Vierentwintig jaar hadden we elkaar niet meer gezien terwijl we nota bene jarenlang in het zelfde dorp hebben gewoond. Nooit kwamen we elkaar tegen bij de supermarkt, het postkantoor, nee zelfs niet in het theater ondanks ons beider voorliefde voor toneel. Maar vanmiddag stond ik oog in oog met haar terwijl ik me wegdraaide van het condoleanceregister dat ik zojuist getekend had. Ingetogen knikkend, zoals dat gepast is, begroetten we elkaar alsof we elkaar de dag daarvoor nog hadden gezien. En natuurlijk had ik allang bedacht dat ik haar vandaag zou tegenkomen gezien het contact dat zij tot aan het overlijden met Loes had onderhouden.
Loes kende ik uit de tijd dat ik nog actief was binnen het amateurtoneel in de jaren tachtig. Omdat haar echtgenoot wist dat ik als amateurpianist een beetje schnabbelde in de muziek, ‘beetje jazz – beetje blues- scene’, verkeerde hij in de veronderstelling dat ik verstand van licht en geluid, kortom theatertechniek had, hetgeen een volkomen onterechte aanname was. Ik liet hem echter in die waan en zodoende trad ik toe tot een gezelschap met een buitengewoon ambitieus repertoire. Kluchten en blijspelen kwamen op de agenda niet voor, het waren stukken van Claus, Pinter, Miller en Sartre waarvoor we wekelijks bij elkaar kwamen. En omdat het schuiven aan knoppen op zelfgeknutselde panelen en het spelen met licht me zo goed beviel ben ik jaren lang bij die club blijven hangen en mocht ik meerdere producties meemaken die altijd eindigden in de, immer uitverkochte, Kleine Zaal van de Schouwburg. En daar hebben ze nog veel mooiere panelen met nog veel meer knopjes en schuifjes.

Tijdens de repetities , wanneer het vooral nog tekstrepetities betrof, had ik tijd zat om goed rond te kijken, te genieten vàn – en te beseffen hoe mooi toneel was- en om, hoe kon het ook anders, verliefd te worden.

Die verliefdheid leidde overigens tot hooguit een half jaar wederzijdse spanning hetgeen we probeerden te ontladen tijdens weekendjes Scheveningen met alles er op en er aan. Maar uiteindelijk bleken we niet voor elkaar te zijn bestemd. Een geweldige periode met veel emotie maar nooit verworden tot een geslaagd drama. Uiteindelijk leerde mijn ‘Doris’, ik noem haar voor het gemak maar even zo net als Doris uit Same Time Next Year van Slade, uiteindelijk de man van haar dromen kennen waardoor het doek voor mij definitief viel. Eind jaren tachtig stapte ik vanwege andere bezigheden uit het gezelschap. En we leefden nog lang en gelukkig.

Nou ja, lang en gelukkig? Loes werd begin jaren negentig getroffen door een attack en haar gezondheid werd in de jaren die daarop volgden almaar slechter en slechter. Zoals mijn contact met Doris en met alle andere leden van de toneelgroep was verwaterd, zo verwaterde dat helaas ook met Loes en haar man. Iets wat ik me overigens de rest van mijn leven zal kwalijk nemen. Donderdag kreeg ik de kaart waarin werd meegedeeld dat Loes was overleden. Blijkbaar had de ziekte het uiteindelijk van haar gewonnen, vandaag werd ze gecremeerd.

Omdat mijn ouders Loes en haar man ook goed hebben gekend ging ik vandaag met mijn moeder naar Moscowa om afscheid te nemen. En natuurlijk waren ze er allemaal, de amateur- Dresselhuysjes, de pseudo -Courboitjes en de ‘net geen‘- Scholten van Aschats. En ‘Doris’ natuurlijk.

Na de dienst kwam ze nog even naar mijn moeder en mij toe. De gebruikelijke onhandige mengeling van gepast ingetogen enthousiasme die zo vaak een uitvaart doen veranderen in een gezellig weerzien. Het ging goed met haar en haar man, al grote kinderen, en ja ze speelde nog. Niet meer zo vaak, ook niet meer bij ‘ons’ oude gezelschap maar bij een andere club. Omdat mijn moeder met enige regelmatig naar het theater gaat waar dit gezelschap speelt kwam het gesprek op een gegeven moment op het laatste stuk. Dat zou een werk van Tsjechov zijn geweest maar noch Doris noch mijn moeder konden op de titel komen.

Met alle bluf die ik op dat moment op kon brengen vroeg ik of het soms ‘De Kersentuin’ of “De Duif’ was geweest. En met een stalen gezicht probeerde ik uit te stralen dat ik mijn klassiekers kende. Zo, ik had weer even een geheugen opgefrist na vierentwintig jaar. Verbaasd keek Doris me aan en vroeg “De Duif?” En terwijl ik zelf nota bene nog stond te twijfelen over De Kersentuin antwoordde ik tamelijk arrogant: “Ja, De Duif, Tsjechov zei je toch…? “.

Ze ging er verder niet op in maar het verbaasde me dat zij met haar belangstelling voor literatuur en toneelwerken niet van Tsjechovs beroemdste stuk had gehoord. Eigenlijk zat het me niet lekker en thuisgekomen heb ik daarom maar even nagezocht om vervolgens opgelucht te constateren dat De Kersentuin inderdaad van Tsjechov is. De vanzelfsprekendheid waarmee ik de titel had genoemd als ware het mijn eigen opus magnum bleek een goed staaltje toneel te zijn geweest, zeker voor een licht- en geluidman. Gelijk maar even De Duif gecheckt. De triomf van de Kersentuin werd acuut overschaduwd door het ‘had-ik-maar-weer-mijn-grote-mond-gehouden-gevoel’, want de beroemdste duif die ik kon vinden was van Toon Hermans. En zowel schepper als creatie: die sind beiden tot… meneer.

Hoe dan ook, geen Duif van Tsjechov. Wel een Meeuw overigens. Kijk, dat is nog eens toneelspelen: Eerst nog wel even vragen of je het goed verstaan hebt: “De Duif?” om vervolgens niet meer op het antwoord te reageren. En als ik haar goed ken zal die ingetogenheid later bij haar thuis tot een huilbui van het lachen hebben geleid, zoals crematies nog wel eens willen eindigen.En nogmaals proestte ze : “En toen zei hij :’De Duif …’.”


8 reacties

arta · 19 maart 2011 op 08:51

Goed geschreven, Krasblog, maar op de één of andere manier verloopt de overgang van serieus naar humor niet zo lekker…

sylvia1 · 19 maart 2011 op 11:13

Hier en daar had er wel wat geschrapt mogen worden van mij, je geeft erg veel details. Aan de andere kant krijg ik andere details niet goed helder, bijv hoe je relatie met die Loes is/was. Ik vind de setting, die toneelwereld, wel erg boeiend, leuk om over te lezen.

pally · 19 maart 2011 op 18:14

Hé Krasblog,
Lang niet gezien hier!
Best een leuk stuk, maar het had van mij compacter gemogen met wat meer accenten en iets minder details. Toch wel een mooi sfeerbeeld van de ‘betere’ amateurtoneelwereld.

Groet van Pally

Avalanche · 19 maart 2011 op 23:27

Het had inderdaad wel iets compacter gemogen, maar ik vind je schrijfstijl prettig en heb deze column dan ook met plezier gelezen.

Krasblog · 21 maart 2011 op 16:27

Dank je wel Arta. Misschien was het niet eens bewust grappig bedoeld. Soms schrijf je columns en verzin je er alles bij om een verhaal een bepaalde richting op te sturen. Dit keer echter heb ik er geen woord van verzonnen, eigenlijk is het niet eens een column. Het is een verslag van een gebeurtenis die overigens dan wel weer op zijn Krasblogs eindigt. Hoe dan ook, ik begrijp wat je bedoelt, en bedankt nogmaals voor de reactie.

Krasblog · 21 maart 2011 op 16:31

Hoi Sylvia, dank je wel voor je reactie. En eigenlijk geef je zelf een beetje aan waar mijn probleem zat en zit. ‘Kort’ is sowieso niet mijn sterkste kant, daar baal ik vaak van. Maar in dit geval realiseer ik me dat ik enerzijds veel details geef, wellicht te veel, en derhalve (geloof me) was er al flink geschrapt. Anderzijds valt er zo veel te vertellen, inderdaad over een wereldje dat ik overigens al lang de rug had toegekeerd, waardoor de valkuil erg groot is, zoals bleek. Thanks.

Krasblog · 21 maart 2011 op 16:34

Hallo Pally,

Dank je voor je hartelijke begroeting, althans zo kwam het op me over. Leuk. Tja en ik kan me herinneren dat je me in het verleden er ook al op wees dat het korter zou mogen, dus ik was niet verbaasd. En ik blijf oefenen, niet meer zo frequent als in het verleden, maar zo nu en dan zal ik (hopenlijk compacter met méér details èn minder accenten) posten.

Groet, Peter

Krasblog · 21 maart 2011 op 16:44

Jeetje Avalanche, Jij hebt niet stil gezeten: MegaGigaTera, wouw. Tja, en eigenlijk heb geld mijn reactie aan Arta, Silvia en Pally ook als reply op jouw reactie: ik beaam dat het compacter moet. Zal hard blijven oefenen.
Leuk dat je gereageerd hebt, en we blijven elkaar lezen en volgen hoop ik. Groet.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder