En ineens zie ik hem zitten. Alleen, aan de grote witte tafel. Zojuist zaten er nog twaalf klasgenoten bij hem. Die rennen nu verderop, lachen, klieren, hebben lol. Maar hij is blijven zitten, alleen aan de tafel. Wat zou hij nu denken, vraag ik me af. Terwijl ik luister naar de juf die vertelt dat ze dit uitstapje nu voor het derde jaar organiseren, kijk ik naar de afhangende schouders, het piekerige haar (heb ik dat vanochtend niet gezien?) en de opgestroopte mouwen. Die mouwen, die draagt hij nu al een paar weken zo. Dat vindt hij mooi. En ja natuurlijk, als jij dat mooi vindt dan moet je dat doen. Wat ging dat goed, die eerste jaren. Altijd lachend, altijd vrolijk. En ik, ik was stiekem trots op mezelf. Mooi, zo dacht ik, moederen heb ik onder de knie, dat gaat me dus goed af. Moet je toch eens kijken, er gaan hele dagen voorbij zonder dat hij huilt. Zijn eerste woordje was pinguïn. Grappig toch, wel iets anders dan papa of mama. En de manier waarop je eindeloos autootjes in rijtjes zette, de hele tafel vol. Als ze op waren deed je ze weer allemaal terug in de bak en begon je opnieuw. ‘Wat kan hij zich goed vermaken’, zeiden ze dan. En ik knikte voldaan.

Als we van school vertrekken zit hij naast me in de auto. Achter ons zijn zijn klasgenoten druk in de weer met hun mobieltjes. Er worden foto’s en grappen gemaakt. Even een smsje sturen en hahaha, luister, Bram heeft een stukje opgenomen, wat klinken onze stemmen raar. Ik kijk opzij naar mijn zoon. Hij heeft de hele rit nog geen woord gezegd. ‘Wil je ook een nieuw mobieltje voor je twaalfde verjaardag’, vraag ik hem. Hij trekt zijn schouders op. ‘Een mobieltje heeft geen nut. En het kost geld’. Ja, dat is waar.

Autisme noemen ze zijn onzichtbare handicap. Daardoor heeft het een naam gekregen. En heb ik een etiket op zijn hoofd geplakt, wordt me wel eens verweten. Dat doet me niets. Tegenwoordig heb je een diagnose nodig om een paar deuren open te krijgen, kleine aanpassingen op school en thuis. Verder is er niets veranderd, gaat het leven zijn gangetje. Tenminste, dat is wat ik wil.

Ik zie me nog zitten in de geruite stoel, kijkend naar mijn dikke buik. Hij heeft me lang laten wachten, pas veertien dagen na de uitgetelde datum liet hij zich zien. Terwijl ik mijn buik streelde maakte ik goede voornemens. Het allerbelangrijkste is dat hij gelukkig zal zijn. Mijn toekomstige kind mag zichzelf zijn, groeien en zich ontwikkelen in wat hij interessant vindt. Als moeder wil ik hem niet te veel sturen, het is altijd goed.

Maar vandaag, nu ik hem steeds apart zie staan, stil, alleen, in zijn eigen wereld, bekruipen me weer twijfels. Kan ik niet meer doen om hem te helpen? Ik ben toch zijn moeder? Kon ik de wereld maar wat rustiger voor hem maken, zijn klasgenoten minder bijdehand, de school schoolser zonder al die uitstapjes en projecten. Kon ik hem maar helpen als hij zijn vrienden niet snapt, als hij zich dom voelt.

Dan stopt de moeder naast me met praten. De juf zegt dat het tijd is om de kinderen te verzamelen en terug naar school te rijden. Het uitstapje is voorbij. Ze bedankt me en ik zeg dat ik het fijn vind om te helpen, leuk om mijn eigen kind tussen zijn vrienden te zien.

Die middag op het schoolplein vraag ik hem hoe zijn dag is geweest. Hij glimlacht. ‘Mam, het uitstapje was echt vet.’ Ik slik mijn stille verdriet in en lach.

Categorieën: Maatschappij

9 reacties

Avalanche · 9 april 2010 op 11:08

Wat heb je dit prachtig geschreven. Het einde vind ik zeer verrassend en ontroerend.

LouisP · 9 april 2010 op 12:32

Silvia 1,

het begint mooi en best origineel, dan, ik denk op het moment dat het wel degelijk om autisme gaat, wordt het minder pakkend…..’k wilde nog wat schrijven over verkeerde interpunctie maar die laatste zin maakt eigenlijk onbelangrijke zaken overbodig…..

Louis

pally · 9 april 2010 op 15:24

Jammer dat je het te veel hebt uitgewerkt, maar er zitten hele mooie stukken tussen. Het einde maakt alles goed.

groet van Pally

SIMBA · 9 april 2010 op 16:50

Mooi geschreven! Heel moeilijk om deze complexe gevoelens zwart op wit te zetten maar het is jou gelukt!

sylvia1 · 9 april 2010 op 21:13

Bedankt voor jullie reacties en de post. Fijn te lezen dat de laatste zin goed valt…

Sylvia1

arta · 10 april 2010 op 19:48

Dit leest als ‘recht uit het hart’. Mooi, hoe ‘andere’ kinderen zaken totaal anders interpreteren dan verwacht!
Ik vind hem ook mooi, column én kind!:-)

Saya_Surya · 10 april 2010 op 20:17

Bij de autootjes op een rijtje zetten had ik ‘m.

Stil verdriet, is dat niet iets wat onlosmakelijk verbonden is met het moeder – (ouder-?) schap?

Ik vind het einde heel mooi, daar draait het in essentie toch om; hoe je kind zich voelt.

Fem · 12 april 2010 op 16:19

Voor mijn gevoel is dit idd recht uit het hart geschreven. Hier en daar had wat weggelaten kunnen worden, maar juist de oprechtheid maakt dat ik me daar niet echt aan stoor…

Mooi onderwerp!

Dees · 13 april 2010 op 11:18

Vind het een prachtige toon in dit stukje. Jouw en zijn kwetsbaarheid en kracht komen er doorheen en er is geen woord onecht in dit stuk. Erg mooi. Je zou er bijna een serie over kunnen schrijven, voor echt begrip bij andere mensen. Want iedereen weet grofweg wat autisme is, maar veel mensen hebben geen idee hoe autisme ís. Denk ik

Geef een reactie

Avatar plaatshouder