droog. [/quote]
Bijzonder boeiend en ook met heel veel vaart en humor geschreven reisverslag. Daardoor lijkt het alsof ik achter jullie aan heb gereden! 😉 Topcolumn, Pauline!!

Trukie · 9 december 2005 op 12:34

Ik moest effe de tijd nemen om te lezen; het is net zo´n lap tekst als lap onregelmatige gornd op de foto.
Ooit heb ik een ezeltocht in Noord-Afrika door een dergelijk landschap gemaakt. Ik nam me toen heilig voor dat ik zoiets never nooit meer zou doen.

Maar on horseback en zeker na jouw meeslepende verhaal en dan in Zuid-Afrika………
Je hebt me om gekregen.
Zulke colums kunnen niet lang genoeg zijn.

P.S.je Ik zie in het aanvullende bericht geen foto´s, alleen maar kruisjes.
Heb ik dat alleen?

WritersBlocq · 9 december 2005 op 13:08

[quote]P.S.je Ik zie in het aanvullende bericht geen foto´s, alleen maar kruisjes.[/quote]
Nee, dat ligt niet aan jou Trukie, er is iets mis en ik heb ze weggehaald. Volgend jaar ga ik een maand, waarvan 2 weken in Namibië paardrijden, achter de olifanten aan. Of ik dan nog terugkom… OK, ik hou op, voordat Dees groen en geel gaat zien heh heh heh!
[quote]Daardoor lijkt het alsof ik achter jullie aan heb gereden![/quote]Eddy in volle galop, met zijn walkman op 😀

melady · 9 december 2005 op 13:29

Ga jij maar snel weer eens een week weg Blocky.
Ik ben helemaal geen fan van reisverhalen, maar dit verhaal gaat in vol galop. Dat heb je prachtig beschreven.
[quote]De eerste – en zeker niet de laatste – lach van die dag was alweer geschaterd. [/quote] 😀

Raindog · 9 december 2005 op 20:35

Prachtig verhaal inderdaad en het plaatje maakt het alleen maar af. Met bovendien een aantal prachtige woordfrutsels zoals bijvoorbeeld ‘klimmen in de steigers van de dag’! Complimenten!

Li · 10 december 2005 op 15:00

Fantastisch en geen woord teveel.
Eigenlijk zou ik nog veel meer willen lezen.
Knap geschreven en boeiend ook.
Ik aanschouwde het wondermooie Afrika door jouw ogen en rook en proefde de geuren en kleuren.

Li

Mup · 11 december 2005 op 04:54

Ja zeg, ik blijf niet zeggen dat een mooi verhaal is 😛

Had er al met volle teugels van genoten op je log,

Groet Mup.

WritersBlocq · 11 december 2005 op 11:32

MelRaiLiMup dank je wel!

Een beetje mosterd na de maaltijd, maar voor wie het nog wil zien, [url=http://spaces.msn.com/members/writersblocq/PersonalSpace.aspx?_c11_PhotoAlbum_spaHandler=TWljcm9zb2Z0LlNwYWNlcy5XZWIuUGFydHMuUGhvdG9BbGJ1bS5FZGl0TW9kZUNvbnRyb2xsZXI%24&_c11_PhotoAlbum_albumid=cns!1poSB0od13m-uecDqb0VYJ1Q!143&_c11_PhotoAlbum_spaReturnToFull=1&_c11_PhotoAlbum_spaProcess=1&_c=PhotoAlbum&_c02_owner=1][b]hier[/url][/b] zijn de foto’s te zien (in de map Paardrij-avontuur in Z.A. of zoiets).
Groetje, Pauline.

Trukie · 11 december 2005 op 13:13

Ik hoop dat je het nog leest, mar de foto´s zijn schitterend…………..

Geef een reactie

Avatar plaatshouder