Ruggengraat!

Er moet me wat van het hart. Waar zijn de echte mannen gebleven? De mannen met een ruggengraat, de mannen die nog echt man zijn in hart in nieren! Heb ik soms de laatste der Mohikanen in mijn vrouwelijke netten weten te strikken? Heb ik de laatste van een uitstervend ras? Want heren, laten we eerlijk zijn, jullie zijn nou niet meer bepaald de sterke wezens die de vrouwen aan hun haren hun hol in slepen en daar eens even lekker mannelijk te keer gaan tegen ons, vrouwen. Ahh de heren zijn op hun mannelijkheid getrapt en jullie willen weten waar ik dit op baseer?

Oefenmeester

Toen Mr. Moshavot, kantonrechter in ruste en graag geziene gast in het Berner Oberland, de woonkamer binnenstapte, stond Laura daar juist met haar handen in de lucht.
“Rekoefeningen aan het doen?” vroeg hij.
“Nee Meester,” zei Laura. “Ik juich. De Russen hebben gewonnen.”
“Een goede reden om in diepe treurnis te vervallen,” bromde Mr. Moshavot. “Het is maar goed dat die bolsjewieken de koude oorlog hebben verloren. Overigens blijft het oppassen geblazen met die wodkastokers. Voor je het weet toveren ze het Binnenhof om tot Kremlin.

Gelopen race

Even met Albert Hooghiemstra gebeld: “Goedemorgen, Oplopers hier. Vieze Albert in de buurt?” Vingervlug kreeg ik de natuurgenezer aan de lijn. Wat ik van hem wilde, hijgde de ranzige grachtengordelproleet in de hoorn. Nou, dat kon ik hem snel uitleggen. “Zeg Albert, ik begrijp dat je misbruik maakt van die zogenaamde geitenwollensokken-geneeskunde van je om doorgedraaide uitgeklede grachtengordelvrouwtjes intiem te betasten?”

Prinse van oranje

Voetbal 2008, Europees kampioenschap. Op een bomvol terras bij “het Nieuws van Apeldoorn”, op maandagavond 9 juni, beleefde ik met vrouw en vrienden een wel heel bijzonder moment. We wonnen met 3-0 van de wereldkampioen, Italië. In de daaropvolgende euforie trokken we, de feestende menigte volgend, de stad in. Van café naar café gingen we, drinkend, juichend, brallend. In een van de cafés braken we de glazen, een ander café verlieten we zonder nog te denken aan betalen. Aangekomen bij het eind van onze energie, sleepten we onszelf door de straten op zoek naar voedsel.

Alleen de liefde kan ons redden

Ik wist dat hij bestond, maar ik had hem nog nooit gezien. Al hoewel, eens zag ik zijn achterkant en hoe zijn hand haar bil toucheerde, misschien even kneep, en toen haar hand vastgreep. Maar werkelijk bekeken had ik hem nooit. Wie is hij en wat kan hij dat ik haar niet geven kan? Hij lijkt in ieder geval snel geïntimideerd.